Eerste multinational -> aandeelhouders (de baas), dagelijkse leiding: de Heren Zeventien
Java/Molukken = gouverneur-generaal de hoogste baas
Netwerk van factorijen
Slide 5 - Tekstslide
VOC en WIC
17e specerijen - 18e thee en koffie
Buiten Europa handelsrelaties -> begin wereldeconomie (via de handel de wereld met elkaar verbonden) Amerika (West-Indië), West-Afrika ->West-Indische Compagnie WIC 1621 -> kaapvaart, doel = Spanje financieel uitputten.
Leg uit waarom J.P. Coen zo meedogenloos optrad op de Banda-eilanden
Slide 11 - Open vraag
Leg uit met welk doel de VOC werd opgericht
Slide 12 - Open vraag
Leg uit hoe het bestuur van de VOC was geregeld
Slide 13 - Open vraag
Geef aan welke producten in de 17e en in de 18e eeuw de VOC naar Europa bracht
Slide 14 - Open vraag
Leg uit wat bedoeld wordt met een 'wereldeconomie'
Slide 15 - Open vraag
Wat was in de begintijd van de WIC één van de hoofddoelen?
Slide 16 - Open vraag
Leg uit waardoor de WIC nooit erg winstgevend was
Slide 17 - Open vraag
par. 2 De Gouden Eeuw van Nederland
Kernaspect:
De bijzondere plaats in staatkundig opzicht en de bloei in economisch en cultureel opzicht van de Nederlandse Republiek
Slide 18 - Tekstslide
Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
17e eeuw -> alle bekende landen bestuurt door een vorst met groeiende macht (absolutisme) met centrale macht (centralisatie) -> NL = uitzondering
Republiek geen centrale regering -> intern zeven aparte staatjes -> naar buiten toe eenheid
Regenten hadden de macht -> onderlinge benoemingen (vriendjespolitiek)
Steden -> vroedschap = college van 20-40 mannen die de burgemeesters benoemden. Vroedschap stuurde vertegenwoordigers naar de Staten (bestuur van een gewest (provincie) van de Republiek -> per provincie anders samengesteld -> platteland (Gelderland, Overijssel etc.) veel adel -> Holland en Zeeland veel burgerij
Burgerij heel veel invloed op bestuur in vergelijking met andere landen
Slide 19 - Tekstslide
Stadhouder en Staten-Generaal
Machtigste man was stadhouder. Tot 1581 vertegenwoordigers van de landsheer (Filips II); daarna in dienst van de Staten. Tot de 18e eeuw 2 stadhouders: Holland, Zeeland, Utrecht, Gelderland en Overijssel -> nakomeling Willem van Oranje; Friesland en Groningen -> nakomeling van één van WvO's neven.
Stadhouder = opperbevelhebber leger en vloot, hield toezicht op rechtspraak, mocht zich bemoeien met benoemen van regenten
Tegenstelling tussen 'prinsgezinde'- en 'staatsgezinde' regenten -> staatsgezinden wilden de macht inperken van stadhouder
1672 stadhouderloos tijdperk -> politieke moorden Johan en Cornelis de Witt
Slide 20 - Tekstslide
Staten-Generaal
Overkoepelend orgaan van Republiek = Staten-Generaal in Den Haag -> afgevaardigden van alle gewesten.
Beslisten over buitenlandse politiek, in- en uitvoerrechten, leger en vloot.
Ze bestuurden delen Brabant, Limburg en Vlaanderen (generaliteitslanden)
Besluiten werden genomen als alle gewesten er het mee eens waren
Holland vaak zijn zin doordat H. meeste geld inbracht
Republiek is militaire grootmacht door veel geld
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Video
Slide 23 - Video
Leg uit waarom prins Maurits landsadvocaat Van Oldebarnevelt liet arresteren en berechten
timer
2:00
Slide 24 - Open vraag
Leg uit op welke manier het verhaal over Van Oldebarnevelt aansluit bij het kenmerkend aspect van deze paragraaf
timer
2:30
Slide 25 - Open vraag
Bron 6.9: Leg uit dat dit schilderij kenmerkend is voor de Gouden Eeuw van de Republiek
timer
2:00
Slide 26 - Open vraag
Slide 27 - Video
Nederland was een republiek, maar kende ook de functie van stadhouder. Leg uit dat dit eigenlijk een vreemde constructie was
Slide 28 - Open vraag
Geef een historische verklaring voor het ontstaan van deze 'vreemde constructie'