3.6 Signalen en verbanden

Signaalwoorden
3.6 Verbanden en signaalwoorden
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Signaalwoorden
3.6 Verbanden en signaalwoorden

Slide 1 - Tekstslide

In deze les leer je:

-  Wat een signaalwoord is;
-Hoe je tekstverbanden kan herkennen


Slide 2 - Tekstslide

Daarom...
Signaalwoorden zorgen ervoor dat er een verband ontstaat tussen woorden, zinnen en alinea's. Kijk maar:
Ik ben thuis, want ik ben ziek.
Ik ben thuis en ik ben ziek.
Een ander signaalwoord zorgt voor een andere betekenis!
Handig om te weten voor de toets als je een vraag hierover krijgt. Handig om te gebruiken als je zelf een tekst schrijft.
Signaalwoorden zorgen ervoor dat er een verband ontstaat tussen woorden, zinnen en alinea's. Kijk maar: 

Ik ben thuis, want ik ben ziek.
Ik ben thuis en ik ben ziek.
Een ander signaalwoord zorgt voor een andere betekenis!

Handig om te weten voor de leestoets en luistertoets. Handig om te gebruiken als je zelf een tekst schrijft.

Slide 3 - Tekstslide

Voorbeelden+Uitleg

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Aan de slag......
met de volgende quizvragen:

Slide 6 - Tekstslide

Tekstverband: VERGELIJKING

A
net als
B
kortom
C
om
D
waarmee

Slide 7 - Quizvraag

Tekstverband: UITLEG OF TOELICHTING
A
mits
B
samenvattend
C
met andere woorden
D
tenzij

Slide 8 - Quizvraag

Tekstverband: SAMENVATTING
A
hierdoor
B
concluderend
C
waarmee
D
kortom

Slide 9 - Quizvraag

Tekstverband: MIDDEL-DOEL
(iets gebruiken--> iets bereiken)
A
zoals
B
om
C
zo
D
omdat

Slide 10 - Quizvraag

Tekstverband: TEGENSTELLING
A
al met al
B
daar staat tegenover
C
zoals
D
waardoor

Slide 11 - Quizvraag

Tekstverband: UITSPRAAK-VOORBEELD
A
samenvattend
B
echter
C
omdat
D
zo

Slide 12 - Quizvraag

Signaalwoord: TEN EERSTE........TEN TWEEDE
A
middel-doel
B
opsomming
C
oorzaak-gevolg
D
tegenstelling

Slide 13 - Quizvraag

Tekstverband: OPSOMMING
A
nog
B
alles bij elkaar
C
al met al
D
en ook

Slide 14 - Quizvraag

Tekstverband: CONCLUSIE
A
kortom
B
dus
C
samenvattend
D
daarentegen

Slide 15 - Quizvraag

Tekstverband: VOORWAARDE
A
mits
B
waardoor
C
omdat
D
alles bij elkaar

Slide 16 - Quizvraag

Aan de slag!

Slide 17 - Tekstslide

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
jazz-zanger
B
jazz zanger
C
jazzzanger

Slide 18 - Quizvraag

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
café-eigenaar
B
caféeigenaar
C
café eigenaar

Slide 19 - Quizvraag

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
taken-boek
B
taken boek
C
takenboek

Slide 20 - Quizvraag

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
autobandventiel-dopje
B
autoband ventieldopje
C
autobandventieldopje

Slide 21 - Quizvraag

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
auto-alarm
B
autoalarm
C
auto alarm

Slide 22 - Quizvraag

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
radio-omroep
B
radioomroep
C
radio omroep

Slide 23 - Quizvraag

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
roc-leerling
B
roc leerling
C
rocleerling

Slide 24 - Quizvraag

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Kommagebruik
Herman Finkers - Spreukjesbos

Slide 32 - Tekstslide

Kommagebruik
Hans zei Grietje zal ik met dit mooie weer mijn korte rokje aantrekken?

Conclusie: staat de komma verkeerd, dan...


Slide 33 - Tekstslide

Keuzemenu
Spelling: meervoudsvormen VIAstarttaalOnline3F/4F, Spelling, meervoudsvormen óf een ander onderdeel

Interpunctie
TOT EINDE LES, BLIJF IN TEAMS VOOR AFSLUITING.

Slide 34 - Tekstslide

Meervoud: -en
Veel zelfstandige naamwoorden hebben een meervoud op -en. 
  • Lamp -> lampen 
  • Mes -> messen
  • Schaar - scharen
  • Brief - brieven
  • Huis - huizen

Slide 35 - Tekstslide

Meervoud: -ën
Zelfstandig naamwoord dat eindigt op -ee of -ie
  • Zee -> zeeën
  • Knie-> knieën

Slide 36 - Tekstslide

Meervoud: 's'
Plak de 's' eraan vast als dat kan voor de uitspraak:
- bureaus, repetities
Krijg je een uitspraakprobleem? Dan 's':
- ski's, foto's

Meervoud van afkorting? Ook 's: BMW's
Eindigt het woord op een y? Ook 's: baby's
 

Slide 37 - Tekstslide

Meervoud: -ën / - "n
Ligt de klemtoon op het laatste stuk? 
Ja-> meervoud op -ën
allergieën
Nee-> meervoud -"n
koloniën

Slide 38 - Tekstslide

Opdracht

Schrijf een inleiding óf een slot dat past bij deze tekst.
Inleiding: achternaam beginnend met A t/m K
Slot: achternaam beginnend met L t/m Z
Mail je tekst naar: tdegoede@rockopnh.nl
Tijd: 5 minuten

Slide 39 - Tekstslide

INLEIDING
LEIDEN - Automobilisten die geen zin hebben om parkeergeld te betalen kunnen binnenkort met een app de scanauto's van de gemeente Leiden omzeilen. Dat zeggen de makers van de app 'Parkeerwekker'.

Slide 40 - Tekstslide

SLOT
De app is volgens de makers en enkele juridische verkeersexperts legaal. De gemeente Leiden laat weten; 'We begrijpen dat de app nog in de testfase zit, en blijven de ontwikkelingen van de app met belangstelling volgen.'

Slide 41 - Tekstslide

Lesafsluiting
Ga naar de volgende site en vul het exit ticket in.

Tot volgende week!


Slide 42 - Tekstslide