De vergoeding moest in exportgewassen worden betaald zoals koffie, suiker of tabak. Per dorp bepaalde het gouvernement wat er moest worden geleverd door de Javaanse boeren. Elke boer moest één vijfde van zijn land inrichten voor die exportgewassen, die verwerkt zouden worden tot exportproducten. Wanneer de boeren naar verwachting hadden geproduceerd, kregen zij een kleine vergoeding voor die gewassen: plantloon.
Gouvernement = Een koloniaal bestuur ingesteld om een gebied te besturen. Vaak staat een gouverneur aan het hoofd van dit bestuur.
Plantloon = Een financiële vergoeding voor het geleverde werk in de productie van de exportgewassen ten tijde van het cultuurstelsel.