Afronding module 4

Donderdag 30 november
- Afronden module 4 
- Zelftest module 4 
- Tussentoets module 4 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Donderdag 30 november
- Afronden module 4 
- Zelftest module 4 
- Tussentoets module 4 

Slide 1 - Tekstslide

Ruilen tussen generaties 
Iedereen in Nederland heeft recht op een basispensioen. (AOW)
 
De AOW is een voorbeeld van een omslagstelsel, de mensen die betaalde arbeid verrichten betalen voor de mensen die met pensioen zijn. 

Slide 2 - Tekstslide

Ruilen tussen generaties
De meeste Nederlanders sparen voor een aanvullend pensioen. Dit gaat via pensioensfondsen, dit is een voorbeeld van een kaptiaaldekkingsstelsel, pensioensuitkeringen worden gedekt door inkomsten uit kapitaal. 

Slide 3 - Tekstslide

Waardevaste uitkeringen

Uitkeringen die ieder jaar worden aangepast aan de inflatie 
Welvaartsvaste uitkeringen

Uitkeringen die de loonontwikkeling volgen, stijgen mee met de lonen. 

Slide 4 - Tekstslide

Opdracht 2 
  • (16 x 104) + (84 x 105) / 100 = 104,84
  • Dit kan komen door een stijging van het inkomen. Hierdoor kan het bestedingsaandeel dalen.
  • 107,2 / 104,84 x 100 = 102,3

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 3 
  • Nee in 2001 stegen de prijzen meer dan de lonen -> daling van koopkracht 
  • Nee, alleen in 2006 was er deflatie
  • Nee, 102,7 / 102,4 x 100 = 100,2929688
  • Nee, 100 / 102,4 x 100 = 97,65625, daling 2,34%

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 5 
Grijze druk = aantal gepensioneerden / aantal werkenden x 100% 
  • 2,64 miljoen x € 10.000 = € 26,4 miljard 
  • 4,95 miljoen / 45% x 100% = 11 miljoen. Hiervan is 80% belastingplichtig. In totaal moet er betaald worden 4,95 miljoen x €20.000 = €99 miljard. Per persoon is dat €99 miljard / 8,8 mln = €11.250 Lonen stijgen met een index van 220. Dat betekent dat de bruto lonen €66.000 worden. In procenten 11.250 / 66.000 x 100% = 17% 

Slide 7 - Tekstslide

Scholing is een investering in menselijk kapitaal.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

Bij het nominale rendement wordt er rekening gehouden met inflatie
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

De plannen van de regering staan in het regeerakkoord
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

AOW is een voorbeeld van ruilen over de tijd
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

AOW is gebaseerd op het kapitaaldekkingsstelsel
A
Juist
B
Onjuist

Slide 12 - Quizvraag