5.2 Waar kun je werken?

Hoofdstuk 5
5.2 Waar kun je werken?

Doel: Je leert welke ondernemingsvormen er zijn, hoe een bedrijf georganiseerd is en in welke sectoren je kan werken.
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5
5.2 Waar kun je werken?

Doel: Je leert welke ondernemingsvormen er zijn, hoe een bedrijf georganiseerd is en in welke sectoren je kan werken.

Slide 1 - Tekstslide

Wat is een CAO?
A
Centrale Arbeidsovereenkomst
B
Collectieve Arbeidsonderneming
C
Centrale Arbeidsonderneming
D
Collectieve Arbeidsovereenkomst

Slide 2 - Quizvraag

Nettoloon =
A
brutoloon - (loonbelasting + sociale premies)
B
brutoloon - loonbelasting
C
brutoloon - sociale premies
D
brutoloon

Slide 3 - Quizvraag

Van je brutoloon worden je verzekeringspremies betaald
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Jamies brutoloon is € 945,66.
De loonheffing is € 201,46.
Jamies nettoloon is:

A
€ 744,20
B
€ 945,66
C
€ 1.147,12

Slide 5 - Quizvraag

Van je brutoloon betaalt je werkgever loonbelasting en
A
verzekeringspremies
B
winstbelasting
C
vermogenbelasting

Slide 6 - Quizvraag

Welk loon krijg je op je bankrekening gestort?
A
brutoloon
B
nettoloon
C
SV-loon

Slide 7 - Quizvraag

Eileen heeft een loon van € 2.100.
Daarop wordt € 280 aan loonbelasting ingehouden en € 165 aan sociale premies.
Wat is het brutoloon?
A
€ 1.985
B
€ 2.100
C
€ 1.655
D
€ 2.545

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de afkorting van de Arbeidsomstandighedenwet?
A
AOW
B
ABW
C
Arbowet
D
AWBZ

Slide 9 - Quizvraag

Welke voorschriften staan in de Arbowet?
A
Voorschriften voor het milieu
B
Voorschriften voor de veiligheid
C
Voorschriften voor de werkomstandigheden
D
Voorschriften voor de kwaliteitszorg

Slide 10 - Quizvraag

Wat regelt de Arbowet?

A
de veiligheid van de werknemer
B
de gezondheid en het welzijn van de werknemer
C
de gezondheid van de werknemer
D
de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van de werknemer.

Slide 11 - Quizvraag

In welke wet staan regels over werktijden?
A
Algemene Ouderdomswet
B
Arbeidstijdenwet
C
Arbeidsomstandighedenwet
D
Wet Minimumjeugdloon

Slide 12 - Quizvraag

De Arbeidstijdenwet geldt voor:
A
Iedereen die in dienst is van een werkgever
B
Iedereen – hoe oud je ook bent

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide