2havo - les 20 Schrijfopdracht artikel: Schermpjes in de klas

Welkom
- Telefoon weg
- Jas weg
- Geen eten en drinken
- Leesboek op tafel
- Chromebook/Lesboek + papier + pen
timer
3:00
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom
- Telefoon weg
- Jas weg
- Geen eten en drinken
- Leesboek op tafel
- Chromebook/Lesboek + papier + pen
timer
3:00

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik
- Formuleren
woorden die bij elkaar horen bij elkaar plaatsen

- Woordenschat
Beginrijm/eindrijm
uitdrukkingen

Slide 2 - Tekstslide

Doelen
Lezen in een boek 

Schrijven
Je schrijft een artikel.
Lever in via de Classroom.

Slide 3 - Tekstslide

Lezen
timer
15:00

Slide 4 - Tekstslide

Een overtuigende tekst schrijven
Met een overtuigende tekst probeer je lezers te winnen voor jouw mening. Een overtuigende tekst bevat een duidelijk standpunt, bijvoorbeeld Elke leerling moet een tablet of laptop hebben. Voor dat standpunt geef je goede argumenten: je maakt duidelijk waarom je dat standpunt inneemt. In je argumenten probeer je feiten te noemen die jouw standpunt ondersteunen.

Slide 5 - Tekstslide

Inleiding
Schrijf de inleiding: omschrijf het onderwerp en kondig je standpunt aan met signaalwoorden zoals Ik vind …, Ik ben van mening dat …, Het wordt tijd dat ….




Slide 6 - Tekstslide

Middenstuk
Gebruik in het middenstuk bij elk nieuw argument signaalwoorden voor een opsomming: om te beginnen, bovendien, vervolgens, daarnaast, ook, ten slotte.

Slide 7 - Tekstslide

Slot
Herhaal in het slot kort je standpunt.
Gebruik signaalwoorden voor een conclusie: al met al, kortom, daarom, dus.


Zet een titel boven je tekst.

Slide 8 - Tekstslide

De opdracht
Scholen worstelen met schermpjes in de klas

Argumenten voor..
Argumenten tegen..

Lees mee met de 'casus'

Slide 9 - Tekstslide

Een overtuigende tekst schrijven
Met een overtuigende tekst probeer je lezers te winnen voor jouw mening. Een overtuigende tekst bevat een duidelijk standpunt, bijvoorbeeld Elke leerling moet een tablet of laptop hebben. Voor dat standpunt geef je goede argumenten: je maakt duidelijk waarom je dat standpunt inneemt. In je argumenten probeer je feiten te noemen die jouw standpunt ondersteunen.
timer
50:00

Slide 10 - Tekstslide

Huiswerk
Boek meenemen

Inleveren overtuigende tekst in de classroom 
maandag 21 februari

Slide 11 - Tekstslide