Les 1: 5.1 Genotype en fenotype

Les 1 Erfelijkheid en evolutie.
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Les 1 Erfelijkheid en evolutie.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Even terugblikken 
Even voorruitblikken
Lesdoelen
Uitleg basisstof 1 
Aan de slag! 
ff checken met Kahoot

Slide 2 - Tekstslide

Even vooruitblikken
Genotype & fenotype
Chromosomen en genen
Variatie in genotypen
Evolutietheorie
Geschiedenis van het leven op aarde

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het einde van deze les kan je...
  • Tenminste 1 verschil tussen fenotype en genotype benoemen.
  • Benoemen waar zich 46 chromosomen bevinden in je lichaam.

Slide 4 - Tekstslide

Is er iemand in je gezin die hetzelfde haarkleur heeft als jij?
Ja
Nee

Slide 5 - Poll

Welk soort haar heb jij?
Ik heb stijl haar
Ik heb krullend haar
Ik heb een beetje slag in mijn haar

Slide 6 - Poll

Welke kleur ogen heb jij?
Blauwe ogen
Bruine ogen
Groene ogen

Slide 7 - Poll

Aan welke uiterlijke kenmerken ben jij te herkennen?

Slide 8 - Woordweb

Chromosomen
  • Chromosomen komen in paren voor in lichaamscellen
  • Lange dunne draden die in de celkern voorkomen
  • Op DNA is de informatie opgeslagen voor erfelijke eigenschappen
  • Een mens heeft 46 chromosomen (23 paar)

Slide 9 - Tekstslide

Bevruchting en celdeling

Slide 10 - Tekstslide

Genen

Voor iedere eigenschap zijn een paar stukjes DNA nodig. Dit zijn je genen

Een gen bestaat uit stukjes DNA die samen de informatie voor één eigenschap bevatten. 

Slide 11 - Tekstslide

Genotype
Je genotype de erfelijke informatie voor alle eigenschappen van het organisme.
(informatie op het DNA)

Je kunt ze niet veranderen!

Slide 12 - Tekstslide

Fenotype
Je fenotype komt tot stand door je genotype en de invloeden vanuit het milieu.
  • in de zon zitten
  • haar verven
  • tattoo
  • littekens

Slide 13 - Tekstslide

Voorbeelden ontstaan fenotype
Je kunt het fenotype veranderen als je bijv. je haar verft. Je past dan het fenotype aan. 
Het genotype verandert dan niet. 

Het fenotype wordt niet alleen bepaald door het genotype. Het wordt ook bepaald door invloed uit de omgeving. bijv. haarverf.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Wat wordt bepaald door genotype of fenotype? Sleep de eigenschappen A t/m H naar genotype of fenotype. 
Genotype
Fenotype
Een wipneus
Stijl haar vanaf de geboorte
Piercings 
Behaarde bladeren
Een litteken
Wibi kan goed piano spelen
Eelt op je handen door hard werken
Blauwe ogen

Slide 17 - Sleepvraag

Aan de slag! 5.1
Wat?   Lezen va blz. 110 maken 1 t/m 10 (4 niet)
Hoe?   Alleen of fluisterend samen met je buur.
Hulp?  Vragen aan je buur of de docent.
Tijd?   10 minuten
Uitkomst, wat doen we ermee? Checken via Kahoot als iedereen t/m vraag 5 af heeft. 
Klaar?  Opdrachten t/m 10 af maken - Test-je-zelf 5.1 maken
               



timer
10:00

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Link


Hoe noem je de informatie voor alle erfelijke eigenschappen van een organismen?

Slide 20 - Open vraag

Waar liggen de chromosomen?

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Link

Slide 23 - Video

Geslachtscellen

  • Geen paren, enkelvoudig
  • 23 chromosomen

  • Zaadcel
  • Eicel

Slide 24 - Tekstslide