theorie heet visual thinking, kijk daar eens naar.
Gebruik de kijkvragen.
Behapbare vragen:
Wat zag je?
Wat hoorde je?
Wat dacht je?
Wat vond je mooi?
Waarom?
Visual Thinking.
Hoe voelde x zich?
Wat vond x daar van?
Slide 14 - Tekstslide
We gaan nu kijken naar een clipje uit de film. Let goed op hoe Ali en Mahmoud zich lijken te voelen in de scene.
Slide 15 - Tekstslide
Zie clip
Slide 16 - Tekstslide
Welke gevoelens zag je bij Ali?
Welke gevoelens zag je bij Mahmoud?
Waarom denk je dat Ali zich zo voelde?
Waarom denk je dat Mahmoud zich zo voelde?
Ali
Slide 17 - Tekstslide
Nu we weten hoe de kinderen zich voelen, hoe denk je dan dat de scene verder gaat?
Laten we kijken naar de rest van de scene. Let op hoe de Ali en Mahmoud op elkaar reageren.
Slide 18 - Tekstslide
Wat gebeurde er tussen Mahmoud en Alia?
Mahmoud en Alia krijgen ruzie, omdat ze elkaar niet begrijpen. Empatie kan hun helpen in deze situatie. Als we met onze empatie een emotie zien bij iemand, kunnen we vaak ook bedenken wat die gene nodig heeft.
Wat zou Alia nodig hebben in deze situatie?
En wat zou Mahmoud nodig hebben?
Slide 19 - Tekstslide
Conclusie
Neem de tijd voor nabespreken. Visial Thinking .
Conclusie
Film helpt kinderen een breder perspectief te hebben.
Kies een uitdagende film.
Activeer de kinderen voor het kijken, en geef ze iets om op te letten tijdens het kijken.