H2.2 Heb je geld genoeg? (les 7)

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Vandaag

• Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

• GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

Vandaag

SO

Huiswerk controle & nakijken

H2.2 Heb je geld genoeg?

SO

15-12-2023

 

Huiswerk controle

H2.2

blz 42

opdrachten 18 + 19

+ Aantekening:

• Lenen
  
• Leenmotieven 

Huiswerk nakijken

H2.2

blz 42

opdrachten 18 + 19

+ Aantekening:

Lenen

Leenmotieven

 

Stappenplan eco vragen

• Wat word er van je gevraagd?
• Welke formule/theorie heb ik hiervoor nodig? 

• Schrijf een volledige omschrijving/berekening op.( Alles wat je op je rekenmachine intypt schrijf je ook op!
• Schrijf je antwoord op.

H2.2 Heb je geld genoeg?

Leerdoelen

• Ik kan kosten van een lening berekenen.
• Ik kan verschillende vormen van een consumptief krediet en hypotheek noemen.

Leenmotieven

• Tijdelijk geldtekort opvangen - te weinig saldo tijdens pinnen.
• Duurzaam consumptiegoed - nieuwe auto
• Onverwacht dringend geld nodig -
  Je vergeet je portemonnee en je eten thuis!
• Huis kopen  - Je gaat op jezelf wonen

Leenmotieven

• Duurzaam consumptiegoed - consumptief krediet

Leenmotieven - Duurzaaam consumptiegoed

Consumptief krediet

Voorbeelden:

• Persoonlijke lening of persoonlijk krediet -> Lening van de bank die je in vaste termijnen terugbetaalt.
• Doorlopend krediet.
• Rekening-courant krediet -> Rood staan op je betaalrekening
• Consumptief krediet bij webshops en winkels 

        ->Kopen op afbetaling

        ->Huurkoop: producten huren waarbij je aan het einde van de periode eigenaar bent

Leenmotieven - Hypotheek

Voor de aankoop van een huis sluiten veel mensen een hypotheek af.

Je kunt daarbij kiezen uit verschillende vormen:

Leenmotieven - Hypotheek

Voor de aankoop van een huis sluiten veel mensen een hypotheek af.

Je kunt daarbij kiezen uit verschillende vormen:

• Lineaire hypotheek 

Elke maand vast bedrag aflossen, waardoor ook de rente daalt. De maandelijkse hypotheeklasten nemen snel af.

• Annuïteitenhypotheek 

Iedere maand betaal je de annuïteit: een vast bedrag voor rente en aflossing. De totale maandelijkse aflossing blijft de hele looptijd gelijk.

kredietkosten

Je lening (krediet) betaal je af in termijnen.

Je betaalt aflossing (deel van je schuld) en kredietkosten (totale rente).

kredietkosten

kredietkosten

Je leent € 4.000 met maandelijkse termijnen van € 130.

De looptijd van de lening is 3 jaar.

Wat zijn de kredietkosten?

kredietkosten

Je leent € 4.000 met maandelijkse termijnen van € 130.

De looptijd van de lening is 3 jaar.

Wat zijn de kredietkosten?

kredietkosten

Je leent € 4.000 met maandelijkse termijnen van € 130.

De looptijd van de lening is 3 jaar.

Wat zijn de kredietkosten?

(3 × 12 × € 130) - € 4.000 = 

Kredietkosten € 680

kredietkosten

Je leent € 4.000 met maandelijkse termijnen van € 130.

De looptijd van de lening is 3 jaar.

Wat zijn de kredietkosten?

€ 4.680 - € 4.000 =  

Kredietkosten € 680

Risico

Je loopt risico:

Bij lenen: dat de waarde van je aankoop sneller vermindert dan je aankoop

Bij uitlenen: dat de lener niet kan aflossen

Risico

Je loopt risico:

Bij lenen: dat de waarde van je aankoop sneller vermindert dan je aankoop

Bij uitlenen: dat de lener niet kan aflossen

Risico

Aan de slag!

blz 42 t/m 45

opdrachten 20 + 22 + 26 + 28 + 30 + 31

Huiswerk

blz 42 t/m 45

opdrachten 20 + 22 + 26 + 28 + 30 + 31