Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Aanhalingstekens
Aanhalingstekens
1 / 17
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Basisschool
Groep 7
In deze les zitten
17 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
50 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Aanhalingstekens
Slide 1 - Tekstslide
Wanneer aanhalingstekens?
Om weer te geven wat iemand zegt:
de woorden van de aanhaling plaatst men tussen aanhalingstekens
je hebt begin- en eindaanhaling
open de aanhalingstekens bovenaan en sluit ze bovenaan
Slide 2 - Tekstslide
Aanhalingstekens of niet ?
aanhalingstekens:
geen aanhalingstekens:
Anna zegt:"Ik houd van lezen."
Anna zegt dat ze
van lezen
houdt.
Slide 3 - Tekstslide
www.taalkanjerfilmpjes.be
Slide 4 - Link
De beginaanhaling!
De aangehaalde woorden staan vooraan in de zin.
Je schrijft GEEN punt op het einde van de beginaanhaling.
Een uitroepteken schrijf je WEL op het einde van de beginaanhaling.
Een vraagteken schrijf je WEL op het einde van de beginaanhaling.
Na de beginaanhaling komt er altijd een komma.
“
H
et eten is klaar
!”,
roept mama.
“
W
anneer gaat het sneeuwen
?”,
vraagt broer.
“
M
orgen is het geen school”, fluistert de directeur.
Voorbeelden:
Slide 5 - Tekstslide
De eindaanhaling!
De aangehaalde woorden staan niet in het begin van de zin.
Voor de eindaanhaling plaats je een dubbelpunt.
De eindaanhaling begint met een hoofdletter.
Alle leestekens (ook een punt) staan binnen de eindaanhaling.
M
ama roept
: “H
et eten is klaar
!”
B
roer vraagt
: “W
anneer gaat het sneeuwen
?”
D
e directeur fluistert
: “M
orgen is het geen school
.”
Voorbeelden:
Slide 6 - Tekstslide
"Wie heeft die prop in de hoek gegooid?," vroeg de juf.
A
Achter de juf moet een vraagteken staan.
B
De komma staat op de foute plaats.
C
De komma moet een dubbelpunt zijn.
D
De zin is correct.
Slide 7 - Quizvraag
De vrouw riep boos: "Bah ik lust geen pompoensoep"!
A
Het dubbelpunt moet een komma zijn.
B
De aanhalingstekens staan op de foute plaats.
C
Het uitroepteken moet een punt zijn.
D
De zin is correct.
Slide 8 - Quizvraag
"Geef hier!" gilt Marie.
A
Er moet een dubbelpunt staan voor gilt.
B
Gilt moet met een hoofdletter.
C
Er moet een komma staan voor gilt.
D
De zin is correct.
Slide 9 - Quizvraag
“Aanhalingstekens zijn fijn”, zei de jongen.
A
De komma staat op de foute plaats.
B
Zei moet met een hoofdletter.
C
Achter fijn moet een punt staan.
D
De zin is correct.
Slide 10 - Quizvraag
morgen gaan we naar de ardennen juicht sara
Slide 11 - Tekstslide
"M
orgen gaan we naar de
A
rdennen
!",
juicht
S
ara.
Slide 12 - Tekstslide
de apotheker zei neem elke dag een lepel hoestsiroop
Slide 13 - Tekstslide
D
e apotheker zei
: "N
eem elke dag een lepel hoestsiroop
."
Slide 14 - Tekstslide
ik fiets graag vertelt de minister
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Maak nu de oefeningen in je spellingboek blz. 39-41.
Succes!
Slide 17 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Aanhalingstekens
November 2022
- Les met
25 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 7
Aanhalingstekens
December 2022
- Les met
21 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 7
Aanhalingstekens
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 7
Aanhalingstekens
April 2024
- Les met
12 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
Aanhalingstekens
September 2024
- Les met
12 slides
Taal
Basisschool
Groep 6
Aanhalingstekens: Hoe gebruik je aanhalingstekens in een zin?
Mei 2024
- Les met
19 slides
Nederlands
Basisschool
Groep 7
Hoofdletters en leestekens aan te passen hoger dan niv 1
Maart 2021
- Les met
18 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Aanhalingstekens
Mei 2024
- Les met
18 slides
Taal
Basisschool
Groep 6