In tegenstelling tot Amerika ontstonden in India geen vestigingskolonien en geen plantagekolonien. De Engelsen bleven in hun factorijen
aan de kust. Alles werd geregeld met tussenpersonen die we bania's noemen.
Deze bania's maakten afspraken met katoentelers, spinners en wevers in het binnenland. Het was namelijk vooral zijde en katoen dat winstgevend voor Engeland was.