In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Communicatie 1
Slide 1 - Tekstslide
Lesinhoud
Deelopdrachten
Afronding beroepsopdracht
E-learnings
Planning
Voorkennis testen
Slide 2 - Tekstslide
Deelopdracht 1
Je verdiept je in de basistheorie van communicatie
Slide 3 - Tekstslide
Deelopdracht 2
Je leest de theorie over ervaringsordeningen door.
Link--> Dulon Online
Slide 4 - Tekstslide
Deelopdracht 3
Je maakt een communicatieprofiel voor één cliënt/ zorgvrager.
Upload het communicatieprofiel als bijlage bij deze opdracht.
Slide 5 - Tekstslide
Afronding beroepsopdracht
Je voert een gesprek met een cliënt/ zorgvrager waarin je laat zien dat je verschillende gespreksvaardigheden toepast. Vraag aan je werkbegeleider of hij na afloop feedback wil geven aan de hand van de volgende gedragscriteria:
Ik heb mijn kennis van communicatiemogelijkheden, passend bij de wensen en mogelijkheden van de cliënt/ zorgvrager toegepast in het gesprek met de cliënt.
Ik heb mijn kennis van de diverse gesprekstechnieken toegepast in het gesprek met de cliënt/ zorgvrager.
Ik heb belangstelling getoond voor, en betrokkenheid bij de cliënt/ zorgvrager.
Slide 6 - Tekstslide
Afronding beroepsopdracht
Ik heb gericht doorgevraagd bij de cliënt/ zorgvrager ( indien geen verbale communicatie mogelijk is heb ik vanuit observatie gehandeld) een duidelijk beeld gekregen van de situatie, mogelijkheden, beperkingen, ondersteuningsvragen, wensen en verwachtingen;
Ik heb actief geluisterd (of door observatie goed het gedrag gelezen van de cliënt) naar de ondersteuningsbehoefte van de cliënt/ zorgvrager.
Ik heb in afstemming met de cliënt/ zorgvrager, totale communicatie toegepast wanneer diens situatie daarom vraagt;
Ik heb adequaat gereageerd op (non-)verbale signalen van de cliënt/ zorgvrager.
Slide 7 - Tekstslide
E-learnings
Communicatie, advies en instructie - 1. Introductie: wat is communicatie?
Communicatie, advies en instructie - 2. Miscommunicatie
Communicatie, advies en instructie - 3. Cultuur en communicatie
Communicatie, advies en instructie - 4. Het gesprek
Communicatie, advies en instructie - 5. Specifieke gesprekken met zorgvragers
Communicatie, advies en instructie - 6. Advies, instructie en voorlichting
Communicatie, advies en instructie - 7. Samenwerken
Communicatie, advies en instructie - 8. Conflicten, agressie en crisis
Slide 8 - Tekstslide
Planning
Slide 9 - Tekstslide
Communicatie is een proces van informatie- uitwisseling.
Stelling: Om te communiceren..... nodig
A
Zijn twee partijen nodig
B
Is één partij, namelijk de zender
C
Is één partij, namelijk de ontvanger
Slide 10 - Quizvraag
Manon geeft een presentatie over hygiëne in de zorg voor een aantal collega's.
Vraag: Wie is in deze casus de zender?
A
Manon
B
De collega's
C
Geen van bovenstaande
Slide 11 - Quizvraag
Jan en Katie praten met elkaar. Jan luistert naar Katie en probeert te begrijpen wat ze bedoelt.
Stelling: Jan is.... van de boodschap
A
De zender
B
De ontvanger
C
Het doel
D
De aanhoorder
Slide 12 - Quizvraag
In een gesprek is er sprake van twee rollen: de zender en de ontvanger. Tijdens een gesprek vindt feedback of terugkoppeling van communicatie plaats.
Vraag: Wat wordt hiermee bedoeld?
A
Je wisselt in een gesprek steeds van rol
B
Het gesprek eindigt in de rol waarmee je begon
C
Je hebt doorgaans maar één rol
Slide 13 - Quizvraag
Verbale communicatie is het gebruik van....
A
Gebaren
B
Woorden/ taal
C
De toon van de stem
D
Lichaamstaal
Slide 14 - Quizvraag
Waarvan maakt men gebruik bij non- verbale communicatie?
A
Lichaamstaal
B
Gebaren
C
Alle bovenstaande
D
Geen van bovenstaande
Slide 15 - Quizvraag
Iris geeft een belangrijke presentatie voor een grote groep mensen. Ze is wat nerveus en maakt vanwege de zenuwen drukke gebaren en praat snel. Ineens krijgt ze een black- out, waarna ze begint te zweten en te blozen.
Vraag: Wat is in deze casus een vorm van onwillekeurige non- verbale communicatie?
A
Drukke gebaren
B
Blozen
C
Snel praten
D
Een black- out
Slide 16 - Quizvraag
Bij communicatie wil je een boodschap verzenden.
Stelling: Deze boodschap...... gedurende het gesprek.
A
Blijft hetzelfde
B
Verandert af en toe
C
Verandert continue
Slide 17 - Quizvraag
Marieke decodeert een boodschap.
Vraag: Wat wordt hiermee bedoeld?
A
Een grote groep bereiken met de boodschap
B
Proberen de boodschap zo goed mogelijk te begrijpen.