Periode 2 les 6

Periode 2 les 6
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begeleiden nieuwe medewerkerMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Periode 2 les 6

Slide 1 - Tekstslide

Lesinhoud
Examencriteria bespreken
Examencriteria toevoegen verslag
Handtekening laten zetten op verslag

Slide 2 - Tekstslide

Opbouw verslag
  1. Voorblad
  2. Inhoud
  3. Inleiding
  4. STARRT verslagen - 6x
  5. Verantwoording examencriteria
  6. Handtekening eerstejaars student

Slide 3 - Tekstslide

Examencriteria
1. Onderbouwt hoe zij de begeleidingsbehoefte heeft vastgesteld;
2. Onderbouwt hoe zij de begeleiding heeft afgestemd op de vastgestelde begeleidingsbehoefte;
3. Onderbouwt op welke wijze haar instructies een bijdrage hebben geleverd aan het behalen van de leerdoelen van de nieuwe medewerker;
4. Onderbouwt hoe zij adequaat heeft gereageerd op non-verbale signalen en uitingen van de nieuwe medewerker;
5. Onderbouwt hoe zij de nieuwe medewerker heeft gestimuleerd tot het inbrengen van eigen opvattingen, ideeën en tot het stellen van vragen.
6. Onderbouwt op welke wijze zij feedback heeft gegeven om het leerproces van de nieuwe medewerker te bevorderen;

Slide 4 - Tekstslide

1. Onderbouwt hoe zij de begeleidingsbehoefte heeft vastgesteld
Wat is begeleidingsbehoefte?
Gaat verder dan alleen het onderwerp waarmee je je student gaat helpen.

  • Wat is de begeleidingsbehoefte van jouw student?
  • Wat heb jij gedaan om achter de begeleidingsbehoefte van de student te komen? 
  • Kon de student zelf aangeven wat zijn begeleidingsbehoefte is?
  • Als de student hier moeite mee had, hoe heb jij geprobeerd te onderzoeken?
  • Is de begeleidingsbehoefte hetzelfde gebleven of is die veranderd? 
  • Welke afspraken heb je gemaakt over de begeleidingsbehoefte van de student?
  • Hoe vind je dat je dit hebt gedaan en had dit misschien ook anders gekund?

Slide 5 - Tekstslide

2. Onderbouwt hoe zij de begeleiding heeft afgestemd op de vastgestelde begeleidingsbehoefte;
  • Wat is de begeleidingsbehoefte van de student? 
  • Welke manier van begeleiden laat jij zien?
  • Waarom heb je voor deze manier gekozen?
  • Waarom past deze manier van begeleiden wel/niet bij jou?
  • Waarom past deze manier van begeleiden wel bij de student?
  • Hoe vind je dat je dit hebt gedaan en had dit misschien ook anders gekund?

Slide 6 - Tekstslide

3. Onderbouwt op welke wijze haar instructies een bijdrage hebben geleverd aan het behalen van de leerdoelen van de nieuwe medewerker;
  • Wat is een instructie?

  • Welke leerdoelen heb je samen opgesteld? 
  • Hoe hebben jullie bedacht om aan deze leerdoelen te gaan werken?
  • Welke instructies heb jij gegeven aan de student?
  • Waarom heb je voor deze instructies gekozen?
  • Heeft de instructie een bijdrage gehad aan het behalen van een leerdoel?
  • Hoe vind je dat je dit hebt gedaan en had dit misschien ook anders gekund?

Slide 7 - Tekstslide

4. Onderbouwt hoe zij adequaat heeft gereageerd op non-verbale signalen en uitingen van de nieuwe medewerker;
Wat zijn non-verbale uitingen?
Wat is adequaat reageren?

  • Welke non-verbale signalen heb jij opvangen bij je student?
  • Hoe heb je hier op gereageerd? 
  • Welke feedback heb je gegeven?
  • Hoe reageerde de student hier op?
  • Vind je zelf dat het een adequate reactie was?

Slide 8 - Tekstslide

5. Onderbouwt hoe zij de nieuwe medewerker heeft gestimuleerd tot het inbrengen van eigen opvattingen, ideeën en tot het stellen van vragen.
  • Wees nieuwsgierig en vraag door zonder te oordelen!

  • Welke eigen opvattingen of ideeën heeft de student ingebracht?
  • Hoe heb jij ervoor gezorgd dat de student dat heeft gedaan? 
  • Hoe heb jij de student gestimuleerd tot stellen van vragen?
  • Hoe vind je dat je dit hebt gedaan en had dit misschien ook anders gekund?

Slide 9 - Tekstslide

6. Onderbouwt op welke wijze zij feedback heeft gegeven om het leerproces van de nieuwe medewerker te bevorderen;
  • Maak gebruik van de feedbackregels uit de module

  • Welke feedback heb jij de student gegeven?
  • Was dit positieve feedback of opbouwende feedback?
  • Welke feedbackregels kwamen hierbij kijken?
  • In hoeverre heeft jouw feedback de student geholpen in zijn leerproces?
  • Hoe vind je dat je dit hebt gedaan en had dit misschien ook anders gekund?

Slide 10 - Tekstslide