Economie en OndernemenMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2
In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
7.4 Eerlijk zullen we alles delen
Slide 1 - Tekstslide
Vorige les
controle huiswerk
vragen 7.3?
wat weet je nog? ontwikkelingsland, inkomen per hoofd van de bevolking, vicieuze cirkel
Slide 2 - Tekstslide
Aan het einde van de les
Weet je wat ontwikkelingssamenwerking is.
Kun je uitleggen wat het verschil is tussen noodhulp en structurele hulp.
Kun je benoemen hoe je met fairtrade de mensen in ontwikkelingslanden helpt.
Slide 3 - Tekstslide
Ontwikkelingssamenwerking
Arme landen krijgen vaak steun van rijke landen. Als rijke landen samen met ontwikkelingslanden proberen de welvaart in die landen te vergroten, spreek je van ontwikkelingssamenwerking.
Materialen
Opleidingen
Stimuleren om te investeren in ontwikkelingslanden
Slide 4 - Tekstslide
Noodhulp
In noodsituaties zoals bij natuurrampen of hongersnood hebben mensen meteen hulp nodig.
Slide 5 - Tekstslide
Structurele hulp
Op lange termijn is er hulp nodig om economisch
zelfstandig te worden.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Fairtrade
Eerlijke handel
Boeren en andere producenten in ontwikkelingslanden krijgen een betere prijs voor hun producten
Als jij fairtrade producten koopt dan doe je ook mee aan ontwikkelingssamenwerking!
Slide 8 - Tekstslide
Aan de slag.....
opdracht 43 t/m 56
in stilte
klaar? nakijken
hierna: doelstellingen uitwerken
video + quizje
rekenen
Slide 9 - Tekstslide
Aan het einde van de les
Weet je wat ontwikkelingssamenwerking is.
Kun je uitleggen wat het verschil is tussen noodhulp en structurele hulp.
Kun je benoemen hoe je met fairtrade de mensen in ontwikkelingslanden helpt.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Koop Fair Trade producten.
Boeren krijgen betere prijzen voor producten.
Leefomstandigheden verbeteren.
Kunnen machines kopen of kinderen naar school sturen
Toekomst ziet er beter uit.
Slide 12 - Sleepvraag
Welke vorm van hulp is noodhulp?
A
tractoren sturen
B
voedsel sturen
C
geld sturen
D
huizen bouwen
Slide 13 - Quizvraag
Welke vorm van hulp is structurele hulp?
A
voedsel sturen
B
kleding sturen
C
tenten bouwen
D
scholen bouwen
Slide 14 - Quizvraag
Nederland moet 0,7% van het nationaal inkomen uitgeven aan ontwikkelingshulp. Het nat. inkomen is 780 miljard. Wat moet Nederland dan dus uitgeven aan ontwikkelingshulp?
A
546.000.000
B
546.000
C
546.000.000.000
D
5.460.000
Slide 15 - Quizvraag
Ontwikkelingshulp met als doel het blijvend verminderen van armoede is een vorm van:
A
Noodhulp
B
Structurele hulp
Slide 16 - Quizvraag
Waarom spreken we niet meer van ontwikkelingshulp?
A
hulp is gratis en we willen er nu meer voor terug
B
spreekt een basis van gelijkwaardigheid uit en we willen de baas zijn over onze uitgaven
C
hulp is geld over de balk smijten en dat doen we nu niet meer
D
spreekt een basis van ongelijkheid uit en we pakken het nu gezamenlijk aan
Slide 17 - Quizvraag
Ontwikkelingshulp is?
A
Hulp die bij een ramp wordt gegeven.
B
Samenwerking waarbij arme en rijke landen samen werken