Vitaal Burgerschap AT

Albeda Startcollege




Vitaal burgerschap
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Albeda Startcollege




Vitaal burgerschap

Slide 1 - Tekstslide

Vitaal burgerschap

Slide 2 - Woordweb

"Jouw leefstijl"


Leerdoelen
  •  Je weet waar het over gaat in de dimensie vitaal Burgerschap.
  •  Je weet wat past bij een gezonde leefstijl.
  •  Je weet wat relaties en seks betekent.
  • Je weet wat genotmiddelen zijn.
  • Je weet hoe en wanneer je moet ontspannen.

Slide 3 - Tekstslide

Wat hoort volgens jou bij een gezond leven?

Slide 4 - Woordweb

Opdracht:
Je krijgt straks een korte video te zien.

Let goed op, want na de video krijg je een aantal vragen. 


Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Als je meer eet dan je lichaam verbruikt, dan ...........
A
Word je zwaarder in gewicht
B
Val je af in gewicht

Slide 7 - Quizvraag

Mannen hebben vaak meer eten nodig dan vrouwen, omdat:
A
Ze drukker zijn dan vrouwen
B
Omdat ze meer bewegen dan vrouwen
C
Omdat ze vaak groter zijn dan vrouwen
D
Mannen hebben evenveel eten nodig als vrouwen

Slide 8 - Quizvraag

Sporters kunnen meer eten dan mensen die niet sporten, omdat zij meer verbruiken.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

0

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

Gezond BMI?
B




Bij ouderen geldt: 20 tot 25 gezond.
Onder de 20 is ondergewicht!

Lager dan 18.5
Ondergewicht
18.5 tot 25
Gezond gewicht
25 tot 30
Overgewicht
30 en hoger
Ernstig overgewicht (obesitas)

Slide 12 - Tekstslide

BMI berekenen
Gewicht delen door lengte keer lengte.

Voorbeeld:
Als je  65 kilo weegt en je bent 1,70 meter lang, dan bereken je je BMI als volgt:
65 kilo / (1,70 x 1,70 meter) = 22,5.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Wat is geluk voor jou?

Slide 15 - Woordweb

Waar word jij gelukkiger van?
A
Iets voor een ander doen
B
Een complimentje krijgen

Slide 16 - Quizvraag

Waar word jij gelukkiger van?
A
(veel) geld hebben
B
Tevreden zijn

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Praten helpt

Slide 19 - Tekstslide

Kenmerken van een depressie

Hoofdkenmerken:
  • Sombere stemming
  • geen plezier beleven aan activiteiten
Overige kenmerken:
  • toename/afname gewicht
  • verandering slaappatroon
  • verandering motoriek
  • vermoeidheid
  • waardeloos gevoel
  • denkproblemen
  • gedachten over de dood

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Wat werkt voor jou ontspannend?

Slide 23 - Open vraag

Je beste vriend geeft aan dat diegene last heeft van stress. Welke advies geef jij je vriend?

Slide 24 - Open vraag

Wat is verslavend?
- drugs (vb: ghb)
- roken
-alcohol
- gamen
- gokken
- cafeïne 
- social media  
- suiker 
- plastische chirurgie 

Slide 25 - Tekstslide

jullie ervaring?

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Wat vind jij belangrijk bij een (toekomstige) partner?
3 eigenschappen die jij belangrijk vindt en waarom!

Slide 28 - Open vraag

Stel je voor dat je broertje of zusje een relatie krijgt met iemand uit een totaal andere cultuur. Hoe zou jij reageren? Leg uit

Slide 29 - Open vraag

Op een dag vertelt een goede vriend dat hij homoseksueel is. Hoe zou jij dat vinden? Leg uit

Slide 30 - Open vraag

Welk voorbehoedsmiddel voorkomt zwangerschap en beschermt tegen een geslachtsziekte?
A
De pil
B
Spiraaltje
C
Condoom
D
Morning afterpil

Slide 31 - Quizvraag

Je kunt ervan uitgaan dat als je iemand via internet ontmoet, dat hij eerlijk is over wie hij is....
A
waar
B
niet waar

Slide 32 - Quizvraag

Grenzen stellen is gemakkelijker als je normaal met elkaar over seks kunt praten
A
waar
B
niet waar

Slide 33 - Quizvraag

Relaties
Met alle mensen met wie je omgaat, heb je een relatie.

Verschillende relaties = verschillende verwachtingen.

Slide 34 - Tekstslide

Seksuele geaardheid
Heteroseksuele geaardheid

Homoseksuele geaardheid

Biseksuele geaardheid

Aangeboren

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Acceptatie

Discriminatie

Accepteren eigen geaardheid

Praat erover! (Sense, de kindertelefoon, Alles Oké?)

Slide 37 - Tekstslide

Wat wordt er bedoeld met seksuele geaardheid?
A
.De ideeën die een persoon heeft op het gebied van seks.
B
De opvatting dat homoseksualiteit aangeleerd is.
C
Of je je kunt identificeren met het geslacht waarmee je geboren bent.
D
Of je verliefd wordt op mannen, vrouwen of zowel op mannen als vrouwen.

Slide 38 - Quizvraag

Afsluiting
De komende weken, gaan we het uitgebreider hebben over de onderwerpen, die we net hebben gezien.

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide