spelling oefenen

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 3

Voltooid deelwoord

Je schrijft een voltooid deelwoord zo kort mogelijk.

Je maakt het voltooid deelwoord langer om te horen of je een d of t krijgt.

Bij twijfel:

hele werkwoord -en

kijk naar de laatste letter

zit deze in 't sexy fokschaap? --> t

zit deze er niet in? --> d

Ik heb gisteren een nieuwe scooter (kopen).

1. gekocht
2. gekochd

Er is in het afgelopen jaar veel (gebeuren).

1. gebeurt
2. gebeurd

Mijn tante is in de vakantie naar Vught (verhuizen).

1. verhuist
2. verhuisd

Met een vriendin heb ik een taart (bakken) voor de jarige.

1. gebakt
2. gebakken

In het voorjaar moet het gras (maaien) worden.

1. gemaait
2. gemaaid

Ik hoop dat er in de zomer weer (reizen) mag worden.

1. gereist
2. gereisd

Ik mag niet de deur uit nu ik de hele ochtend (niezen) heb.

1. geniest
2. geniesd

Ik heb mijn vrienden heel erg (missen) toen we in lockdown zaten.

1. gemist
2. gemisd

Mijn buurvrouw heeft ons voor het eten (uitnodigen)

1. uitgenodigt
2. uitgenodigd

Heb je over het voorstel al (nadenken)

1. nagedenkt
2. nagedacht

Mijn opa werd beroofd in de drukke winkelstraat.

1. persoonsvorm
2. voltooid deelwoord

In Apenheul berooft een aapje meerdere bezoekers.

1. persoonsvorm
2. voltooid deelwoord