Les 12, bezit. vnw. + herhalen 2vwo 2

Le programme:
- Bezittelijk voornaamwoord (grammaire H)
- Oefenen met het bezittelijk voornaamwoord
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Le programme:
- Bezittelijk voornaamwoord (grammaire H)
- Oefenen met het bezittelijk voornaamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Ouvre ton livre à la page quarante-six
We bestuderen samen grammaire H

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Aantekening
Schrijf het schema uit de video over het bezittelijk voornaamwoord over in je schrift

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Stappenplan voor het bezittelijk voornaamwoord:
Stap 1: Vertaal het zelfstandig naamwoord naar het Frans indien nodig
Stap 2: Is het meervoud?
Stap 3: Begint het zelfstandig naamwoord met een klinker of stomme 'h'?
Stap 4: Is het zelfstandig naamwoord mannelijk of vrouwelijk?




LET OP! In het Nederlands kijken we naar de bezitter, maar in het Frans kijken we naar het zelfstandig naamwoord.
Bijvoorbeeld: zijn huis = sa maison (want maison is vrouwelijk dus gebruik je ‘sa’)

Slide 7 - Tekstslide

Even oefenen...

Slide 8 - Tekstslide

Welke drie vormen van het bezittelijk voornaamwoord heb je voor 'jouw'?
A
Mon ma mes
B
Son sa ses
C
Ton ta tes
D
Leur, leur, leurs

Slide 9 - Quizvraag

Kies het juiste bezittelijke voornaamwoord:
Mon / Ma / Mes père aime les fleurs.
A
Mon père
B
Ma père
C
Mes père

Slide 10 - Quizvraag

Kies het juiste bezittelijke voornaamwoord:
Ils jouent dans leur/ leurs jardin.
A
leur
B
leurs

Slide 11 - Quizvraag

Kies het juiste bezittelijke voornaamwoord:
Anna lit son / sa / ses livre (m ev).
A
son livre
B
sa livre
C
ses livre

Slide 12 - Quizvraag

Vul het ontbrekende woord in:
On est en vacances avec (onze) ...... chien Youpi
A
notre
B
nos

Slide 13 - Quizvraag

Vertaal:
mijn zus

Slide 14 - Open vraag

Vertaal:
haar cadeau

Slide 15 - Open vraag

Vertaal:
jullie auto's

Slide 16 - Open vraag

Zijn er nog vragen over het bezittelijk voornaamwoord?

Slide 17 - Tekstslide

Klassikaal aan het werk:
Wat? Exercice 30D en 30E (blz. 47)

Slide 18 - Tekstslide

Ga nu zelf aan het werk:
Wat? Exercice 31A en 31B
Op welke manier? Je maakt de opdracht voor jezelf in stilte
Hulp? Heb je vragen, steek je vinger op
Uitkomst? Na 5 minuten bespreken we de opdrachten
timer
5:00

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag met het huiswerk:
- Wat? Exercice 33B 
- Klaar?  Leren voor het proefwerk van volgende week dinsdag (leerstof zie Magister)

Slide 20 - Tekstslide