Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
herhalen MEDIA
Welk cijfer ga je scoren op de toets?
1 / 29
volgende
Slide 1:
Open vraag
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
In deze les zitten
29 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welk cijfer ga je scoren op de toets?
Slide 1 - Open vraag
6. Wat is een belangrijk kenmerk van massacommunicatie?
A
Het gaat om meerzijdige communicatie.
B
De informatie is voor iedereen bedoeld.
C
Een (medium) middel is niet noodzakelijk.
D
Het gaat om verbale communicatie.
Slide 2 - Quizvraag
7. ………… en ………. zijn voorbeelden van massamedia.
Welke woorden zijn weggelaten?
A
Een appje; een verkeersbord.
B
Een dagboek; een tijdschrift.
C
Een krant; een verjaardagskaart.
D
Een flyer; een website.
Slide 3 - Quizvraag
Een dagboek is een massamedium
A
Juist
B
Onjuist
Slide 4 - Quizvraag
“Bij massamedia is de informatie voor veel mensen bedoeld.”
A
Juist
B
Onjuist
Slide 5 - Quizvraag
2. Jacobien leest een mooi boek van Carrie Slee uit de bibliotheek. Wie of wat is de zender in deze situatie?
A
Jacobien.
B
Het boek.
C
Carrie Slee.
D
De bibliotheek.
Slide 6 - Quizvraag
1. Maak de zin af.
Communicatie:
A
vindt alleen plaats als je met iemand praat.
B
B is altijd tweezijdig.
C
is het doorgeven en ontvangen van informatie.
D
is een ander woord voor massamedia.
Slide 7 - Quizvraag
Bij communicatie:
A
ben je zelf altijd de zender
B
wordt informatie doorgegeven
C
is de zender altijd onbekend
D
moet je altijd iets zeggen
Slide 8 - Quizvraag
Klasgenoot
Telefoon
Jij
Informatie
''Het eerste uur ben je vrij''
Zender
Ontvanger
Medium
Slide 9 - Sleepvraag
Bij YouTube zijn de filmpjes …...
Welk woord is weggelaten?
A
de zender
B
het middel
C
de informatie
D
de ontvanger
Slide 10 - Quizvraag
Waar gebruik je de media voor?
1: Nieuws en informatie
2: Ontspanning.
3: Contacten
4: Identiteit.
Je bepaalt zelf wat je laat zien/plaatst of niet. Je gebruikt de media bij het vormen van je identiteit.
Slide 11 - Tekstslide
Soorten tv- en radiozenders
1. Publieke omroepen
2. Commerciële omroep
Slide 12 - Tekstslide
1: Publieke omroepen
Minder/weinig reclame
Krijgen geld van de overheid
BNNVARA en AVROTROTS zijn publieke omroepen.
Zenden uit op NPO 1, 2 en 3.
Slide 13 - Tekstslide
2: Commerciële omroepen
Voorbeelden: RTL 4, SBS 6, Net5
Radio: Radio538, Skyradio
Verdienen geld met reclame uitzenden.
Kunnen daardoor blijven bestaan.
Slide 14 - Tekstslide
Bij de tv heb je commerciële zenders en publieke omroepen.
Bij de radio heb je:
A
alleen commerciële zenders
B
ook commerciële zenders en publieke omroepen
C
alleen publieke omroepen
D
geen commerciële zenders en publieke omroepen
Slide 15 - Quizvraag
In Nederland zijn commerciële zenders en publieke omroepen.
Een voorbeeld van een commerciële zender is
A
BNN
B
SBS6
C
AVROTROS
D
NPO3
Slide 16 - Quizvraag
Commerciële omroepen hebben als doel om winst te maken
A
Waar
B
Niet waar
Slide 17 - Quizvraag
3. Je vindt ……………. vaak in een kwaliteitskrant, maar minder vaak in een populaire krant.
Welk nieuws is hier weggelaten?
A
sportnieuws.
B
nieuws over criminaliteit.
C
politiek nieuws.
D
amusementsnieuws.
Slide 18 - Quizvraag
Kwaliteitskranten en populaire kranten staan hieronder door elkaar. Wat zijn twee kwaliteitskranten?
A
De Telegraaf en Trouw.
B
NRC en de Volkskrant.
C
Metro en het AD.
D
Het AD en de Volkskrant.
Slide 19 - Quizvraag
NIEUWS
Niet alles dat gebeurd wordt een nieuwsitem van gemaakt. Journalisten maken keuzes en stellen 4 vragen om dit te bepalen.
- Is het nieuws actueel?
- Is het bijzonder?
- Gaat het over BEKENDE mensen?
- Vinden de lezers/kijkers het interessant?
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
De overheid mag zich niet bemoeien met wat journalisten schrijven. Dit noemen we:
A
censuur
B
mediawijs
C
persvrijheid
Slide 23 - Quizvraag
Persvrijheid
De vrijheid van journalisten om berichten te kunnen maken zonder eerst toestemming te vragen.
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Tekstslide
Maak de zin af. Als je mediawijs bent:
A
maak je weinig gebruik van de media
B
hoef je geen informatie meer te checken
C
bekijk je steeds of berichten betrouwbaar zijn
Slide 26 - Quizvraag
“In reclamespots zie je vaak beelden en gevoelens die mensen over moeten halen iets te kopen.”
A
Dit is juist
B
Dit is onjuist
Slide 27 - Quizvraag
Om ervoor te zorgen dat je iets graag wilt kopen, maakt reclame gebruik van:
Gevoelens
Bekende mensen
Ideaalbeelden
:
Beelden van mensen en situaties die er perfect uitzien
Reclametrucjes
Slide 28 - Tekstslide
Welke reclametruc wordt toegepast in de foto?
A
Gevoel
B
Ideaalbeeld
C
Bekende mensen
D
Prijzen
Slide 29 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
herhalen MEDIA
Oktober 2024
- Les met
19 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
Herhaling media
Maart 2022
- Les met
46 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Herhaling media
Juni 2022
- Les met
32 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
herhalen MEDIA + OEFENTOETS
Maart 2022
- Les met
33 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Hoofdstuk 5 MEDIA Maatschappijleer
Februari 2023
- Les met
33 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3
4. Radio en Televisie
Mei 2017
- Les met
10 slides
door
Maatschappijleer
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Maatschappijleer
Media
Oktober 2024
- Les met
34 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 3
herhalen MEDIA + OEFENTOETS
Maart 2023
- Les met
45 slides
Maatschappijleer
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 3