Faqta - Weer en landschap - 1 t/m 12

Faqta - Weer en landschap
Aan het einde van de les ben ik klaar voor de toets
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FaqtaBasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Faqta - Weer en landschap
Aan het einde van de les ben ik klaar voor de toets

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk apparatuur wordt er gebruikt voor het meten van het weer?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Apparatuur:
1. Anemometer


2. Regenmeter


3. Thermometer

Slide 3 - Tekstslide

Een anemometer of windmeter is een meetinstrument dat de windsnelheid kan meten. De naam anemometer komt van het Griekse woord anemos, dat wind betekent.


Dit is een trechtervormig instrument dat de neerslag in een verzamelbak opvangt. De hoeveelheid regenwater wordt uitgedrukt in millimeters. 1 millimeter regen komt overeen met 1 liter water op een oppervlakte van 1 vierkante meter.

Een thermometer is een meetinstrument dat gebruikt wordt om temperaturen te meten.


Wat is het verschil tussen weer en klimaat?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Weer of klimaat?
Temperatuur
Neerslag
Bewolking
Luchtvochtigheid
Wind

Slide 5 - Tekstslide

Het weer gaat over nu of de komende periode. Hierbij wordt er gekeken naar de temperatuur, de neerslag, de bewolking, de luchtvochtigheid en de wind.

Bij het klimaat wordt er naar dezelfde onderdelen gekeken, maar dan is het gebaseerd op een langere periode.

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het is vandaag 19 graden, dus...
A
het is een warme dag
B
het is een zomerse dag
C
het is een tropische dag
D
a, b en c zijn het alle drie niet

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Temperatuur
Warm = 20+
Zomers = 25+
Tropisch = 30+

Slide 8 - Tekstslide

Op een warme dag komt de temperatuur boven de 20 graden, op een zomerse dag boven de 25 graden en op een tropische dag boven de 30 graden. 
Landschappen cultuur of natuur?

Slide 9 - Tekstslide

Een natuurlandschap is volledig ontstaan door de natuur. De mens heeft hier niets aan gedaan. Bijvoorbeeld: natuurlijke bossen, zeeën, moerassen of jungles.

Een cultuurlandschap is een landschap dat door de mens is aangelegd. 

Cultuurlandschappen
Stedelijk                     Landelijk                     Industrieel

Slide 10 - Tekstslide

Cultuurlandschappen kun je onderverdelen in drie categorieën: 

1. Stedelijk cultuurlandschap. Dit zijn meestal steden, gemeenten of dorpen. Je kunt een stedelijk cultuurlandschap herkennen aan dicht bij elkaar gebouwde huizen en drukke wegen. 

2. Landelijk cultuurlandschap. Dit landschap is aangelegd door de mens, maar hierbij is veel natuur aangelegd en weinig huizen en wegen. Landbouwakkers of bossen die aangelegd zijn door mensen zijn hier voorbeelden van. 

3. Industrieel cultuurlandschap. Deze soort bevat zoals de naam al zegt veel industrie (fabrieken), maar ook bedrijven en transportwegen.
Noteer 1 van de 6 landschappen die te vinden zijn in Nederland

Slide 11 - Woordweb

1. Veenlandschappen
2. Rivierlandschappen
3. Zeekleilandschappen
4. Zandlandschappen
5. Kustlandschappen
6. Heuvellandschappen
Landschappen in Nederland
1. Veenlandschappen
2. Rivierlandschappen
3. Zeekleilandschappen
4. Zandlandschappen
5. Kustlandschappen
6. Heuvellandschappen

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent van Nederland ligt beneden zeeniveau?
A
26%
B
62%
C
59%
D
95%

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nederland
Nederland = laag land

Slide 14 - Tekstslide

Nederland betekent laag land. 
Van Nederland ligt 26% beneden zeeniveau.
59% van Nederland is alsnog kwetsbaar voor overstromingen bij hoogwater en zware stormen. 

Nederland is niet alleen kwetsbaar voor overstromingen aan de zeekant, maar ook door de grote rivieren. 
De Rijn, de Maas en de Schelde zijn drie grote Europese rivieren die bij hoog water voor overstromingen kunnen zorgen. 
Welke vier grondsoorten vind je voornamelijk in Nederland?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Grondsoorten
1. Zand
2. Veen
3. Klei
4. Löss

Slide 16 - Tekstslide

In Nederland zijn vier verschillende grondsoorten te vinden die het meest aanwezig zijn: zand, veen, klei en löss. 

Het klimaat in een gebied is bepalend voor de grondsoorten die je er kunt vinden. 
- Zo kun je de grondsoort klei bijvoorbeeld onderverdelen in zeeklei en rivierklei. Zoals de namen je al vertellen vind je de ene soort klei in de buurt van een zee en de andere soort in de buurt van een rivier.
- Veen ontstaat door afgestorven planten in moerassen. De planten kunnen hier niet afbreken door de bacteriën en schimmels, hopen hierdoor op en vormen veen.
- Zand is heel licht en goed verplaatsbaar. De wind en het water vervoeren het zand. Zand is een onvruchtbare ondergrond. 
- Löss bestaat uit grotere deeltjes dan klei, maar uit kleinere deeltjes dan zand. Löss is juist een hele vruchtbare ondergrond en wél geschikt voor landbouw.
Welke landschappen vind je voornamelijk in hoog Nederland?
A
Zand-, hoogveen-, duinen-, rivierklei- en lösslandschap
B
Zeeklei-, rivierklei- en laagveenlandschap

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke landschappen vind je voornamelijk in hoog Nederland?
A
Zand-, hoogveen-, duinen-, rivierklei- en lösslandschap
B
Zeeklei-, rivierklei- en laagveenlandschap

Slide 18 - Quizvraag

 Hoog Nederland ligt in het zuiden en oosten van Nederland en langs de kust.
Welke grondsoorten zullen je voornamelijk vinden in laag Nederland?
A
Veen en klei
B
Zand
C
Löss

Slide 19 - Quizvraag

In laag Nederland vind je veen (ook wel laagveen) en klei. Klei is meegebracht door de rivieren of de zee; rivier- en zeeklei dus.
Hoe heten de twee polders die Flevoland vormen?
A
Zuidplaspolder en Alblasserwaard
B
Schermer en de Beemsterpolder
C
Noordoostpolder en Flevopolder

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De Oostvaardersplassen zijn bijzonder, omdat...

Slide 21 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

De Oostvaardersplassen leveren nu kritiek op (5 jaar geleden). Wat vinden jullie?
Landschapsschilderkunst

Slide 23 - Tekstslide

Landschapsschilderkunst is een genre binnen de kunst waarbij landschappen worden afgebeeld. Denk hierbij bijvoorbeeld aan: bergen, valleien, vlakten, bomen en rivieren.
Klaar voor de toets?

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies