MHV: de maatschappij en ik week 9 argumenten eindopdracht M2A

De Maatschappij en IK!
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
WereldcampusMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-3

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

De Maatschappij en IK!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startklaar 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Telefoon
  • De leerlingen hebben hun telefoon thuis, in de kluis of in het Zakkie
  • Wanneer de leerling toch de telefoon erbij pakt, volgt een eerste waarschuwing
  • De leerling wordt in de gelegenheid gesteld zich te corrigeren en zijn/haar telefoon alsnog in het Zakkie te doen. 
  • Wanneer een leerling geen Zakkie bij zich heeft, dan dient de leerling deze thuis op te halen of een nieuwe te kopen bij de balie (5 euro). 
  • Wanneer een leerling weigert volgt de procedure van “eruit gestuurd”.  
Startklaar 2

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesplanning

- Terugblik Wereldcampus - 5 min
- Lesdoelen 
- Uitleg stellingen en argumenten - 5 min
- Oefenen met stellingen en argumenten - 20 min
  
- Eindopdracht uitleg - 10 min
- Werken aan eindopdracht - 20 min
- Afsluiting - 5 min

Slide 4 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Terugblik

Slide 5 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

      Leerdoelen

Lesdoelen:

  • De leerlingen weten wat een argument is, en kunnen argumenten voor en tegen een stelling geven

  • De leerlingen weten wat de presentatie-eindopdracht
    inhoudt

  • De leerlingen bereiden in groepjes de presentatie-
     eindopdracht voor (volgende les uitvoering in de klas!)








Slide 6 - Tekstslide

3. Leerdoelgericht werken
De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Slide 7 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten

Stelling: een mening of standpunt waarmee je het EENS of ONEENS kunt zijn. 

Argument: hiermee onderbouw je jouw standpunt, geef je uitleg
Ik ben het eens, want/omdat .....   
of:  Ik ben het oneens, want/omdat .....  





Slide 8 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten
Voorbeeld: 

Stelling:  Het is niet handig dat we op vrijdag les hebben. 

Stelling en argument:
Het is niet handig dat we op vrijdag les hebben, want op vrijdag heb ik al een vol rooster.




Slide 9 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten
Voorbeeld: 

Stelling: Kinderrechten in Nederland zijn best goed geregeld. 

Stelling en argument:
Kinderrechten in Nederland zijn best goed geregeld, want we hebben een Kindertelefoon waar ieder kind met vragen of een verhaal heen kan bellen.  



Slide 10 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten

Wat is een stelling, en wat is een stelling met argument? 

De helft van de Tweede Kamerleden moet vrouw zijn, want de helft van de bevolking is vrouw dus dan is er een eerlijke afspiegeling van de bevolking.

De helft van de Tweede Kamerleden moet vrouw zijn.  


Slide 11 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten

Wat is een stelling, en wat is een stelling met argument? 

Iedereen vanaf 16 jaar moet kunnen stemmen. 

Iedereen vanaf 16 jaar moet kunnen stemmen, want jongeren vanaf die leeftijd zijn prima in staat om een verstandige stem uit te brengen. 

Slide 12 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Aan de slag!

Slide 13 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten
1) Lees de stelling en bedenk of je met de stelling EENS of ONEENS bent. 

2) Bedenk een argument waarin je uitlegt waarom je ermee EENS of ONEENS       bent. Bijvoorbeeld "Ik ben het eens met de stelling, want....  " 
 
3) Probeer ook te denken aan wat je bij Wereldcampus geleerd hebt. 

4) We werken 3 minuten in stilte aan je eigen argument.  



(site https://www.kinderrechten.nl/veelgestelde-vragen/)


Slide 14 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten

School moet iedere dag pas om 10.00 uur beginnen. 

Ik ben het eens, want......      of 
Ik ben het oneens, want...... 


Slide 15 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten

Sociale media  moet verboden worden voor iedereen onder
15 jaar. 

Ik ben het eens, want......      of 
Ik ben het oneens, want...... 


Slide 16 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Stellingen en argumenten

Vrijheid van meningsuiting betekent dat je altijd overal kunt zeggen wat je wilt. 

Ik ben het eens, want......      of 
Ik ben het oneens, want...... 


Slide 17 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Eindopdracht

Slide 18 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Eindopdracht
WAT???  Een presentatie met je groepje

HOE???   Powerpoint, minimaal 6 slides, minimaal 3 minuten

WAAROVER???   Een stelling + argumenten voor

Vertel eerst: Wat is de stelling? Waar, wanneer, waarom, wie?
Geef min. 3 argumenten VOOR de stelling.

Slide 19 - Tekstslide

Wat verwacht ik:
 Powerpoint,
Min. 6 slides, 
Min 3 minuten presenteren
Kies een stelling
Waar speelt dit zich af
Wanneer speelt dit? 
Waarom speelt dit?
Wie is betrokken?
Minimaal 3 argumenten voor
Video mag al extra boven de 3 minuten

Wat is jullie opdracht
Powerpoint met 6 slides
Presentatie door 2 groepsleden of meer: 3 minuten presenteren
Noem de stelling
Geef een korte inleiding: Wat is de stelling, wat is belangrijk aan, wie zijn er betrokken? 
Geef minimaal 3 argumenten VOOR ("Eens, want.... ")
Sluit de presentatie netjes af
                  In de les van vrijdag 22 november zijn de presentaties.

Slide 20 - Tekstslide

Laat de leerlingen nadenken over situaties waar deze rechten nu niet gelden

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

De stellingen
Kies er eentje met je groepje

1) Mobiele telefoons verbeteren het onderwijs. 
2) Het beledigen van een godsdienst moet bij wet verboden worden.
3) Kinderrechten zijn alleen belangrijk in ontwikkelingslanden.
4) 
De politie moet voor de helft uit vrouwen bestaan.
5) Je mag pas stemmen als je minimaal een mavo-diploma hebt.


 



Slide 21 - Tekstslide

Laat de leerlingen nadenken over situaties waar deze rechten nu niet gelden

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Les van 22 november
Ieder groepje geeft een presentatie. Het hele groepje staat voor de klas. Twee groepsleden of meer doen de presentatie. 

De andere groepjes luisteren goed mee, en bedenk per presentatie
één tegen argument. 

Na de presentatie bespreken we het kort na. Ik let op: kwaliteit van de argumenten, de powerpoint en presentatie en samenwerking. 
Het cijfer komt later. 

Slide 22 - Tekstslide

Laat de leerlingen nadenken over situaties waar deze rechten nu niet gelden

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

De groepjes

Groep 1: Busra, Hana, Jasmin, Sahra
Groep 2: Amani, Amira, Dina, Mariam 
Groep 3: Abdellah, Nawfal, Sohayb, Yasin
Groep 4: Kerem, Ishaaq, Nizar, Noussair, Rafi
Groep 5: Fatima, Khawlah, Maya, Tasniem

Slide 23 - Tekstslide

Laat de leerlingen nadenken over situaties waar deze rechten nu niet gelden

5. Concrete en herkenbare voorbeelden
De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Eindopdracht
1)  Ga samen met je groepje zitten + kies samen één van de 5 stellingen.  

2) Bedenk samen minimaal 3 verschillende argumenten voor de stelling ("eens, want.....")

3) Maak samen een mooie powerpoint presentatie met een inleiding 
 + de stelling + de argumenten. Denk ook aan plaatjes.  
4) Neem mee naar de les van 22 november om met je groepje te presenteren

Slide 24 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

VEEL SUCCES !!!

Slide 25 - Tekstslide

6. Actieve verwerking
De docent maakt expliciet over hoe de leerstof actief verwerkt dient te worden. Hierbij modelleert de docent eerst en laat daarna de leerlingen actief inoefenen. De ondersteuning wordt geleidelijk afgebouwd. De docent zorgt voor afwisseling in oefentypes en maakt gedurende de les het leren zichtbaar. De docent zet bijvoorbeeld in op hardop denken opdrachten en koppelt daar een geïnformeerde vervolgstap aan.

Afsluiting
- Zijn er nog vragen?

- Wat moet je de volgend keer meenemen:
   werkboekje in werkmap en de powerpoint 
   
- Rustig je tas inpakken, je plek netjes achterlaten
   Tot volgende week!

Slide 26 - Tekstslide

8. Afsluiting
De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Slide 27 - Link

Deze slide heeft geen instructies