4.2+4.3

Isolatie
Isolatie is het het tegenhouden van warmtetransport

De rode plekken zijn warm en daar gaat dus veel warmte verloren
Dit heet WARMTEVERLIES
1 / 64
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 64 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Isolatie
Isolatie is het het tegenhouden van warmtetransport

De rode plekken zijn warm en daar gaat dus veel warmte verloren
Dit heet WARMTEVERLIES

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Isolatie kan warmte binnen houden.
Of warmte buiten houden. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen warmte  

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5.1  Wat moet je kennen en kunnen
Je moet weten wat een warmtebron is
Je moet warmtebronnen kunnen noemen
Je moet weten wat een brandstof is
Je moet brandstoffen kunnen noemen
Je moet weten welke vormen energie er zijn

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn warmtebronnen

Een warmte bron is iets dat warmte geeft. Denk aan een brander, een kachel, een föhn of een broodrooster. Maar ook de zon is een warmtebron.


Twee soorten warmtebronnen

  1. Chemische energie wordt omgezet in warmte
  2. Elektrische energie wordt omgezet in warmte


Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Warmtebronnen
Als je iets wilt verwarmen heb je een warmtebron nodig
Een warmtebron zorgt voor warmte
Een warmtebron heeft energie nodig om te kunnen verwarmen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chemische warmtebronnen
Bij een chemische warmtebron vindt er een reactie plaats
Vaak is dat een verbranding

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chemische energie
Een brandstof verbruikt chemische energie en levert warmte.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Elektrische warmtebron
Een elektrische warmtebron heeft altijd een ?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een warmtebron?
(noem geen voorbeeld)

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Elektrische warmtebron
Chemische warmtebron
Broodrooster
Houtkachel
Gasbrander
Föhn
Tosti-ijzer
CV-ketel

Slide 11 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een koffiezetapparaat is een ............warmtebron
A
geen
B
electrische
C
chemische
D
water

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke van de onderstaande warmtebronnen is een chemische warmtebron?
A
Strijkijzer
B
Houtkachel
C
Broodrooster
D
Geen van deze warmtebronnen is een chemische warmtebron

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet de juiste warmtebron(nen) bij de afbeelding
houtkachel
Waterkoker
gasfornuis
strijkijzer

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Warmtebron
Warmte
Elektrische energie
Energieomzetting
Soort energie waarop elektrische apparaten werken
Soort energie die door een warmtebron wordt geleverd
Verandering van de ene soort energie in een andere soort energie
Voorwerp of apparaat dat wamte levert

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een warmtebron?
A
Een voorwerp dat warmte afgeeft
B
Een voorwerp dat warmte opneemt
C
Een voorwerp dat warmte afgeeft bij 100 graden Celsius
D
Een voorwerp dat warmte geleid

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Sleep de warmtebronnen die werken met een brandstof naar het groene blok

Slide 17 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is geen warmtebron?
A
fornuis
B
zon
C
computer
D
openhaard

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Energiesoorten
We kennen verschillende energiesoorten:
  • elektrische energie
  • chemische energie
  • warmte

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Energieomzettingen
Bij een energie-omzetting wordt de ene energiesoort omgezet in één of meer andere energiesoorten

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schuif de teksten op de juiste plek in het energiestroomdiagram:
gloeilamp
elektrische energie
warmte
stralingsenergie

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Is het een fossiele brandstof of is het een duurzame energiebron? Slepen maar!
Heb jij de tekst en de filmpjes goed begrepen? Test je kennis!
de fossiele brandstof
de duurzame energiebron
het aardgas
de windenergie
de zonne-energie
de aardolie
de steenkool
de waterenergie

Slide 22 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

en filmpjes
Heb jij de tekst en de filmpjes goed begrepen? Test je kennis!
Hoe zijn fossiele brandstoffen ontstaan?
A
Honderden miljoenen jaren geleden ontstond dit uit plantenresten.
B
Honderden miljoenen jaren geleden ontstond dit uit de resten van dode dieren.
C
Honderden miljoenen jaren geleden ontstond dit uit benzine.
D
Honderden miljoenen jaren geleden ontstond dit uit CO2.

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Brandstoffen
Deze stoffen zijn ontstaan uit dode planten en dieren.
Je haalt ze diep uit de grond.
Ze verbranden makkelijk.

  • Steenkool

  • Aardolie

  • Aardgas

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We kennen verschillende energiebronnen. Een energiebron levert een energiesoort. Sleep de juiste energiesoort bij elke energiebron.
zon
brandstoffen
wind
kachel
chemische energie
bewegings- energie
warmte
stralings-
energie

Slide 25 - Sleepvraag

4 goed is 2 pnt
2 goed is 1 pnt
Vzet het woord bij het juiste cijfer/plek in de zin? (sleep het woord naar het cijfer). 
Aardolie, ……(1)…. en …(2)……. komen uit de …(3)…….. bodem aardbodem grond . Ze raken op en bij …(4)……. vervuilen ze het milieu.
Aardgas
Steenkool
Grond
Verbranding
(1)
(2)
(3)
(4)

Slide 26 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Energiesoorten
Noem 4 energiesoorten waarin elektrische apparaten elektrische energie kunnen omzetten.

Slide 27 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De koelribben op een motor zorgen ervoor dat de warmte:
A
van de motor naar buiten stroomt.
B
niet bij je benen of voeten komt, omdat je je dan zou branden.
C
snel wordt afgevoerd.
D
naar de motor wordt verplaatst.

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je kunt iets warm maken door:
chemische energie om te zetten in warmte.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de energiesoort van een auto die op benzine rijdt?
A
chemische energie
B
elektrische energie
C
stralingsenergie
D
windenergie

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor energiesoort levert een gaskachel?
A
Elektrische energie
B
C
Zonne energie
D
Chemische energie

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke energiesoort wordt hier omgezet in beweging?
A
bewegingsenergie
B
C
chemische energie
D
stralingsenergie

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke energiesoort gebruikt je laptop?
A
Chemische energie
B
Bewegingsenergie
C
Stralingsenergie
D
Elektrische energie

Slide 33 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke energiesoorten horen in het stroomdiagram van een van een CV ketel?
Warmte
Elektrische Energie
Chemische Energie

Slide 34 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Warmte verplaatsen

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Warmte doorgeven
Warmtestraling            Warmtestroming            Warmtegeleiding

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

manieren van warmtetransport

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Warmte geleiding
Warmtetransport door geleiding vindt plaats in vaste stoffen.

Metalen zijn over het algemeen goede warmtegeleiders.



Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geleiding
  • Warmte wordt van de ene plaats in een vaste stof doorgegeven naar een andere plaats.                         
  • Er is een tussenstof nodig.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Goede en slechte warmtegeleiders

kunststoffen / gassen/vloeistoffen, Hout en plastic zijn slechte warmtegeleiders. Ze geven de warmte maar heel langzaam door.

 
De knop van een radiator is een ........warmtegeleider.

Slechte warmtegeleiders noemen we isolatoren

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Warmtestroming
Warm water (en lucht) stijgt  op.
Koud water (en lucht) daalt


Warmtestroming vindt plaats bij gassen en vloeistoffen. 

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

WARMTE
STROMING

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Straling
Elk voorwerp zendt straling uit.
Des te hoger de temperatuur van
het voorwerp des te hoger de stralingsenergie van de
uitgezonden straling. 


Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In deze tekening is warmtestraling afgebeeld bij ...
A
de hand links onder
B
de hand bovenin het midden
C
de hand rechts

Slide 44 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je ziet hieronder een deel van een centrale verwarming. Sleep de juiste vorm van warmtetransport naar de juiste letter (A, B of C). 
A
B
C
Geleiding
Straling
Stroming

Slide 45 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Plaats de afbeeldingen bij het juiste warmtetransport.
Geleiding
Stroming

Straling

Slide 46 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kan je doen om warmtegeleiding tegen te gaan?
A
reflecterend materiaal gebruiken
B
isolerend materiaal gebruiken
C
Pan dicht houden, deksel erop
D
je kunt er niets aan doen

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

In het water is er warmtetransport door
A
Geleiding
B
Stroming
C
Straling
D
Geen

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

warmtegeleider
isolator
Sleep naar het juiste vakje:
ijzer
hout
koper
kunststof
glas
aluminium

Slide 49 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke soort warmtetransport is hier weergegeven?
A
warmtegeleiding
B
warmtestroming
C
warmtestraling
D
geen van drie

Slide 50 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke soort warmtetransport is hier weergegeven?
A
warmtegeleiding
B
warmtestroming
C
warmtestraling
D
geen van drie

Slide 51 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Goede warmtegeleider
Slechte warmtegeleider
Kunststof
Staal
Koper
Hout
Wol
Goud
Lucht
Zink

Slide 52 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe noemt men het tegengaan van warmtetransport?
A
Verwarmen
B
Ontwarmen
C
Isoleren
D
Beslaan

Slide 53 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Warmtegeleiding = warmtetransport door.................
A
Een isolator
B
Luchtcirculatie
C
Een tussenstof bijvoorbeeld ijzer
D
Water

Slide 54 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stroming
Straling
Geleiding

Vorm van warmtetransport door een stof heen die zelf niet beweegt
Vorm van warmtetransport waarbij er geen tussenstof aanwezig is.
Vorm van warmtetransport waarbij er een beweging ontstaat in een gas of vloeistof die de warmte meeneemt.

Slide 55 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke van onderstaande gebeurtenissen is warmtestraling?
A
Heet water geeft warmte af aan de binnenkant van de radiator
B
Warmte gaat van de binnen- naar de buitenkant van de radiator door het metaal
C
De lucht om de radiator heen begint te stromen
D
Loes die een meter van de radiator afzit voelt warmte op haar rug.

Slide 56 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke manieren van warmtetransport zijn er?
A
Straling, stroming, isolatie
B
Stroming, straling, vermogen
C
Straling, stroming, geleiding
D
Isolatie, geleiding, stroming

Slide 57 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Warmtestroming vindt plaats in...
A
Vaste stoffen en vloeistoffen
B
Vloeistoffen en gassen
C
Gassen en vaste stoffen
D
Vaste stoffen, vloeistoffen en gassen

Slide 58 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Warmtestroming gaat via
A
Lucht of water
B
Water of metaal
C
Lucht of metaal
D
Metaal of hout

Slide 59 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Warmtetransport door vaste stoffen heet..
A
geleiding
B
stroming
C
straling

Slide 60 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke vorm van warmtetransport zie je hier?
A
straling
B
stroming
C
geleiding
D
alle 3

Slide 61 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is GEEN vorm van warmtetransport
A
Geleiding
B
Isoleren
C
Straling
D
Stroming

Slide 62 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je zit naast een kampvuur en voelt de warmte op je gezicht.
A
stroming
B
straling
C
geleiding

Slide 63 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het lepeltje dat al een tijdje in de hete thee staat voelt warm aan de bovenkant
A
stroming
B
straling
C
geleiding

Slide 64 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies