Thema 4 vrouw

4.2 vrouw
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

4.2 vrouw

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Link

Eierstokken
Er zijn twee eierstokken (paars in het plaatje).
'Stok' betekent 'voorraad'

Deze voorraad van eitjes heb je vanaf je geboorte

Slide 3 - Tekstslide

Wanneer zijn de eitjes in de eierstokken van een meisje van 12 aangelegd?
A
Toen het meisje 5 was
B
Toen het meisje in de buik van haar moeder zat.
C
Toen de moeder van het meisje in de buik van haar moeder zat
D
Toen het meisje 10 was

Slide 4 - Quizvraag

In de eierstok

Er zitten heel veel eitjes opgeslagen in de eierstokken.
Elke maand wordt er (meestal) maar 1 rijp.
Dit zie je bij 2 en 3 in het plaatje.

Slide 5 - Tekstslide

Wat kan er gebeuren als er per ongeluk twee eitjes tegelijk rijp worden?

Slide 6 - Open vraag

Ovulatie
Als het eitje rijp is, barst het blaasje waar het eitje inzit. De eicel floept uit de eierstok. Dit heet ovulatie of eisprong.
De eileider zuigt de eicel op.
Dit zie je bij 4.

Slide 7 - Tekstslide

Waar gaat de eicel naartoe?

Slide 8 - Open vraag

In de eileider

Een eicel gaat binnen een dag na ovulatie dood.
Alleen als hij bevrucht wordt door een zaadcel blijft de cel leven. Dit is dan de eerste cel van een kindje.

Slide 9 - Tekstslide

Waar vindt bevruchting plaats?
A
In de eierstok
B
In de eileider
C
In de baarmoeder
D
In de vagina

Slide 10 - Quizvraag

In de baarmoeder

Aan de binnenkant van de baarmoeder zit een laag slijm met bloedvaten. Hier kan een kindje goed groeien door de stoffen in het bloed van de moeder.

Slide 11 - Tekstslide

De eerste cellen van een kindje doen al verbranding. De stoffen die hiervoor nodig zijn, komen uit het bloed van de moeder. Welke stoffen zijn nodig?

Slide 12 - Open vraag

Baarmoederslijmvlies
Terwijl het eitje in de eierstok rijpt, wordt het baarmoederslijmvlies lekker dik en komen er heel veel bloedvaten in.

Slide 13 - Tekstslide

Voor een groeiend kindje is een behoorlijk dik baarmoederslijmvlies nodig. Op het moment van ovulatie is het vaak nog niet dik genoeg. Waarom is dat niet erg?

Slide 14 - Open vraag

Na de ovulatie blijft het baarmoederslijmvlies 14 dagen in de baarmoeder. Is er dan nog geen kindje? Dan is het dikke slijmvlies deze maand niet nodig. Het wordt afgebroken.

Slide 15 - Tekstslide

Menstruatie
Als het baarmoederslijmvlies wordt afgebroken, komt er slijm en bloed uit de vagina. Dit heet ongesteldheid of menstruatie. 
De gespierde wand van de baarmoeder trekt hard samen. Hier kan je buikpijn van krijgen.

Slide 16 - Tekstslide

Er zijn allerlei producten om het bloed op te vangen zodat er geen bloed op je kleren komt. Welk product wordt niet in de vagina gedragen?
A
maandverband
B
tampon
C
menstruatiecup

Slide 17 - Quizvraag

En alles begint weer opnieuw...

Terwijl er nog bloed uit de vagina komt, begint er alweer een nieuw eitje rijp te worden.
Het bloeden stopt en het baarmoederslijmvlies wordt weer dikker.

Slide 18 - Tekstslide

Menstruatiecyclus
Cyclus betekent dat alles de hele tijd opnieuw gebeurt.

De cyclus duurt gemiddeld 28 dagen. We beginnen met tellen op de eerste dag van de ongesteldheid.

Slide 19 - Tekstslide

Een cyclus duurt 28 dagen. Dag 1 is de eerste dag van de ongesteldheid. Op welke dag is de ovulatie?
A
1
B
7
C
14
D
28

Slide 20 - Quizvraag

Snap je de cyclus?
Maak opdracht 3 op blz 22 en 23 van het boek

Het huiswerk is
4.2: 1 tm 3 in het boek, 6 tm 8 online

Slide 21 - Tekstslide