Medicatie toedienen via de longen

Medicatie toedienen via de longen
Inhalatie

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Medicatie toedienen via de longen
Inhalatie

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

lesagenda
Aanwezigheid
Leerdoelen
Theorie
Evaluatie leerdoelen
Bronnen

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je kunt de indicatie, contra-indicatie en potentiële problemen van het inhaleren van medicatie benoemen
  • Je werkt bij het controleren en toedienen van medicijnen precies en bekwaam volgens de bekwaamheidseisen, veiligheidsregels, voorschriften en wettelijke richtlijnen, zoals de wet BIG.
  • Je kunt vertellen over welke aandachtspunten je de cliënt in moet lichten bij gebruik van medicatie via inhalatie
  • Je kunt bijwerkingen van medicijnen tijdig signaleren en hierop de juiste actie ondernemen





Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De luchtwegen
De luchtwegen kunnen verdeeld worden in twee delen: de bovenste luchtwegen en de onderste luchtwegen. Onder de bovenste luchtwegen wordt verstaan: de neus, de keel en het strottenhoofd (boven de stembanden). Onder de onderste luchtwegen wordt verstaan: de luchtpijp, de bronchiën (luchtpijptakken) en de longblaasjes (longweefsel).


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werken gezonde longen?

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn luchtwegverwijders en ontstekingsremmers?

Slide 8 - Open vraag

Medicatie bij zieke longen

Luchtwegverwijders
De luchtwegverwijder zorgt ervoor dat de spiertjes om de luchtwegen verslappen, daardoor worden de luchtwegen weer wijder. Een luchtwegverwijder is dus een tijdelijke oplossing, ze doen niets aan een ontsteking in de longen.
Kortwerkende luchtwegverwijders werken binnen 5 minuten en hebben maximaal 6 uur effect.
Cliënten kunnen een kortwerkende luchtwegverwijder ook preventief gebruiken, wanneer te verwachten valt dat de cliënt klachten zal gaan krijgen. Zoals bijvoorbeeld bij inspanning.
Langwerkende luchtwegverwijders hebben gemiddeld 12 uur effect.

Ontstekingsremmers

Een ontstekingsremmer heeft meestal de vorm van een puffer, maar kan ook in tabletvorm gegeven worden. Deze medicijnen bestrijden de ontstekingen in de longen, hierdoor reageren de longen minder heftig op prikkels.
Het duurt een aantal weken voor de ontstekingsremmers goed hun werk doen. Het zijn onderhoudsmedicijnen en moeten daarom voor een langere tijd dagelijks gebruikt worden. Therapietrouw is dus heel belangrijk voor een goede werking van ontstekingsremmers.

Combinatie

Er bestaan ook medicijnen voor de luchtwegen die een combinatie bevatten. Dan zit in een medicament zowel de ontstekingsremmer als de luchtwegverwijdende medicatie.
De keuze voor een bepaalde methode is afhankelijk van:

  • de medische indicatie;
  • de ademhalingscapaciteit;
  • de vaardigheden van de zorgvrager.

Door toediening van medicijnen via de luchtwegen kan benauwdheid (ontstaan door irritatie of ontsteking) voorkomen of behandeld worden. Deze toedieningsvorm noemt men inhalatie.

Slide 9 - Tekstslide

Inhalatie is een manier om medicijnen bij aandoeningen van de luchtwegen direct op de juiste plaats te brengen. Hierdoor werkt het snel, is er minder werkzame stof nodig en zijn er minder bijwerkingen.

Ziekten van de longen
Vooral zorgvragers met chronisch obstructieve longziekten inhaleren medicijnen.
zoals;

  • astma
  • bronchitis
  • longemfyseem (blijvende uitzetting van de longblaasjes)


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kunnen redenen van benauwdheid zijn bij een longaandoening?

Slide 11 - Woordweb

Redenen van benauwdheid bij een longaandoening.

Als de luchtwegen door irritatie of ontsteking vernauwd zijn, kan een zorgvrager benauwd worden. Het kost diegene dan veel moeite om te ademen. Na elke vorm van activiteit, zoals wassen, aankleden, eten, mobiliseren of toiletbezoek,  verergert de benauwdheid en kan de zorgvrager zelfs het idee krijgen dat hij stikt. 

Effect van longmedicatie
  • remming van ontstekingsreacties
  • verdunning van taai slijm
  • vermindering van slijmvlieszwelling
  • opheffen van bronchospasmen (bronchusverwijding)


Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Inhalatiemedicijnen worden voorgeschreven bij zorgvragers die last hebben van:

A
kortademigheid, hoesten en slijm
B
benauwdheid, ontstekingen van de luchtwegen
C
longaandoeningen (astma, COPD, taaislijmziekte)
D
hooikoorts

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De 5 j's, waar staan deze voor?
A
juiste zorgvrager, juiste medicijn
B
juiste toedieningswijze
C
juiste tijdstip
D
juiste dosis

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Myrthe is acht jaar en heeft astma. De arts heeft haar een luchtwegverwijder en een luchtwegbeschermer voorgeschreven. Deze medicijnen moeten geïnhaleerd (ingeademd) worden. Je leert Myrthe en haar vader hoe de medicijnen van Myrthe toegediend moeten worden.
Myrthe moet eerst:
A
haar mond spoelen
B
de luchtwegverwijder inhaleren
C
de luchtwegbeschermer inhaleren

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Medicatie luchtwegen
Medicatie voor de luchtwegen komen direct op de plek waar zij moeten werken, in de longen. Hierdoor komen er zelden bijwerkingen voor. Wel kan het zo zijn dat de voorgeschreven medicatie niet het gewenste effect heeft, in dat geval is het altijd verstandig de arts te raadplegen.

Slide 16 - Tekstslide

Na het gebruik van medicatie via de luchtwegen is het belangrijk dat:

De cliënt de mond spoelt. Het eerste slokje uitspugen, tweede slokje doorslikken. (Dit is vooral belangrijk bij het vernevelen met corticosteroïden). Wanneer dit lastig is voor de cliënt kun je de cliënt ook wat laten eten.
Laat de cliënt de huid rond de mond en neus reinigen met water, help hier zo nodig bij.

Complicaties bij inhalatie
Het te inhaleren medicijn moet een plaatselijke werking uitoefenen in de bronchiën, maar een deel komt via absorptie toch in de bloedbaan terecht. Dit kan bijwerkingen veroorzaken, zoals:
hartritmestoornissen bij een overdosis (salbutamol mag daarom maximaal zes maal per dag worden gebruikt);
heesheid;
schimmelinfecties in de mond- en/of keelholte (in het bijzonder bij gebruik van corticosteroïden).

Inhalatiemedicijnen

Slide 17 - Tekstslide

Inhaleren aanleren aan de zorgvrager:

Stap 1 Vertel de belangrijke punten van de inhalator, de lichaamshouding (ontspannen zitten, rechtop met de schouders naar achteren, het hoofd iets schuin naar boven).
Stap 2 Laat de zorgvrager een paar maal bewust in- en uitademen en bij een diepe inademing met de inhalator de medicijnen langzaam naar binnen zuigen en vasthouden.
Stap 3 Laat de zorgvrager dan rustig uitademen door de neus, met de mond dicht. Laat hem dit een paar keer herhalen.

Slide 18 - Link

Kijk de 3 filmpjes op Thieme meulenhoff over:
  • het toedienen van medicijnen per inhalatie
De keuze voor een bepaalde inhalatiemethode is afhankelijk van:



A
De leeftijd en het geslacht van de zorgvrager
B
De auditieve en gehoorcapaciteiten
C
Voormalig beroep, vooropleiding van de zorgvrager
D
De medische indicatie, de ademhalingscapaciteit, de vaardigheden van de zorgvrager

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Begeleiding van de zorgvrager bij de inhalatie
Je kunt de zorgvrager helpen door:

  • Een goede ademhalingstechniek aan te leren
  • Te vertellen waarop hij moet letten tijdens het medicijngebruik
  • Mee te denken over een passend toedieningssysteem
  • Een rustige omgeving te creëren
  • Ruim de tijd nemen voor instructie en regelmatig controleren of de zorgvrager de juiste ademtechniek nog toepast

Slide 20 - Tekstslide

De zorgvrager moet goed voorgelicht worden over de techniek, zodat de medicijnen optimaal kunnen werken. Er zijn verschillende technieken om medicijnen te inhaleren en ook verschillende materialen die de zorgvrager daarbij kan gebruiken. Als verpleegkundige ben je daarvan op de hoogte. Je past de juiste techniek toe, met het juiste materiaal en volgens protocol.

Noem verschillende inhalatoren

Slide 21 - Woordweb

Verschillende inhalatoren
Verstuivers
Poederinhalatoren
Vernevelapparaten
Daarnaast bestaan er ook verschillende voorzetkamers

Inhalatoren

Slide 22 - Tekstslide



De Turbuhaler
is buisvormig en bevat tweehonderd afgepaste poederhoeveelheden. Door een draai aan de geribbelde draaiknop aan de onderzijde van het apparaat is een afgepaste dosering beschikbaar. Als er in het venster een rood streepje zichtbaar wordt, zitten er nog ongeveer twintig doses in de Turbuhaler. Dan moet je een nieuwe Turbuhaler bestellen.

De Diskhaler of poederinhalator is een plat doosje, voorzien van een mondstuk. In het doosje bevindt zich een schuiflade. Daarin passen schijfjes die vier of acht aparte vakjes met inhalatiepoeder bevatten. Om het poeder te inhaleren moet een poedervakje (dosis) worden geopend. Dat gebeurt door het dekseltje van de Diskhaler omhoog te trekken, waardoor de boven- en onderkant van het vakje worden doorgeprikt. Na het sluiten van het deksel is de Diskhaler klaar voor gebruik. Een telmechanisme geeft aan hoeveel poedervakjes nog vol zijn. Door de speciale verpakking is het poeder niet gevoelig voor vocht.

Dosisaerosol

Een dosisaerosol (pufje) is een soort spuitbusje in een houder. Bij een dosisaerosol komt er op het moment dat er op de knop gedrukt wordt een wolkje/pufje (dosis) van het medicijn vrij. Een zorgvrager moet de inhalator aan de mond zetten, op de knop drukken en vervolgens het medicijn diep inademen. Bij kinderen wordt vaak een voorzetkamer gebruikt, waardoor het medicijn beter ingeademd kan worden.
Voorzetkamer en vernevelaar

Slide 23 - Tekstslide

Een voorzetkamer kun je aan een dosisaerosol vastkoppelen. Voor veel cliënten kan het inhaleren met een dosisaerosol een moeilijke handeling zijn, om I.v.m. kortademigheid een diepe ademteug te nemen. Daarom is een voorzetkamer te adviseren.

Vernevelaar
Een vernevelaar is een apparaat dat een medicijn omzet in damp. Op deze manier kunnen medicijnen door de zorgvrager gemakkelijker en rustiger ingeademd worden, vooral door zorgvragers die ernstig benauwd zijn.

De stappen van het schoonmaken direct na de verneveling:
Spoel de medicijnbeker af met lauwwarm water, geen heet water, want dan kan er eiwit aankoeken.
Na het afspoelen de medicijnbeker afwassen in een handwarm sopje met afwasmiddel.
Afspoelen zodat het schuim weg is
De medicijnbeker drogen met een schone, niet pluizende doek.
Bewaar het vernevelapparaat op een afgesloten, droge, stof arme plaats, bijvoorbeeld een kast.

 

Waarom trek je handschoenen aan bij het klaarmaken van vernevelmedicatie?
A
Omdat de vernevelmedicatie op jouw huid blijft ruiken
B
Omdat de medicatie in door jouw huid in jouw lichaam terechtkomt
C
omdat de zorgvrager weleens sputum op kan hoesten
D
omdat dit een steriele handeling is

Slide 24 - Quizvraag

Vernevelen
Om te kunnen vernevelen wordt het voorgeschreven medicijn, soms samen met een oplosmiddel (NaCl 0,9% fysiologisch zout), in de medicijnbeker van de vernevelaar gedaan. Het is belangrijk dat dit medicijn op kamertemperatuur is. Door de verneveling daalt de temperatuur van het medicijn al zo’n 10 graden. Als de temperatuur te laag wordt bestaat er kans op bronchospasme. Dit is een verkramping van de spieren rond de luchtpijp.

Hoe lang er verneveld wordt spreekt de arts af in zijn voorschrift. Dit is meestal 10 of 15 minuten. Daarna wordt het vernevelapparaat uitgezet en moeten de materialen gereinigd worden.


Waar kun je de huid van het gezicht mee verzorgen wanneer deze geïrriteerd is bij het dragen van een vernevelmasker?

Slide 25 - Woordweb

Met bepanthen of vaseline, 
Leerdoelen evalueren
  • Je kunt de indicatie, contra-indicatie en potentiële problemen van het inhaleren van medicatie benoemen
  • Je werkt bij het, controleren en toedienen van medicijnen precies en bekwaam volgens de bekwaamheidseisen, veiligheidsregels en –voorschriften en wettelijke richtlijnen, zoals de wet BIG.
  • Je kunt vertellen over welke aandachtspunten je de cliënt in moet lichten bij gebruik van medicatie via inhalatie
  • Je kunt bijwerkingen van medicijnen tijdig signaleren en hierop de juiste actie ondernemen




Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bronnen
Thieme meulenhoff verpleegtechnische handelingen, Hfst 9 medicijnen, toedienen van medicijnen per inhalatie
Apotheek.nl
Farmacotherapeutischcompas.nl

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies