EN1-46-PREX.

opdracht 1: kies de goede zin. 
u ziet vijf personen. ze doen allemaal iets anders. 
er zijn zes zinnen; vijf ervan gaan over de personen op het plaatje. sleep de zin naar het goede plaatje 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

opdracht 1: kies de goede zin. 
u ziet vijf personen. ze doen allemaal iets anders. 
er zijn zes zinnen; vijf ervan gaan over de personen op het plaatje. sleep de zin naar het goede plaatje 

Slide 1 - Tekstslide

I wear a suit to work
these days, i love to just sit and smoke my pipe
I speak at important conferences
i am knitting socks for my grandchild
I love the black dress I am wearing today. 
Tomorrow is my first day at school. 

Slide 2 - Sleepvraag

Opdracht 2: Kies het goede woord. 
je ziet verschillende delen van het lichaam. Sleep het woord in het juiste vakje. 

Slide 3 - Tekstslide

shoulder
Ear
Elbow
Eye
Leg
Mouth
Hair
Nose
Foot
Hand
Arm

Slide 4 - Sleepvraag

opdracht 3: 
lees de tekst over Jake, een jongen uit Engeland. 
Beantwoord de vragen in het Engels.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Waar woont Jake?

(beantwoord de vragen in korte Engelse zinnen)

Slide 7 - Open vraag

Met wie woont Jake samen?

(beantwoord de vragen in korte Engelse zinnen)

Slide 8 - Open vraag

Welke twee problemen heeft hij met de plaats waar hij woont?

(beantwoord de vragen in korte Engelse zinnen)

Slide 9 - Open vraag

Wat voor werk doet hij?

(beantwoord de vragen in korte Engelse zinnen)

Slide 10 - Open vraag

Waarom wil hij graag wonen in de plaats waar hij werkt? noem 2 redenen.

(beantwoord de vragen in korte Engelse zinnen)

Slide 11 - Open vraag

opdracht 4: Schrijven
A. 
u wilt deelnemen aan een talenreis om uw Engels te verbeteren. Tijdens deze reis logeert u bij een gastfamilie. De gastfamilie heeft uw gegevens ontvangen en ze sturen u een e-mail waarin ze wat vragen stellen. 
Geef antwoord in korte Engelse zinnen. Alleen ja of nee is niet voldoende. 

Slide 12 - Tekstslide

How old are you?

Slide 13 - Open vraag

Do you live alone?

Slide 14 - Open vraag

Are you a student or do you work?

Slide 15 - Open vraag

Can you tell us a little about your hobbies?

Slide 16 - Open vraag

Is it okay for you to share a bedroom with our three-year old son?

Slide 17 - Open vraag

B
U hebt al hun vragen beantwoord, maar u hebt ook vragen aan uw gastfamilie. 
U ziet straks de antwoorden maar de vragen zijn weggevallen. 
Lees de antwoorden en schrijf daar een passende korte Engelse vraag bij. 

Slide 18 - Tekstslide

Vraag: ________
Antwoord: We have a nine-year-old daughter and a three-year-old son.

Slide 19 - Open vraag

Vraag: ________
Antwoord: We live in Cossall, a small village in the Peak District.

Slide 20 - Open vraag

Vraag: ________
Antwoord: Our neighbours are an elderly couple.

Slide 21 - Open vraag

Vraag: ________
Antwoord: The school is in Nottingham, my husband will drive you there in the morning.

Slide 22 - Open vraag

Vraag: ________
Antwoord: The other students at the school are mostly from belgium, Germany and France

Slide 23 - Open vraag