Bacterien T1A en T1B

Ordening
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, k, t, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Ordening

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen.

  • Kort opfrissen kennis vorige les
  • Uitleg over bacteriën

Slide 2 - Tekstslide

Wat moet je na deze les kunnen:
  • Je kunt de celkenmerken van bacteriën opnoemen
  • Je kunt beschrijven hoe bacteriën zich voortplanten
  • Je kunt voorbeelden noemen van het nut van bacteriën
  • Je kunt voorbeelden noemen van schadelijke effecten van bacteriën

Slide 3 - Tekstslide

Bij ordening verdeel je de organismen in
A
4 rijken
B
4 soorten
C
4 afdelingen
D
4 rassen

Slide 4 - Quizvraag

Wat maakt de penseelschimmel wat NUTTIG is voor ons?

Slide 5 - Open vraag

Schimmel
Bacterie
Plantaardige cel
Dierlijke cel

Slide 6 - Sleepvraag

Bacterien

Slide 7 - Tekstslide

Organismen
Bacteriën
Schimmels
Planten
Dieren
  • Indeling op basis van celkenmerken
  • - Celkern
  • - Celwand
  • - Bladgroen

Slide 8 - Tekstslide

Bacterien

Slide 9 - Woordweb

2

Slide 10 - Video

00:09
Wat klopt hier niet?! "Meer van die beestjes in je mond".....

Slide 11 - Open vraag

01:27
Waarom heb je tijd nodig om het te zien?

Slide 12 - Open vraag

Celkenmerken
Aantal cellen
Nut  
Schade
Voortplanting
Bacterien
  •  wel celwand, geen celkern of bladgroen
  • altijd ééncellig
  • afval opruimen, gebruik bij voedselbereiding
  • voedselbederf, ziekte
  • door deling

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Stel je poetst 's avonds om 21.00 uur netjes je tanden voor het slapen gaan. Je hebt héél goed gepoetst! Er blijft maar 1 bacterie achter (en dat is best knap).
Geef een schatting van hoeveel van die bacterie er 's morgens om 7.00 uur in je mond zitten

Slide 15 - Open vraag

Nuttig
Bacteriën komen overal voor, ook in en op je lichaam.
Als je met veel bacteriën in aanraking komt wordt je sterker. Maar van 1% kun je ziek worden. Ook zijn er bacteriën die we gebruiken voor voeding.

Slide 16 - Tekstslide

Wat moet je nu kunnen:
  • Je kunt de celkenmerken van bacteriën opnoemen
  • Je kunt beschrijven hoe bacteriën zich voortplanten
  • Je kunt voorbeelden noemen van het nut van bacteriën
  • Je kunt voorbeelden noemen van schadelijke effecten van bacteriën
  • Je kunt uitleggen hoe je deze schadelijke effecten kunt voorkomen of genezen

Slide 17 - Tekstslide

Opdrachten van 3.5

Slide 18 - Tekstslide

Volgende les gaan we verder met bacteriën. Daarvoor gaan we een kweek maken.

Je gaat onderzoeken hoeveel bacteriën er aan je handen zitten, voor en na het wassen.

Slide 19 - Tekstslide

Verslag maken
In 'leren onderzoeken' staat beschreven wat je moet doen om een onderzoek uit te voeren. Gebruik de lesstof om een goed verslag te maken,

Slide 20 - Tekstslide