Compositie

• Beeldende vorming
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Compositie

BV BKT

Les doelen

• Je kent de begrippen die bij het beeldbegrip compositie horen en kan deze toepassen
• Je hebt je ijzerdraad figuur af en omgewikkeld in aluminiumfolie
• Je hebt een stuk uitgezaagd voor je houten onderkant

Beschrijf

1. Dynamisch kunstwerk

Juist of onjuist?

2. Abstract betekent dat we de werkelijkheid kunnen herkennen

Beschrijf

3. Statisch kunstwerk

Juist of onjuist?

4. Dit is een ruimtelijk (3D) werk

Beschrijf

5. Figuratief kunstwerk

Compositie

Het plaatsen van onderdelen op een bepaalde manier

Nadenken over vormen plaatsen = bepalen wat je compositie wordt

Symmetrisch

• Beide helften zijn gelijk aan elkaar
  
  
• Aan beide kanten zie je precies hetzelfde

Asymmetrisch

• Beide helften zijn niet gelijk aan elkaar
  
  
• Aan elke kant zie je wat anders

Is dit symmetrisch?

en dit?

Statisch

• Er is/lijkt geen beweging

Dynamisch

• Er is/ lijkt wel beweging 
  
  
• Het suggereert beweging:
• Het lijkt alsof er beweging is

Opdracht

• Verder aan je 3D werk
• Maak de vorm van je figuur na met ijzerdraad
• Klaar? Bekleed het met aluminiumfolie