Ch 2 - les 7

1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We verwachten van jou dat je...
  • rustig het lokaal binnenkomt zonder telefoon: je telefoon zit in je tas.
  • jouw spullen/boeken op tafel legt.
  • laptop is opgeladen.
  • vriendelijk praat tegen je klasgenoten en de docenten.
  • stil 🤫 bent als dat gevraagd wordt. Je praat niet door de docent of door je klasgenoten heen!
  • een actieve houding hebt (je zit rechtop, doet goed mee en stelt vragen als je het niet begrijpt)
  • goed voorbereid naar de les komt (je hebt je huiswerk gemaakt en geleerd)

Slide 2 - Tekstslide

Script:
eerste keer waarschuwing
tweede keer aan het eind van de les blijven zitten

Qu'est-ce qu'on va faire?
  • dagopening
  • parler
  • vocabulaire A+B
  • corriger ex 16 et 17
  • grammaire H
  • Regarder
  • devoirs

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dagopening
Vrijdag de 13e

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Vrijdag de 13e
Gedraag jij je anders op vrijdag de 13e?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chapitre 2
  • Ik kan mijn familieleden voorstellen.
  • Ik kan vertellen welke huisdieren ik heb en wat ik van ze vind.
  • Ik kan bijvoeglijke naamwoorden op de juiste manier gebruiken.
  • Ik kan werkwoorden op -er vervoegen.
  • Ik kan mijn huis beschrijven.
  • Ik kan vertellen waar ik woon.
  • Ik kan mijn omgeving beschrijven.



Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Parler
Vocabulaire A+B

Réponds aux questions en phrases complètes.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quizlet

www.quizlet.live

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vocabulaire E
Prends ton livre à la page 92.

-Lis les mots
-Écoute bien
-Répète-les

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Révision

Herhaling bvnw
nakijken 16+17

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het bijvoeglijk naamwoord
De rode neus.
Het grote huis.
De kleine jongen.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Basisregel

un grand homme
une grande femme
deux grands hommes
deux grandes femmes
ev
mv
mnl
-
+s
vrl
+e
+es

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Let op
un vélo rouge
une pomme rouge

un garçon heureux
une fille heureuse


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onregelmatige vormen
Sommige bijvoeglijke naamwoorden hebben een onregelmatige vorm in het Frans.
mnl ev
mnl mv
vrl ev
vrl mv
goed
bon
bons
bonne
bonnes
mooi
beau
beaux
belle
belles
nieuw
nouveau
nouveaux
nouvelle
nouvelles
oud
vieux
vieux
vieille
vieilles

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plaats van het bvnw
In het Nederlands staat het bijvoeglijk naamwoord altijd voor het zelfstandig naamwoord, in het Frans staat het er meestal achter:

Un chat noir
Une fille française
Un lapin adorable

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plaats van het bvnw
Let op: de volgende bijvoeglijke naamwoorden staan in het Frans altijd vóór                    het zelfstandig naamwoord.
goed     bon
mooi     beau                                                       C'est une belle fille.
groot    grand                                                     J'ai un grand frère.
nieuw   nouveau                                               Mon père a une nouvelle voiture.
klein      petit
oud        vieux


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

corriger
opdracht 16 + 17 uit je werkboek


Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grammaire D
In het Frans eindigen de meeste werkwoorden op -er: parler, aimer, adorer, préférer, détester, regarder

Om de stam te vinden haal je -er van het werkwoord af. Vervolgens plak je de juiste uitgang aan de stam.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je / J'
Tu
Il
Elle
On
Nous
Vous
Ils
Elles
Regelmatige werkwoorden op -er
aime
aiment
aimons
aime
aimes
aime
aimez
aiment
aime

Slide 21 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

parler
Je ... anglais et français.

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

habiter
Vous .... où?

Slide 23 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

détester
Nous ... les maths.

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

organiser
Ma soeur ... une grande fête!

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

chercher
Ma mère ... ses clés.

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht (10 min.)
maak opdracht 30+31 uit je werkboek


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regarder
Prends ton livre à la page 76.


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

devoirs
leren woorden/zinnen E
maken opdr. 30+31


Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Chapitre 2
  • Ik kan mijn familieleden voorstellen.
  • Ik kan vertellen welke huisdieren ik heb en wat ik van ze vind.
  • Ik kan bijvoeglijke naamwoorden op de juiste manier gebruiken.
  • Ik kan werkwoorden op -er vervoegen.
  • Ik kan mijn huis beschrijven.
  • Ik kan vertellen waar ik woon.
  • Ik kan mijn omgeving beschrijven.



Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verbeter de fouten 
  • Je parles hollandais et un petit peu français.
  • Mon frère s'appellent Yves et il a un chien grand et brun.
  • Nous habitez à Amsterdam dans une petit maison.
  • Vous aiment les chiens?
  • Mes grands-parents habitont en France.



Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


www.quizlet.live

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies