Mijn Bezit, Jouw Bezit: Personal Pronouns en Possessive Pronouns - deel 2
Personal Pronouns en Possessive Pronouns
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1
In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Personal Pronouns en Possessive Pronouns
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoel
Aan het einde van de les kun je personal pronouns en possessive pronouns in het Engels gebruiken.
Slide 2 - Tekstslide
Leg aan het begin van de les het leerdoel uit aan de leerlingen.
Even herhalen: Possessive en Personal Pronouns? Wat zijn dat?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn pronouns?
Pronouns zijn woorden die gebruikt worden om naar personen, dieren of dingen te verwijzen.
Slide 4 - Tekstslide
Leg de definitie van pronouns uit en geef voorbeelden.
Slide 5 - Tekstslide
Laat de leerlingen de personal pronouns herhalen en vraag om voorbeelden van zinnen waarin ze gebruikt worden.
Possessive pronouns geven bezit aan, zoals
'mine',
'yours',
'his', 'hers', 'its'
'ours',
'yours'
'theirs'.
Slide 6 - Tekstslide
Laat de leerlingen de possessive pronouns herhalen en vraag om voorbeelden van zinnen waarin ze gebruikt worden.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 7 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 8 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 9 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.