6.2 les 1

6.2
les 1
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

6.2
les 1

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn de 6 voedingsstoffen?

Slide 2 - Open vraag

Welke moeten verteerd worden?
Wel:                                                                                    Niet:
Eiwitten
Koolhydraten
Mineralen
Vitamines
Vetten
Water

Slide 3 - Sleepvraag

Vertering
Het afbreken van grote moleculen (macromoleculen, polymeren) tot kleine moleculen (monomeren) met behulp van verteringsenzymen.

Slide 4 - Tekstslide

Noem een koolhydraat welke niet verteerd hoeft te worden

Slide 5 - Open vraag

Verteringsstelsel
  • Mondholte
  • Slokdarm
  • Maag
  • Twaalfvingerige darm
  • Dunne darm
  • Blindedarm
  • Dikke darm
  • Endeldarm

Slide 6 - Tekstslide

mondholte
vertering start in de mond.
in de mond liggen speekselklieren die een enzym uitscheiden-> speeksel
speeksel verteerd zetmeel.

Mechanische vertering door tanden

tong duwt het eten de slokdarm in.
het strotklepje sluit de luchtpijp af bij het doorslikken.

Slide 7 - Tekstslide

vleeseters (carnivoren)
-kort darmkanaal
-knipkiezen(scherpe kiezen waarmee het eten wordt ''doorgeknipt''.
-hoektanden om prooi mee te doden/vlees mee af te scheuren

Slide 8 - Tekstslide

planteneters
(herbivoren)
-lang darmkanaal (cellulose)
-plooikiezen(kiezen met harde richels van glazuur waar het eten tussen vermalen wordt)
-meestal geen hoektanden

Slide 9 - Tekstslide

Alleseters
  • Darmkanaal in  in verhouding tot de lichaamslengte middellang
  • Kiezen zijn knobbelkiezen -> 'knippen' en malen
  • Hoektanden altijd aanwezig

Slide 10 - Tekstslide

Alles eter
Planten eter
Vlees eter

Slide 11 - Sleepvraag

Knobbelkies
Plooikies
Knipkies

Slide 12 - Sleepvraag

De maag
- Opslagplaats
- Maagportier

- Maagsapklieren (water, zoutzuur, enzymen)
- Dood bacterien
- Vertering eiwitten

Slide 13 - Tekstslide

12-vingerige darm

- Eerste deel van je dunne darm

- Afvoerbuis lever en galblaas: gal

- Afvoerbuis alvleesklier: alvleessap

Slide 14 - Tekstslide

Lever en Galblaas
- Lever maakt gal
- Gal wordt opgeslagen in galblaas
- Bij vet eten komt gal in 12-vingerige darm
- Grote vetdruppels worden klein gemaakt = emulgeren

Slide 15 - Tekstslide

alvleesklier
De alvleesklier produceert alvleessap (enzym).
Alvleessap breekt eiwitten, zetmeel en vetten af.
Neutraliseert tot pH = 8 (licht basisch = optimaal voor enzymen)

Slide 16 - Tekstslide

Dunne darm
  • Darmsapklieren -> Toevoegen enzymen laatste stap vertering
  • koolhydraten -> monosacharide
  • Eiwitten -> aminozuren
  • vetten -> vetzuren en glycerol
  • Opname water, voedingsstoffen en verteringsproducten (resorptie)

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de goede volgorde van je spijsvertering?
A
slokdarm, maag, dikke darm, dunne darm
B
mondholte, slokdarm, dunne darm, maag
C
mondholte, slokdarm, maag, dunne darm
D
dikke darm, dunne darm, maag, mondholte

Slide 18 - Quizvraag

Wat is de functie van de galblaas?
A
gal maken
B
gal opslaan
C
gal maken en opslaan

Slide 19 - Quizvraag

Waar worden koolhydraten verteerd?
A
Mond, maag, dunne darm
B
Mond, 12-v. darm, dunne darm
C
Maag, 12-v. darm, dunne darm
D
Maag, dunne darm

Slide 20 - Quizvraag

Waar worden eiwitten verteerd?
A
Mond, maag, dunne darm
B
Mond, 12-v. darm, dunne darm
C
Maag, 12-v. darm, dunne darm
D
Maag, dunne darm

Slide 21 - Quizvraag

Aan het werk
Maak opdracht 1 t/m 4 van 6.2
Controleer of Opdracht 1 t/m 6, 8 en 12 t/m 16 van 6.1
af is.
Let op de magister opdracht voor het inleveren van een foto van je huiswerk!

Slide 22 - Tekstslide