H1. Test jezelf blz. 34 en 35

  • Pen, potlood en gum​
  • Kleurpotloden/stiften​
  • Geodriehoek​
  • Passer​
  • Schaar​
  • Rekenmachine
  • Ruitjespapier 




1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

  • Pen, potlood en gum​
  • Kleurpotloden/stiften​
  • Geodriehoek​
  • Passer​
  • Schaar​
  • Rekenmachine
  • Ruitjespapier 




Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wortels en kwadraten
Welke wortels en kwadraten moet je kennen?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke wortels moet je uit je hoofd kennen?






Wortel van 100 = 10 
4=2
9=3
16=4
25=5
49=7
64=8
81=9
121=11
144=12
169=13
156=14
225=15

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

                          Welke kwadraten moet je

kwadraat van 4 = 16  omdat 4 x 4 = 16
kwadraat van 5 = 25  omdat 5 x 5 = 25
kwadraat van 6 = 36 
kwadraat van 7 = 49
kwadraat van 8 = 64
kwadraat van 9 = 81


kennen uit je hoofd?

kwadraat van 11 = 121
kwadraat van 12 = 144
kwadraat van  13 = 169
kwadraat van 14 = 196
kwadraat van 15 = 225
102=100
152=225

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Wat zijn de eerste 3 veelvouden van 24?
A
1, 2, en 3
B
2, 3 en 4
C
4, 6 en 8

Slide 6 - Quizvraag

veelvoud = vermenigvuldigen
deler = delen
Even en Oneven

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


product = x
quotiënt = : 
som  = +
verschil = - 
factoren/vermenigvuldig
Termen
Bewerkingen
delen
optellen, plus
aftrekken, min

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het quotiënt van 24 en 2?
A
24:2 = 12
B
24 x 2 = 48
C
24 + 2 = 26
D
24 - 2 = 22

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het product van 24 en 2?
A
24:2 = 12
B
24 x 2 = 48
C
24 + 2 = 26
D
24 - 2 = 22

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het kwadraat van 5 = 25 en 5 kwadraat
Wortel van 25 = 5

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wortel  is Omgekeerde van kwadrateren
1.4 Wortel 

H1.3  Kwaraten & H1.4  Wortel

Slide 12 - Tekstslide

Je wil een vierkant terras maken van 36 tegels.
Wat weet je van een vierkant? Lengte is hetzelfde als de breedte
Hoeveel tegels liggen er op één zijde van het terras? (hoe berekend?)
In paragraaf 1.3 geleerd: 6 x 6 = 36 of 6² = 36
Van deze som kan je een pijlenketting maken (pijlenketting leerjaar 1)
OPKLIK pijlenketting
6 kwadrateren geeft 36
Voor het uitrekenen van het aantal tegels per zijde van dit terras, moet je het tegenovergestelde van kwadrateren doen. Dat heet worteltrekken.
OPKLIK omgekeerde pijlenketting
OPKLIK voor wortelteken controleer jezelf: de wortel van 36 is 6 want 6 x 6 = 36
Oefenen: terras van 49 en 64 tegels



Docent deelt papier uit
Docent komt langs voor vragen te beantwoorden

Lever je opdracht in met:
  • tekening met lengte(cm) en breedte (cm)  
  • berekeningen
Opdracht: 


Max heeft 144 tegels.
Hij wil daarmee een vierkant terras aanleggen.

a. Hoeveel tegels kan hij maximaal in
     de lengte leggen?
b. Hoeveel tegels houdt hij dan over?

Exit opdracht
H1.4 Wortel trekken
timer
7:00

Slide 13 - Tekstslide

Leerlingen schrijven de som op een geruit papier en leveren die in.
Succescriteria: berekening en controle
Rond af op 1 decimaal:
4,6612546

A
4,7
B
4,66
C
4,6
D
4,76

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

rond af op 1 decimaal
3,6312666 =

A
3,7
B
3,64
C
3,6
D
2,63

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



afronden op 1 decimaal
70
A
8,3
B
8,36
C
8,4
D
8,46

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij de Casio fx-82MS is er naast de x²-knop de √-knop (dus geen extra toets indrukken). 

OEFENEN:
Kwadraat van 35
Wortel van 625
Kwadraat van 2,5
De wortel van 7
Kwadraat -1
De wortel van -1

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

betekenis voor de teken
is?
A
vergelijkbaar met
B
ongeveer gelijk aan (afgerond op een decimaal)
C
precies op een decimaal afgerond

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies




2,5
A
1,6
B
1,5
C
1,59
D
1,58

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Exit opdracht H1.5 
AFRONDEN OP 1 DECIMAAL
6,7²       =
0,5²       =
√2,75    =
√0,9      =
Decimale getallen bij wortels en kwadraten


timer
3:00

Slide 20 - Tekstslide

6,7² =  44,89 = 44,9
0,5² = 0,25 = 0,3
√2,75 = 1,658 = 1,6
√0,9 =0,945 = 0,9
H1.1 t/m H1.5  leerdoelen
Ik kan veelvouden van 6 opnoemen (H1.1)
Ik kan delers van 24 opnoemen (1.1)
Ik kan de temperatuur in de ketel berekenen als er blokjes in of uit gaan (H1.2)
Ik kan rekenen met positieve en negatieve getallen (H1.2)
Ik kan het kwadraat van 8 en 12 uitrekenen (op je rekenmachine) (H1.3)
Ik kan de wortel van 49 en 81 uitrekenen (op je rekenmachine) (H1.4)
Ik kan het teken ≈ gebruiken  en  afronden op decimalen + rekenmachine (H1.5)




Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk H1 
H1  Test jezelf blz. 35  
Werk zelfstandig en vooral ssssss....

Docent komt langs om te controleren:
huiswerk controle H1.1. t/m H1.5

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe ging de les?


Wat ging goed?
Wat ging minder goed?
Hoe gaan we dit verbeteren?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exit opdracht
1.1 Veelvouden en delers


Schrijf alle delers op van 72 

Docent komt langs 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exit opdracht
1.2 Blokjes erin en eruit  


Schrijf je bereking op! docent komt langs 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exit opdracht
1.3 Kwadraten 

Schrijf de kwadraten op van 5 t/m 12 uit je boek.
Noteer als: 2² = 2x 2 = 4 

Docent komt langs 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Exit opdracht 

1,3 Kwadraat
1.4 Wortel 

Wortel  is Omgekeerde van kwadrateren
docent komt langs

Slide 27 - Tekstslide

Je wil een vierkant terras maken van 36 tegels.
Wat weet je van een vierkant? Lengte is hetzelfde als de breedte
Hoeveel tegels liggen er op één zijde van het terras? (hoe berekend?)
In paragraaf 1.3 geleerd: 6 x 6 = 36 of 6² = 36
Van deze som kan je een pijlenketting maken (pijlenketting leerjaar 1)
OPKLIK pijlenketting
6 kwadrateren geeft 36
Voor het uitrekenen van het aantal tegels per zijde van dit terras, moet je het tegenovergestelde van kwadrateren doen. Dat heet worteltrekken.
OPKLIK omgekeerde pijlenketting
OPKLIK voor wortelteken controleer jezelf: de wortel van 36 is 6 want 6 x 6 = 36
Oefenen: terras van 49 en 64 tegels
                        Opdracht maken:
                        docent komt langs          voor al je vragen


a. Bereken de lengte van de zijden van het grootste vierkant dat met de zwarte tegels gelegd kan worden.

b. Hoe lang zijn de zijden van het grootste vierkant dat met de witte tegels gelegd kan worden.

c. Joris wil met de witte en zwarte tegels een tuin van 20 bij 20 meter bestraten. Leg uit waarom dit wel of niet gaat lukken
timer
7:00

Slide 28 - Tekstslide

Opdracht U8 bladzijde 29
Wat moet je kennen/kunnen:
  • Wat zijn delers en veelvouden
  • Optellen en aftrekken van negatieve getallen
  • Vermenigvuldigen en delen met positieve én negatieve getallen
  • Weten wat een kwadraat is en deze kunnen uitrekenen
  • Weten wat een wortel is en deze kunnen uitrekenen
  • Kwadraten en wortels uitrekenen met de rekenmachine
  • Afronden van antwoorden op het gegeven aantal decimalen
  • De rekenvolgorde op een goede manier kunnen toepassen
  • Weten wat een macht is en deze kunnen uitrekenen (GL)
  • De wetenschappelijke notatie kennen en kunnen toepassen (GL)

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Delers
Veelvouden

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de delers van 10?
A
1 , 5 en 10
B
2, 4, 5 en 10
C
1, 2 , 3 en 5
D
1, 2, 5 en 10

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk rijtje bestaat uit veelvouden van 8?
A
0, 8, 16, 22, 32
B
2, 4, 8, 16, 32
C
4, 8, 16, 24, 32
D
8, 16, 24, 32, 40

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Even en Oneven

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even
Oneven
14
3
37
25
100
218
111

Slide 34 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies