Romeinen > les 2 > instructie groep 5

Welkom in de les
- Open op je iPad de lessonup app 
- Log in met de code.
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisBasisschoolGroep 4,5

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welkom in de les
- Open op je iPad de lessonup app 
- Log in met de code.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dit ga je leren vandaag
  • Je leert over het leven van de Romeinen, ten tijde van het Romeinse Rijk. 
  • Hoe zagen de Romeinse burgers  eruit?
  • Hoe zag een Romeins huis eruit? 
  • Wat deden de Romeinen in hun vrije tijd? 
  • Wat hebben de Romeinen ons nagelaten? 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tijdlijn
De tijd van de Grieken en Romeinen

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even herhalen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Over de stichting van Romeinse Rijk bestaat een mythe. Dat verhaal gaat als volgt:
Op de rivier de Tiber dreef een mandje met daarin de tweelingbroertjes Romulus en Remus. Een wolvin
vond de broertjes aan de oever van de rivier en nam ze mee naar haar hol. Ze zorgde goed voor ze. Toen de
twee jongens groot waren stichtten ze een stad. Dit was het begin van de stad Rome. Romulus en Remus
kregen ruzie over wie er de baas mocht zijn van de stad. Romulus was zo woedend dat hij zijn broer
vermoordde. Zo werd Romulus de eerste heerser over Rome en de stad werd naar hem vernoemd.

Dit verhaal is geen waargebeurd verhaal. Wat we wel weten is dat er zo’n drieduizend jaar geleden mensen
leefden op de heuvels waar nu de stad Rome is, in Italië. Het was een goede plek om te wonen want de
grond was er vruchtbaar en er was genoeg voedsel. Al snel bouwden mensen op verschillende plekken
dorpjes. Uiteindelijk vormden die samen de stad Rome in de loop van de 8ste eeuw v.Chr. Het werd een
machtige stad en de Romeinen veroverden steeds meer land. Hun rijk heette het Romeinse Rijk. De
Romeinen spraken Latijn.

Hoewel het verhaal van Romulus en Remus niet waargebeurd is, zijn de jongetjes en de wolvin nog steeds
een symbool voor de stad. 

Slide 6 - Tekstslide

Na de stichting van Rome breidden de Romeinen hun rijk steeds verder uit. Langzaamaan veroverden ze
omringende gebieden. In 218 v.Chr. hadden ze heel Italië onder hun hoede. Van daaruit veroverden ze het
hele gebied rondom de Middellandse Zee. De Middellandse Zee noemden ze daarom ook wel Mare
Nostrum, dat betekent ‘onze zee’. Je ziet het gebied dat de Romeinen veroverd hadden op de kaart. 

In 50 v.Chr. kwamen de Romeinen in Nederland. Ze veroverden het gebied tot aan de oude Rijn, daar lag de
grens van het Romeinse Rijk. Ten noorden van de grens woonden de Germanen. De Germanen verdedigden
hun gebied succesvol en daarom bleef de Rijn de grens van het Romeinse Rijk in Nederland. 

Door de Romeinen kwamen de mensen in ons land in contact met allemaal nieuwe uitvindingen en
producten. Enkele voorbeelden hiervan zijn:
- wegen
- watervoorzieningen
- eten zoals: druiven, perziken en kippen
- de religie van de Romeinen

Slide 7 - Tekstslide

Het eerste leger van Rome bestond uit ongeoefende mannen. Het waren burgers die werden opgeroepen
als het nodig was en dan brachten ze hun eigen wapens mee. Naarmate de soldaten meer vochten en meer
land veroverden werd het leger professioneler. Het leger nam soldaten in dienst. Er waren twee soorten
soldaten: voetsoldaten en soldaten te paard. De voetsoldaten worden ook wel infanteristen genoemd en
de soldaten te paard heten cavaleristen.
De burgers

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

In de Romeinse bevolking was niet iedereen hetzelfde. Er was een verschil tussen rijke en arme Romeinen.
De rijke Romeinen hadden een goed leven; ze hadden grote huizen, goed eten en slaven die veel werk voor
hun deden. Het gezin was belangrijk. De vader was thuis de baas in huis. De vrouw kreeg respect als
echtgenote maar had zelf weinig rechten. De zoons werden opgeleid tot soldaat of ambtenaar en van de
meisjes werd verwacht dat ze trouwden. De rijke mannen mochten deelnemen in de Senaat, het bestuur
van het Romeinse Rijk.
In de Romeinse bevolking was niet iedereen hetzelfde.
 Er was een verschil tussen rijke en arme Romeinen.
De rijke Romeinen hadden een goed leven; ze hadden grote huizen, goed eten en slaven die veel werk voor
hun deden. 
Het gezin was belangrijk. 
De vader was thuis de baas in huis. 
De vrouw kreeg respect als
echtgenote maar had zelf weinig rechten. 
De zoons werden opgeleid tot soldaat of ambtenaar en van de
meisjes werd verwacht dat ze trouwden. 
De rijke mannen mochten deelnemen in de Senaat, het bestuur
van het Romeinse Rijk.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Arme Romeinen moesten hard werken om de kost te verdienen. Ze woonden in veel kleinere huizen en
hadden geen slaven die het werk voor hun deden. De vrouwen uit deze gezinnen moesten veel werk in huis
doen en daarnaast werkten ze vaak nog op een boerderij, in het familiebedrijf, als kapster of voedvrouw.
Deze Romeinen waren dan wel niet zo rijk, maar wel vrije burgers.
Arme Romeinen moesten hard werken om de kost te verdienen. 
Ze woonden in veel kleinere huizen en
hadden geen slaven die het werk voor hun deden. 
De vrouwen uit deze gezinnen moesten veel werk in huis  doen en daarnaast werkten ze vaak nog op een boerderij, in het familiebedrijf, als kapster of voedvrouw. 
Deze Romeinen waren dan wel niet zo rijk, maar wel vrije burgers.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

In het Romeinse Rijk waren ook slaven, deze waren geen vrije burgers. Ze waren het bezit van hun meester
die ze op een veiling had gekocht. Slaven waren meestal krijgsgevangenen uit veroverde gebieden of
kinderen van slaven, maar het kwam ook voor dat erg arme Romeinen hun kind als slaaf verkochten. De
slaven deden het zware werk op het land en hielden het huis schoon. Slaven konden door hun meester
worden ‘vrijgemaakt’ of ze konden geld sparen om hun eigen vrijheid te kopen.
In het Romeinse Rijk waren ook slaven, deze waren geen vrije burgers. 
Ze waren het bezit van hun meester
die ze op een veiling had gekocht. 
Slaven waren meestal krijgsgevangenen uit veroverde gebieden of  kinderen van slaven, maar het kwam ook voor dat erg arme Romeinen hun kind als slaaf verkochten. 
De slaven deden het zware werk op het land en hielden het huis schoon. 
Slaven konden door hun meester worden ‘vrijgemaakt’ of ze konden geld sparen om hun eigen vrijheid te kopen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

De keizer stond aan het hoofd van het Romeinse Rijk en was een erg rijke en machtige man. 
De keizer stond aan het hoofd van het Romeinse Rijk en was een erg rijke en machtige man. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een Romeins huis

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

De meeste Romeinen woonden en werkten op het platteland. Zij zorgden voor de productie van graan, wol
en andere producten. De meeste mensen in steden woonden in woningblokken dicht op elkaar gepakt. De
arme burgers bezaten maar een paar meubels. Die woningblokken bestonden uit drie of vier verdiepingen.
Op de begane grond waren winkels, werkplaatsen en stromend water. Daarboven waren de woningen. De bewoners moesten een toilet delen. De woningblokken waren vaak van slechte kwaliteit en het gebeurde
regelmatig dat ze instortten. 
De meeste Romeinen woonden en werkten op het platteland. Zij zorgden voor de productie van graan, wol
en andere producten. De meeste mensen in steden woonden in woningblokken dicht op elkaar gepakt. De arme burgers bezaten maar een paar meubels. Die woningblokken bestonden uit drie of vier verdiepingen. 
Op de begane grond waren winkels, werkplaatsen en stromend water. Daarboven waren de woningen. De bewoners moesten een toilet delen. De woningblokken waren vaak van slechte kwaliteit en het gebeurde
regelmatig dat ze instortten. 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Rijke families hadden grote huizen. Vaak hadden ze een huis in de stad en een villa op het platteland.
Rondom de villa bewerkten boeren het landgoed.
Een villa was vaak als volgt ingedeeld; Aan weerszijden van de ingang aan de straatkant waren winkeltjes
die verhuurd werden. Het huis was opgebouwd rondom het atrium; een opening in het dak waarbinnen
licht en regenwater naar binnen konden. Het water werd in een waterbadje opgevangen. In het atrium
stond een huisaltaar waar de bewoners dagelijks konden bidden. Ze brachten er ook offers als eten en wijn.
In de zijvleugel waren er verschillende vertrekken zoals: de ontvangstruimte, slaapkamers, woonkamers,
werkruimtes, de eetkamer en de zuilenhal. In de zuilenhal hier konden de kinderen spelen en de ouderen
rusten.
Andere dingen die het huis aangenaam maakten zijn de mozaïeken, waterleidingen, verwarmingssystemen
en het meubilair dat was gemaakt uit kostbaar hout. De buitenmuur had weinig of geen vensters uit
veiligheid en tegen de hitte.
Rijke families hadden grote huizen. Vaak hadden ze een huis in de stad en een villa op het platteland.
Rondom de villa bewerkten boeren het landgoed.
Een villa was vaak als volgt ingedeeld; Aan weerszijden van de ingang aan de straatkant waren winkeltjes
die verhuurd werden. Het huis was opgebouwd rondom het atrium; een opening in het dak waarbinnen
licht en regenwater naar binnen konden. Het water werd in een waterbadje opgevangen. In het atrium
stond een huisaltaar waar de bewoners dagelijks konden bidden. Ze brachten er ook offers als eten en wijn.
In de zijvleugel waren er verschillende vertrekken zoals: de ontvangstruimte, slaapkamers, woonkamers,
werkruimtes, de eetkamer en de zuilenhal. In de zuilenhal hier konden de kinderen spelen en de ouderen
rusten.
Andere dingen die het huis aangenaam maakten zijn de mozaïeken, waterleidingen, verwarmingssystemen
en het meubilair dat was gemaakt uit kostbaar hout. De buitenmuur had weinig of geen vensters uit
veiligheid en tegen de hitte.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke ruimte mis je nog in het Romeinse huis?

Slide 22 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De badkamer
 Die hadden de Romeinen niet thuis maar ze gingen naar een gezamenlijk badhuis. 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Filmpje: (2.12 min)
Romeins badhuis

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt je op bij het diner bij de Romeinen?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat valt je op bij het diner bij de Romeinen?

Ze eten liggend. 
Dat was gebruikelijk bij de rijke Romeinen. 
Met luxe diners probeerden families elkaar af te troeven.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vrije tijd

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

De Romeinse burgers begonnen ‘s ochtends vroeg met werken en waren in de middag vrij. In hun vrije tijd
gingen ze graag naar gladiatorengevechten kijken in het Colosseum. De gladiatoren waren slaven of boeven
die gedwongen werden om tegen elkaar te vechten. Heel soms waren gladiatoren mannen die zelf graag
wilden vechten. Ze droegen bescherming die bestond uit een helm, schild en lichaamsbescherming. Er
waren verschillende types gladiatoren en deze hadden hun eigen set wapens. Soms moest een gladiator
tegen een wild beest vechten.
De Romeinse burgers begonnen ‘s ochtends vroeg met werken en waren in de middag vrij. In hun vrije tijd
gingen ze graag naar gladiatorengevechten kijken in het Colosseum. De gladiatoren waren slaven of boeven
die gedwongen werden om tegen elkaar te vechten. Heel soms waren gladiatoren mannen die zelf graag
wilden vechten. Ze droegen bescherming die bestond uit een helm, schild en lichaamsbescherming. Er
waren verschillende types gladiatoren en deze hadden hun eigen set wapens. Soms moest een gladiator
tegen een wild beest vechten.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

De Romeinen hielden er ook van om naar het theater te gaan. De acteurs droegen maskers met duidelijke
gezichtsuitdrukkingen zodat iedereen in het publiek het goed kon zien. En andere vorm van vermaak was
een bezoekje aan de racebaan. Hier werden races gehouden tussen strijdwagens die getrokken werden
door paarden. Per dag werden er soms wel 24 races gehouden. De wagenmenners waren meestal slaven
maar sommigen werden goed betaald.
De Romeinen hielden er ook van om naar het theater te gaan. De acteurs droegen maskers met duidelijke
gezichtsuitdrukkingen zodat iedereen in het publiek het goed kon zien. En andere vorm van vermaak was
een bezoekje aan de racebaan. Hier werden races gehouden tussen strijdwagens die getrokken werden
door paarden. Per dag werden er soms wel 24 races gehouden. De wagenmenners waren meestal slaven
maar sommigen werden goed betaald.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Een andere manier van vrijetijdbesteding was naar het badhuis gaan. De meeste mensen hadden geen
badkamer in hun huis. Ze gingen naar het badhuis om zich te wassen. Veel mensen gingen er ook heen om
te sporten of om gezellig te kletsen met vrienden.
Een andere manier van vrijetijdbesteding was naar het badhuis gaan. De meeste mensen hadden geen
badkamer in hun huis. Ze gingen naar het badhuis om zich te wassen. Veel mensen gingen er ook heen om
te sporten of om gezellig te kletsen met vrienden.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De val van het Romeinse Rijk

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

In de 4de eeuw na Chr. ging het niet zo goed met het Romeinse Rijk. Er heersten ziektes in het rijk, er was
hongersnood onder de bevolking, de prijzen van voedsel en andere producten bleven stijgen en er waren
veel invasies van vijandige volken. Dit alles zorgde voor veel onrust onder de burgers. Rond 395 na Chr. werd het Romeinse Rijk in tweeën gedeeld. Het oosten en het westen werden twee verschillende delen.
Het rijk in het westen viel in 476. Het rijk in het oosten hield langer stand en viel pas in 1453 uiteen.
In de 4de eeuw na Chr. ging het niet zo goed met het Romeinse Rijk. Er heersten ziektes in het rijk, er was
hongersnood onder de bevolking, de prijzen van voedsel en andere producten bleven stijgen en er waren
veel invasies van vijandige volken. Dit alles zorgde voor veel onrust onder de burgers. Rond 395 na Chr. werd het Romeinse Rijk in tweeën gedeeld. Het oosten en het westen werden twee verschillende delen.
Het rijk in het westen viel in 476. Het rijk in het oosten hield langer stand en viel pas in 1453 uiteen.

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat lieten de Romeinen ons na? 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Tekstslide

De Romeinen hebben veel nieuwe uitvindingen gedaan waarvan we nu nog steeds gebruik maken:
- Romeinen dachten dat de stank van uitwerpselen en vuil water ziekten veroorzaakten. Daarom maakten
de Romeinen openbare toiletten. Hier kon je naast elkaar naar je behoefte doen. Ze hadden geen wc-papier
maar gebruikten een spons;
- De Romeinen legden ook waterwinningssystemen aan. Via aquaducten kon het water uit meren of uit de
bergen naar de steden stromen. In de steden konden de burgers water gaan halen bij fonteinen. Alleen de
allerrijksten hadden vers water bij hun eigen huis. Het water werd ook gebruikt in badhuizen. Hier konden
mensen zich wassen;
De Romeinen hebben veel nieuwe uitvindingen gedaan waarvan we nu nog steeds gebruik maken:
- Romeinen dachten dat de stank van uitwerpselen en vuil water ziekten veroorzaakten. Daarom maakten
de Romeinen openbare toiletten. Hier kon je naast elkaar naar je behoefte doen. Ze hadden geen wc-papier
maar gebruikten een spons;
- De Romeinen legden ook waterwinningssystemen aan. Via aquaducten kon het water uit meren of uit de
bergen naar de steden stromen. In de steden konden de burgers water gaan halen bij fonteinen. Alleen de
allerrijksten hadden vers water bij hun eigen huis. Het water werd ook gebruikt in badhuizen. Hier konden
mensen zich wassen;

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

- Het badhuis werd verwarmd met een vloerverwarmingssysteem;
- Andere uitvindingen van de Romeinen die we nu nog kennen zijn verharde wegen en de indeling van
waardes in muntgeld;
- De Romeinse manier van rechtspreken vormt de basis voor veel Europese wetboeken;
- De kalender zoals we die nu kennen, met 365 dagen, werd geïntroduceerd door Julius Caesar. Evenals de
indeling in twaalf maanden, zevendaagse weken en de namen van de maanden.
- Het badhuis werd verwarmd met een vloerverwarmingssysteem;
- Andere uitvindingen van de Romeinen die we nu nog kennen zijn verharde wegen en de indeling van
waardes in muntgeld;
- De Romeinse manier van rechtspreken vormt de basis voor veel Europese wetboeken;
- De kalender zoals we die nu kennen, met 365 dagen, werd geïntroduceerd door Julius Caesar. Evenals de
indeling in twaalf maanden, zevendaagse weken en de namen van de maanden.

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Filmpje: (1.12 min)
Betalen in de tijd van de Romeinen

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Tekstslide

Wetenschappers zijn veel over de Romeinen te weten gekomen door onder andere:
- Archeologische opgravingen in bijvoorbeeld Pompeij en Nijmegen;
- Teksten van schrijvers uit de tijd van de Romeinen;
- Door gebouwen te bestuderen uit het tijdperk van de Romeinen die de tand des tijds hebben doorstaan;
- Scheepswrakken met daarin nog Romeinse objecten.
Wetenschappers zijn veel over de Romeinen te weten gekomen door onder andere:
- Archeologische opgravingen in bijvoorbeeld Pompeij en Nijmegen;
- Teksten van schrijvers uit de tijd van de Romeinen;
- Door gebouwen te bestuderen uit het tijdperk van de Romeinen die de tand des tijds hebben doorstaan;
- Scheepswrakken met daarin nog Romeinse objecten.

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie van de les

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 2 dingen die we nu nog gebruiken uit de tijd van de Romeinen.

Slide 48 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Bedankt voor je inzet in de les.
Als de bel gaat: 
  • Schuif je stoel aan
  • Ruim je spullen op en neem ze mee
  • Verlaat het lokaal rustig

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies