WS Syndroom van Down

syndroom van Down
G1BOC
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

syndroom van Down
G1BOC

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Syndroom van Down

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Syndroom van Down
Vertraging in de motorische en spraakontwikkeling
Verhoogd risico op lichte of matige verstandelijke beperking

Schildklier en huidproblemen

Ouderdomsproces verloopt sneller (ongeveer 15 jaar eerder)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verder kan er sprake zijn van;

  • Afwijkingen aan het gebit met daardoor een verhoogd risico op cariës;
  • Vervroegd verouderingsproces (ongeveer 15 jaar)waarbij stofwisselingsproblemen (diabetes en een te traag werkende schildklier), dementie en epilepsie kunnen optreden;

Slide 11 - Tekstslide

Maak de koppeling dat vaak deze zeven leefgebieden ook weer terugkomen bij andere begeleidingsmethodieken.

Je kan de PowerPoint gebruiken en op mijn stem drukken dan hoef je het zelf niet uit te leggen... lukte me niet om de geluidsfragmenten te verwerken in lesson up. (uploade niet).

Nog tijd over dan kun je ook Casus Cindy doen. Dia erna...

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omgang met syndroom van Down
1. Personen met Downsyndroom zijn niet allemaal hetzelfde. De verschillen kunnen zelfs heel groot zijn, met name bij: het begrijpen van taal, spreken en zelfredzaamheid.
2. Gehoorverlies komt heel erg vaak voor bij jongeren en volwassenen met Downsyndroom.
3. Personen met Downsyndroom hebben vaak wat meer tijd nodig om informatie die zij hebben gehoord te verwerken.
4. Over het algemeen begrijpen mensen met Downsyndroom meer taal dan je zou verwachten op grond van de manier waarop zij spreken.



Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Geef bij het aanleren van iets nieuws niet te veel informatie in één keer. 
6. Mensen met Downsyndroom verwerken en onthouden visuele informatie vaak beter dan informatie die zij alleen hebben gehoord
7. Kondig gebeurtenissen en activiteiten duidelijk aan. 
8. Probeer de persoon met Downsyndroom zo leeftijdadequaat mogelijk te bejegenen.
9. Geef grenzen aan bij ongepast gedrag. 
10. Doe zo gewoon mogelijk.







Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De NIPT-test kan bijvoorbeeld het syndroom van Down opsporen, wat vinden jullie hier van? 877u5ggn ,mk5gwqqqqqqqqqqqq

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mensen met het Down syndroom mogen het recht om een gezin te stichten.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uiterlijk kenmerken van syndroom van down:

Scheefstaande ogen
Een kleine schedel en relatief weinig achterhoofd
Asymmetrisch oren
Een relatief kleine mond en een dikke gegroefde tong
Een brede korte nek
Korte armen, benen en voeten
Korte brede handen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Trisomie 21 is
A
Syndroom van Rett
B
Syndroom van Turner
C
Syndroom van Down
D
Weet ik niet

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vragen?
VRAGEN?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies