Economie 3 oktober Mavo4

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

Economie 3 oktober 

Mavo4

Bespreken huiswerk

vraag 9 

Wat weet je nog?

Wat is BTW?

1. belasting toenemende waarde
2. belasting toegevoegde waarde
3. belasting toegevoegde winkel
4. belasting tegen waarde

De prijs exclusief btw is € 105. BTW is 21%.
Wat is de prijs inclusief btw?

1. €128,05
2. €127,05
3. €126,05
4. 127,06

Wat is de afschrijving?

1. Waardevermindering van kapitaalgoederen
2. Waardervermeerdering van kapitaalgoederen
3. Restwaarde van kapitaalgoederen
4. Aanschafprijs van kapitaalgoederen

Afschrijving is:

1. (aanschafprijs - restwaarde) : aantal gebruiksjaren
2. (restwaarde - aanschafprijs) : aantal gebruiksjaren
3. (aanschafprijs - restwaarde) x aantal gebruiksjaren

De kostprijs is...

1. Hoeveel een product kost in de winkel
2. Hoeveel de de vaste lasten zijn
3. Hoeveel het kost om een product te maken
4. Hoeveel belasting je moet betalen

De consumenten prijs is €185 (inclusief BTW), de BTW is 9%. Wat is de prijs zonder BTW?

1. €168,35
2. €169,72
3. €171,94
4. €170,56

Door naar §3.2

Hoe bereken je de Omzet?

Omzet=...

1. Afzet x Verkoopprijs
2. Verkoopprijs x Inkoopprijs
3. Afzet x Inkoopprijs
4. Kosten + Verkoopprijs

Omzet - inkoopwaarde van de omzet =

1. Brutowinst
2. Nettowinst
3. Bedrijfskosten
4. Iets met geld

Wat gebeurt er met het nettoresultaat als de salarissen stijgen

1. daalt
2. stijgt
3. blijft gelijk

Nettoresultaat

1. Het bedrag dat een winkelier optelt bij de inkoopprijs. Daarmee berekent hij de verkoopprijs
2. Nettowinst of nettoverlies. Het bedrag dat overblijft nadat je ook alle bedrijfskosten betaald hebt.
3. Wat je overhoudt van de omzet nadat je de inkoopwaarde ervan betaald hebt.
4. De kosten die je hebt in je bedrijf. Bijvoorbeeld voor huur, lonen en reclame

De omzet in de boekhouding van de onderneming is altijd

1. exclusief btw
2. inclusief btw

Het nettoresultaat is altijd een positief getal.

1. Juist
2. Onjuist

Nu:

Aan de slag met §3.2