Les 2. Schrijven

Schrijfvaardigheid
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Schrijfvaardigheid

Slide 1 - Tekstslide

Repasar las actividades

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

standaardzinnen
zinsopbouw

Slide 4 - Tekstslide

Langere zinnen
zinsopbouw 

Slide 5 - Tekstslide

Langere zinnen
zinsopbouw

Slide 6 - Tekstslide


Praten over je dagelijksactiviteiten. Hoe laat sta je gewoonlijk op? Hoe kom je naar school? Tot hoe laat heb je les? Wat doe je na school? Werk je? Hoe laat eet je ‘s avonds? Wat doe je voordat je naar bed gaat? Hoe laat ga je slapen? 

Heb je een hobby? Welke dagen ga je sporten? Etc. 
Tema :Rutina

Slide 7 - Tekstslide

¿Qué sabes escribir sobre tu rutina diaria?

Slide 8 - Woordweb

ducharse
peinarse
vestirse
irse a la escuela
desayunar
almorzar
hacer los deberes
dormirse
despertarse

Slide 9 - Sleepvraag


Yo ___ lavo la cara.
A
te
B
nos
C
se
D
me

Slide 10 - Quizvraag


Ella ____ despierta a las siete de la mañana.
A
te
B
nos
C
se
D
os

Slide 11 - Quizvraag


Nosotros ____ cepillamos los dientes.
A
nos
B
os
C
se
D
me

Slide 12 - Quizvraag


Ellas ___ peinan.
A
nos
B
se
C
me
D
te

Slide 13 - Quizvraag


Tú ___ acuestas a las diez de la noche.
A
nos
B
se
C
me
D
te

Slide 14 - Quizvraag

Las rutinas diarias - HACER (doen)
Qué = Wat
Cuándo=Wanneer
Cuántas=Hoeveel

Yo
hago
haces
El/Ella
hace
Nosotros
hacemos
Vosotros
haceis
Ellos
hacen

Slide 15 - Tekstslide

Las rutinas diarias - Verbos
Yo
me
despierto
ik word wakker
Yo
me
levanto
ik sta op
Yo
me
ducho
ik neem een douche
Yo
desayuno
ik ontbijt
Yo
tomo el bus
ik neem de bus
Yo
voy a a la escuela
ik ga naar school
Yo
aprendo
ik leer
Yo
como
ik eet
Yo
hago la tarea
ik doe mijn huiswerk
Yo
me
duermo
ik slaap

Slide 16 - Tekstslide

Las rutinas diarias
Períodos de tiempo

- La mañana > 6.00-12.00
- El mediodía > 12.00-13.00
- La tarde > 13.00-19.00
- La noche > 19.00-24.00
- La madrugada >24.00-6.00
En=In
Desde=Sinds
De=Hasta
Hasta=Tot

Slide 17 - Tekstslide

Las rutinas diarias
Los días de la semana
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Zaterdag
Zondag
Lunes
Martes
Miércoles
Jueves
Viernes
Sábado
Domingo
La hora

Slide 18 - Tekstslide

Las rutinas diarias - Preguntas
¿A qué hora + werkwoord + ...?
      > Hoe laat?

¿Cuándo + werkwoord + ...? 
       > Wanneer?

¿Cuántas veces por + tijd periode + ...? 
        > Hoe vaak?
Qué = Wat
Cuándo=Wanneer
Cuántas=Hoeveel

Slide 19 - Tekstslide

¿Qué hora es?
Son las siete y media
Son las nueve (en punto) 
  

Es la una (en punto) 
 
  

Son las seis menos cuarto

Son las cuatro y media
 

Son las siete menos cuarto

Slide 20 - Sleepvraag

Ik ga om 9 uur naar bed.
En jij, om hoe laat ga je naar bed?
Ik trek een trui aan. 
Ik douch (me) om 7:30 uur in de ochtend. 
Ik sta om 7 uur op.
Ik ontbijt om 8 uur 's ochtends. 
Ik ga naar school van 9 uur 's ochtends tot 3 uur 's middags. 
1. Me levanto a las 7 de la mañana.
2. Me ducho a las 7:30 de la mañana.
3. Me pongo un jersey.
4. Desayuno a las 8 de la mañana.
5. Voy al colegio de 9 de la mañana a 3 de la tarde.
6. Me acuesto a las 9 de la noche.
7. ¿Y tú, a qué hora te acuestas?

Slide 21 - Sleepvraag

Sleep de tijd naar de juiste klok.
1) Son las dos y media.
2) Son las tres menos cinco.
3) Son las tres en punto.
4) Son los doce menos cuarto.
5) Es la una en punto.
6) Son las seis y cuarto.

Slide 22 - Sleepvraag