Je kunt aan het einde van de les informatie vanuit tabellen aflezen en gebruiken voor opdrachten
Je kunt aan het einde van de les informatie in een tabel weergeven
Je kunt informatie vanuit verschillende tabellen combineren voor het maken van opdrachten
Slide 4 - Tekstslide
Wat is een tabel?
Waarvoor gebruik je tabellen?
Geeft een voorbeeld van een tabel
Slide 5 - Tekstslide
Rekenen met tabellen
In een tabel staat informatie overzichtelijk weergegeven in rijen en kolommen. Je kunt in een tabel informatie opzoeken. Bij sommige opgaven moet je rekenen met de informatie uit een tabel.
Slide 6 - Tekstslide
Calorieën
Hoeveel kcal heb je verbruikt als je een kwartier met 25 km/u hebt gefietst?
Slide 7 - Tekstslide
Calorieën
Een kwartier is 1/4 uur.
Dus in een kwartier fietsen
(25 km/u) ->
600 (kcal/uur) / 4 =
150 kcal verbruikt in een kwartier
Slide 8 - Tekstslide
Tabellen maken
Slide 9 - Tekstslide
Tabellen combineren
Bij sommige opgaven moet je informatie uit verschillende tabellen combineren.
Na hoeveel minuten hardlopen heb je de kilocalorieën (kcal) van een stuk pizza van 200 g verbrand?
Slide 10 - Tekstslide
Stap 1 Lees de informatie af die je nodig hebt
Energie per 100 g pizza: 248 kcal.
Verbranding per 10 min. hardlopen: 124 kcal.
Stap 2 reken uit
In 100 g pizza zit 248 kcal.
200 g : 100 g = 2
In 200 g pizza zit dus 2 × 248 = 496 kcal.
Per 10 min. hardlopen verbrand je 124 kcal.
496 kcal : 124 kcal = 4
496 kcal verbrand je dus in 4 × 10 = 40 min.
Je moet 40 min. hardlopen om de kilocalorieën van een stuk pizza van 200 g te verbranden.
Slide 11 - Tekstslide
Zelf aan de slag
Aan de slag met:
Domein: Verbanden
onderdeel: Tabellen en schema's
Vragen? Stel ze dan kom ik je helpen!
Slide 12 - Tekstslide
Centrale afsluiting
Wat hebben we vandaag geleerd?
Leerdoelen:
Je kunt aan het einde van de les informatie vanuit tabellen aflezen en gebruiken voor opdrachten
Je kunt aan het einde van de les informatie in een tabel weergeven
Je kunt informatie vanuit verschillende tabellen combineren voor het maken van opdrachten