4 december

Wat doen we vandaag?
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken: 
  • - A, Werkwoord; 
  • - B, Naamwoord
     - C, Voornaamwoord
     - Oefeningen 1, 2, 4.
  • Maken oefeningen. 
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat doen we vandaag?
  • Vragen grammatica?
  • Bespreken: 
  • - A, Werkwoord; 
  • - B, Naamwoord
     - C, Voornaamwoord
     - Oefeningen 1, 2, 4.
  • Maken oefeningen. 

Slide 1 - Tekstslide

Vragen grammatica?

Slide 2 - Open vraag

ἡ μὲν Ἀσπασία πρὸς τὸν ἀδελφὸν ἔβλεψε καὶ μετ’ ὀλίγον χρόνον ἔλεξεν·

Slide 3 - Open vraag

ὦ Ἀλέξανδρε, βαῖνε πρὸς τὴν θύραν.

Slide 4 - Open vraag

ἀλλ’ ὁ Ἀλέξανδρος οὐκ ἤθελε καὶ τῇ ἀδελφῇ ἔλεξεν·

Slide 5 - Open vraag

φόβον ἔχω, ὦ Ἀσπασία.

Slide 6 - Open vraag

μετὰ δὲ ταῦτα ἡ Ἀσπασία ἔλεξεν·

Slide 7 - Open vraag

τί οὐ τὸν δοῦλον ἐγείρομεν καὶ πρὸς τὴν θύραν πέμπομεν;

Slide 8 - Open vraag

καὶ τοῦτο ἐποίησαν. τῷ δὲ δούλῳ ἔλεξαν·

Slide 9 - Open vraag

ὦ δοῦλε, βαῖνε πρὸς τὴν θύραν· ἢ καὶ σὺ φόβον ἔχεις;

Slide 10 - Open vraag

ὁ δὲ δοῦλος τοῖς τέκνοις ἔλεξεν·

Slide 11 - Open vraag

ἐγὼ φόβον οὐκ ἔχω, ἀλλ’ ἔτι ἐκάθευδον.

Slide 12 - Open vraag

νῦν δὲ πρὸς τὴν θύραν βαίνω, ἔπειτα τὴν θύραν τοῖς ἀνθρώποις οἴγω.

Slide 13 - Open vraag

ὁ μὲν οὖν δοῦλος πρὸς τὴν θύραν ἔβαινεν, ὁ δ’ Ἀλέξανδρος καὶ ἡ Ἀσπασία ἐν τῷ θαλάμῳ ἔμενον.

Slide 14 - Open vraag

ἔπειτα ὁ δοῦλος ἔῳξε τὴν θύραν καὶ τότε οἱ ἄνθρωποι τὸν δοῦλον ἔλαβον καὶ ἔδησαν.

Slide 15 - Open vraag

ὁ δὲ δοῦλος τοῖς ἀνθρώποις ἔλεξεν·

Slide 16 - Open vraag

ἱκετεύω ὑμᾶς· λύετέ με.

Slide 17 - Open vraag

ὁ γὰρ Ἀλέξανδρος καὶ ἡ Ἀσπασία με μένουσιν, ὅτι φόβον ἔχουσιν. ἱκετεύω.

Slide 18 - Open vraag

οἱ δ’ ἄνθρωποι τὸν δοῦλον οὐκ ἔλυσαν.

Slide 19 - Open vraag

πολὺν μὲν οὖν χρόνον ὁ Ἀλέξανδρος καὶ ἡ Ἀσπασία τὸν δοῦλον μάτην ἔμενον.

Slide 20 - Open vraag

τέλος δὲ μακρᾷ φωνῇ ἐβόησαν, ἀλλ’ οὐδεὶς αὐτῶν ἤκουεν.

Slide 21 - Open vraag

ὁ γὰρ πατήρ τε καὶ ἡ μήτηρ ἐπὶ θυσίαν ἐν Λεβαδείᾳ ἦσαν, καὶ ἡ οἰκία μόνον ἕνα δοῦλον εἶχεν.

Slide 22 - Open vraag

A. Werkwoord
B.  Naamwoord
C. Voornaamwoord

Slide 23 - Tekstslide

Oefening 1
1 praesens jij slaapt
2 aoristus hij schreeuwde / hij gaf een schreeuw
3 praesens jullie blijven
imperativus blijf 
4 imperfectum zij hadden
5 praesens zij maken los

Slide 24 - Tekstslide

Oefening 1
6 aoristus zij zeiden
7 imperativus zeg
8 praesens wij sturen
9 aoristus hij hoorde
10 praesens ik ga

Slide 25 - Tekstslide

Oefening 2
1 dat. ev 3
2 acc. ev
3 dat. mv
4 gen. ev
5 dat. ev
6 nom. mv
7 voc. ev
8 gen. ev

Slide 26 - Tekstslide

Oefening 4
1 μόνον bijwoord de rest is voorzetsel
2 ὀλίγος bijv. naamw. de rest is zelfst.naamw.
3 ἔργον onzijdig de rest is mnl.
4 ἔπειτα bijwoord de rest is zelfst. naamw.

Slide 27 - Tekstslide

Oefening 4
5 ὅτι voegwoord de rest is pers. voornaamw.
6 γάρ voegwoord de rest is bijwoord
7 δοῦλος geen familiewoord de rest wel
8 πρό + gen. de rest + acc.

Slide 28 - Tekstslide

Aan het werk. 
  • Maak de oefeningen 5 en 6 van 1C.
     
Dit is ook huiswerk.
Daarnaast: leer de woordjes en grammatica van 1A, B, C. 

Slide 29 - Tekstslide