Hoe je zelfstandig naamwoorden maakt van werkwoorden
4.5 Woorden
In deze paragraaf leer je:
Slide 4 - Tekstslide
Je krijgt een overzicht van de 25 woorden en betekenissen van hoofdstuk 4
Oefen deze 5 minuten lang met je buurman/vrouw
je krijgt van mij een nieuw blad waar woorden of betekenissen niet zijn ingevuld.
Hoeveel kunnen jullie er samen binnen 5 minuten invullen zonder te spieken?
4.5 Woorden
Duo-opdracht
timer
1:00
Slide 5 - Tekstslide
In het vorige hoofdstuk leerde je over de achtervoegsels -loos, -achtig, -baar, -je en -es. Door een achtervoegsel verandert het woord. Je noemt dat nieuwe woord een afleiding.
kind - kinderloos eten - eetbaar prins - prinses
Ook van namen van landen of steden kun je een afleiding maken. Deze afleidingen schrijf je met een hoofdletter. Ierland - de Ierse bedrijven Rotterdam - het Rotterdamse festival Portugal - het Portugese feest Nijmegen - De Nijmeegse vierdaagse
4.5 Woorden
Leertekst Afleiding 2 blz. 57
timer
1:00
Slide 6 - Tekstslide
Van een werkwoordkan je een zelfstandig naamwoord maken door er een achtervoegsel aan toe te voegen. Het nieuwe woord is een afleiding van het werkwoord.
vergaderen – de vergadering antwoorden - het antwoord repareren – de reparatie vragen - de vraag proberen – het probeersel begroeten - de begroeting monteren - de montage
4.5 Woorden
Leertekst Afleiding 2 blz. 57
timer
1:00
Slide 7 - Tekstslide
maak opdracht 6, 7 en 8 op blz. 52 - 53 en opdracht 15 en 16 op blz. 56-57