W3a1-12012021
1 / 18
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Welche Wörter
passen zu Paul?
passen zu Paul?
Slide 4 - Woordweb
Welche Wörter
passen zu Sarah?
passen zu Sarah?
Slide 5 - Woordweb
Welche Wörter
passen zu Vincent?
passen zu Vincent?
Slide 6 - Woordweb
Welche Wörter
passen zu Selina?
passen zu Selina?
Slide 7 - Woordweb
Slide 8 - Tekstslide
die Leder-schuhe
der Hut
die Strümpfe
die Handschuhe
Slide 9 - Sleepvraag
der Pullover
die Hose
der Gürtel
das Kleid
die Leggings
die Turn-schuhe
Slide 10 - Sleepvraag
Slide 11 - Tekstslide
Heute bin ich bei der Modenschau.
Es ist ein ........... Morgen!
Es ist ein ........... Morgen!
A
wunderschönes
B
wunderschöner
C
wunderschönen
Slide 12 - Quizvraag
Ein ... Modell trägt einen
....... Rock
....... Rock
A
schönes .... originellen
B
schön .... originelle
C
schöne ..... originelles
D
schönes ..... originelle
Slide 13 - Quizvraag
Ich sehe auch
............ Kleider und eine ......... Tasche.
............ Kleider und eine ......... Tasche.
A
modisches ... coole
B
modischer .... cooles
C
modische .... coole
D
modischer .... coolen
Slide 14 - Quizvraag
Das Model Nummer 2 trägt
einen ....... Hut
einen ....... Hut
A
tolles
B
tolle
C
tollen
D
toller
Slide 15 - Quizvraag
Er hat auch eine
......... Sonnebrille
......... Sonnebrille
A
rote
B
roten
C
rotes
D
roter
Slide 16 - Quizvraag
Karl Wagenfeld ist ein
............. Designer
............. Designer
A
originelle
B
origineller
C
originellen
D
originelles
Slide 17 - Quizvraag
Exitticket:
Heb je je leerdoelen bereikt?
woorden / bijv. nw.
Heb je je leerdoelen bereikt?
woorden / bijv. nw.
A
Ja, ik kan het goed
B
Als ik nog leer, komt het wel goed.
C
Ik snap er nog niets van
