Thema 6 - Voortplanting bij planten en dieren

Thema 6 Herhaling
Voortplanting bij planten en dieren
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 6 Herhaling
Voortplanting bij planten en dieren

Slide 1 - Tekstslide

Basisstof 1
- Je kunt de delen van een bloem benoemen met hun kenmerken en functies

Slide 2 - Tekstslide

Bloemen
  • Bloemkelk
  • Bloemkroon
  • Meeldraden
  • Stuifmeelkorrels
  • Stamper
  • Zaadbeginsel
  • Eicel

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Hoe heet het mannelijk deel van de bloem?
A
Meeldraad
B
Stamper

Slide 5 - Quizvraag

Welke bladeren van de bloem zijn vaak fel gekleurd?
A
Kelkbladeren
B
Kroonbladeren

Slide 6 - Quizvraag

Basisstof 2
- Je kunt beschrijven wat bestuiving is
- Je kunt het verschil benoemen tussen kruisbestuiving en zelfbestuiving
- Je kunt de kenmerken noemen van insectenbloemen en van windbloemen

Slide 7 - Tekstslide

Bestuiving
  • Zelfbestuiving: bestuiving van dezelfde bloem, of een andere bloem op dezelfde plant
  • Kruisbestuiving: bestuiving van een bloem op een andere plant (zelfde soort) 

Slide 8 - Tekstslide

Insectenbloem
Windbloem

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Welke vorm van bestuiving zie je bij A?
A
Kruisbestuiving
B
Zelfbestuiving

Slide 11 - Quizvraag

Welke soort bloem zie je op deze foto?
A
Insectenbloem
B
Windbloem

Slide 12 - Quizvraag

Basisstof 3
- Je kunt beschrijven hoe de bevruchting bij zaadplanten verloopt
- Je kunt de veranderingen in het zaadbeginsel na bevruchting beschrijven

Slide 13 - Tekstslide

Bevruchting
  • Stuifmeelkorrel en stuifmeelbuis
  • Eicel in zaadbeginsel
  • Geslachtelijke voortplanting
  • Kruisen en selectie

Slide 14 - Tekstslide

 Wat er gebeurt in een plant vanaf de bestuiving tot en met de vorming van een kiemplantje. Zet in de goede volgorde.
1
2
3
4
5
6
Bevruchting
Stuifmeelbuis
bevruchte eicel
kiem
kiemplantje
Zaad

Slide 15 - Sleepvraag

Uit een vruchtbeginsel ontstaat een bevruchte eicel.
A
juist
B
onjuist

Slide 16 - Quizvraag

Basisstof 4
- Je kunt de veranderingen in het vruchtbeginsel na bevruchting beschrijven

Slide 17 - Tekstslide

Hieronder staan een aantal fases in het voortplantingsproces van planten.  Sleep ze in de juiste volgorde:
1
2
3
ontstaan 
stuifmeelbuis
bestuiving
bevruchting

Slide 18 - Sleepvraag

Vruchten
  • Na bevruchting groeit vruchtbeginsel en zaadbeginsel
  • Kroonbladeren en meeldraden vallen af
  • Bloemkelk verschrompelt 
  • Vruchtvlees ontstaat uit vruchtbeginsel of bloembodem

Slide 19 - Tekstslide

Hoeveel vruchtbeginsels en zaadbeginsels zijn er
in de afbeelding getekend?

Slide 20 - Open vraag

Wat is geen vrucht?
A
appel
B
tomaat
C
peul
D
erwt

Slide 21 - Quizvraag

Een vrucht is..
A
een bevruchte eicel
B
een rijp vruchtbeginsel
C
het zaad
D
een stuifmeelbuis

Slide 22 - Quizvraag

Slide 23 - Video

Basisstof 1.5 voedsel maken en 2.2 organen van planten

Slide 24 - Tekstslide

Organen van planten
Bladeren
Wortels
Stengel

Slide 25 - Sleepvraag

Planten hebben ook organen. 
Sleep de organen naar de juiste functie.
Transport van stoffen.
Voedsel maken (fotosynthese).
Water en voedingsstoffen uit de grond opnemen.
Stengels
Wortels
Bladeren

Slide 26 - Sleepvraag

+
+
-->
Fotosynthese:
+
.........
........
.........
..........
........

Slide 27 - Sleepvraag

Feitjes over  fotosynthese:

  • Alleen planten en sommige bacteriën doen aan fotosynthese.
  • Alleen overdag doet een plant aan fotosynthese.
  • Fotosynthese vindt alleen plaats in de bladgroenkorrels.
  • Fotosynthese vindt alleen plaats in delen van de plant die contact hebben met zonlicht. 

Slide 28 - Tekstslide

Een stamper is een vrouwelijk voortplantingsorgaan van een bloem.
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quizvraag

Insectenbloemen maken meer stuifmeelkorrels dan windbloemen.
A
juist
B
onjuist

Slide 30 - Quizvraag

Bij veel windbloemen steken de helmknoppen buiten de bloem uit.
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quizvraag

Nummer 3 geeft een mannelijk voortplantingsorgaan aan.
A
juist
B
onjuist

Slide 32 - Quizvraag

Op de plaatsen 1 en 2 kunnen zich stuifmeelkorrels bevinden.
A
juist
B
onjuist

Slide 33 - Quizvraag

Op plaats 3 kan bevruchting plaatsvinden.
A
juist
B
onjuist

Slide 34 - Quizvraag

Met welk nummer is in deze
afbeelding een mannelijk
voortplantingsorgaan
aangegeven?

Slide 35 - Open vraag

Is deel 3 groen of opvallend gekleurd?
A
groen gekleurd
B
opvallend gekleurd

Slide 36 - Quizvraag

Is deze bloem een windbloem of een insectenbloem?
A
windbloem
B
insectenbloem

Slide 37 - Quizvraag