HST 1 Feniks

Tijd van de jagers en boeren

Periode tot 3000 v. Chr.




1. Orientatie

2. Sporen van de eerste mensen

3. Van Kamp naar kamp

4. Landbouwrevolutie

5. Machtige staten

6. Machtige mummies

7. Machtige steden tussen rivieren

8. afsluiting

9. Keuzestof


Prehistorie
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Tijd van de jagers en boeren

Periode tot 3000 v. Chr.




1. Orientatie

2. Sporen van de eerste mensen

3. Van Kamp naar kamp

4. Landbouwrevolutie

5. Machtige staten

6. Machtige mummies

7. Machtige steden tussen rivieren

8. afsluiting

9. Keuzestof


Prehistorie

Slide 1 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten van het tijdvak


- De leefwijze van jager-verzamelaars.

- Het ontstaan van de landbouw en landbouwsamenlevingen.

- Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschapen.










Slide 2 - Tekstslide

Hst 1. Jagers worden boeren

Slide 3 - Tekstslide

1. Orientatie: een volgeschreven tablet
  • Kun je zonder schrift?
  • Waarom wel/niet?
  • Wat voor problemen zou je tegen aan lopen?
  • Waarom hebben mensen het schrift uitgevonden?

Slide 4 - Tekstslide

3300 v. Chr eerste schrift

Schritekens: vorm van spijkers:

Spijkerschrift


In tijd van jagers en boeren:

Klein deel van bevolking kon schrittekens ontcijferen.


Ontstaan in het Nabije Oosten:

- Gebied waar Afrika, Azie en Europa bij elkaar komen.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

  • Waardoor denk je dat analfabetisme onstaat?
  • Waarom in sommige werelddelen een hoger analfabetsime?
  • Onder welke groep (man/vrouw/ kind/bejaarden) is het hoogst?
  • Wij hebben recht op onderwijs: Waarom is onderwijs zo belangrijk, denk je?

Slide 7 - Tekstslide

Jagers en Boeren

10.000 v. Chr. Trokken jager-verzamelaars rond.

Leefden in tijdelijke kampen.


Na onstaan landbouw: Zwerven niet nodig:

- boerderije op vaste plek, bij akkers en vee

Gevolg: dorpen onstaan.


Dorpen groeiden uit tot steden.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Nog later gingen steden samenwerken, ook in Egypte:

- onstaat een staat waarover farao's regeerder.


om hun macht uit te oefenen hadden zij het schrift nodig:

- wetten vastleggen

- belastingadministratie bijhouden




Slide 11 - Tekstslide

rond 300o v. Chr:

Nabije Oosten: eerste staten


NL: boeren in kleine dorpen.

Nog geen schrift in NL.


Hunnebedden

Slide 12 - Tekstslide

Onstaan van schrift:

-Belangrijk gebeurtenis in de GS.


Gevolgen zichtbaar in het heden.


Internetgebruik: niet altijd zichtbaar wie het heeft geplaatst.

Betrouwbaar?


Leefwijze - gevolgen voor de leefomgeving: Wij maken gebruik van de natuur.


Duurzaamheid.


Slide 13 - Tekstslide

opdracht

- Wat is er veranderd aan de manier waarop mensen aan hun voedsel
kwamen?


- Wat is er veranderd aan de manier waarop mensen met elkaar
communiceerden?


- Wat is er veranderd aan de manier waarop mensen met elkaar omgaan?


- Wat is er veranderd aan de manier waarop mensen woonden?








Bekijk bron 1 en 6 uit je leerboek

en beantwoord de vragen hiernaast.

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk
maken blz. 6,7 en helft 8

Slide 15 - Tekstslide

Wanneer eindigt de prehistorie?
A
Toen men landbouw ging bedrijven
B
Toen men begon met het jagen op dieren
C
Toen het schrift ontstond
D
Toen de eerste stad werd gesticht

Slide 16 - Quizvraag

Wat is de naam van het tijdvak?
A
Tijd van jagers en verzamelaars
B
Prehistorie
C
Tijd van jagers en boeren
D
Tijd van de eerste mensen

Slide 17 - Quizvraag

Waarvoor werd het eerste schrift vooral gebruikt?
A
Om verhalen op te schrijven
B
Om de namen van de dorpsgenoten op te schrijven
C
Om de overleveringen op te schrijven
D
Om de administratie bij te houden

Slide 18 - Quizvraag

Welke jaartallen horen bij het tijdvak 'de tijd van jagers en boeren'?
A
Tot 3000 v Chr.
B
5000 - 3000 v Chr.
C
10.000 v Chr tot 500 v Chr
D
15.000 v Chr - 0

Slide 19 - Quizvraag