§1.4

H1.4 Wie heeft de macht? 
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

H1.4 Wie heeft de macht? 

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag 

  1. Opening: 
  2. Herhalen: (in)formele kenmerken van een democratie
  3. Start §1.4: wie heeft de macht? 
  4. Aan de slag met...
  5. Afsluiten

FB-TOETS!!
Presentatie

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling §1.3.

Slide 3 - Tekstslide

3

Slide 4 - Video

H1.4 Wie heeft de macht? 

Slide 5 - Tekstslide

§1.4. | Lesdoelen
  • Je kunt beschrijven hoe in NL de politieke macht verdeeld is tussen het parlement en de regering. Je kunt hierbij rechten en taken van de regering en het parlement benoemen.
  • Je kunt uitleggen hoe het kabinet tot stand komt en welke rol de coalitie en de oppositie spelen in het parlement.
  • Je kunt aan de hand van de rechten van het parlement en de rol van de coalitie en de oppositie afwegen wie de meeste macht heeft: het parlement of de regering.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag met §1.4
Kennis en begrip: 1 t/m 6
Toepassen vraag 8

Slide 11 - Tekstslide

01:07
Welk formeel kenmerk van een democratie wordt hier ondermijnd?

Slide 12 - Open vraag

01:59
Op welke manier wordt hier een informeel kenmerk van de democratie ondermijnd?

Slide 13 - Open vraag

03:23
Vind jij dat men op basis van de informatie uit dit fragment kan stellen dat Polen en Hongarije democratieën zijn? Licht je antwoord toe.

Slide 14 - Open vraag

§1.4. | Lesdoelen
  • Je kunt beschrijven hoe in NL de politieke macht verdeeld is tussen het parlement en de regering. Je kunt hierbij rechten en taken van de regering en het parlement benoemen.
  • Je kunt uitleggen hoe het kabinet tot stand komt en welke rol de coalitie en de oppositie spelen in het parlement.
  • Je kunt aan de hand van de rechten van het parlement en de rol van de coalitie en de oppositie afwegen wie de meeste macht heeft: het parlement of de regering.

Slide 15 - Tekstslide