TA6 7.1.2 werkwoorden TT
1 / 15
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Werkwoorden
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
schrijven (TT)
De jongen .............een prachtig gedicht voor zijn vriendin.
De jongen .............een prachtig gedicht voor zijn vriendin.
A
schreeft
B
schrijvt
C
schrijft
D
schrijf
Slide 5 - Quizvraag
lopen(TT)
De ontsnapte leeuw...........ergens in de bossen.
De ontsnapte leeuw...........ergens in de bossen.
A
liep
B
loop
C
loopd
D
loopt
Slide 6 - Quizvraag
plaatsen (TT)
Mijn oom...............een advertentie in de krant.
Mijn oom...............een advertentie in de krant.
A
platst
B
plaatst
C
plaats
D
plaatste
Slide 7 - Quizvraag
glimlachen (TT)
Het kleine meisje..................naar ons.
Het kleine meisje..................naar ons.
A
glimlacht
B
lacht
C
lacht glim
D
glimlachte
Slide 8 - Quizvraag
fietsen (TT)
Groep 6.................... naar school
Groep 6.................... naar school
Slide 9 - Open vraag
voetballen (TT)
De kinderen................een fantastische wedstrijd.
De kinderen................een fantastische wedstrijd.
Slide 10 - Open vraag
mogen (TT)
De kleuters............een extra ijsje.
De kleuters............een extra ijsje.
Slide 11 - Open vraag
lopen (TT)
................hij met de hond door het park?
................hij met de hond door het park?
Slide 12 - Open vraag
roeien (TT)
De sportman................van Limburg naar Friesland.
De sportman................van Limburg naar Friesland.
Slide 13 - Open vraag
Hoe gaan de werkwoorden in de tegenwoordige tijd bij jou??
