Nederlands hoofdstuk 1.1 Lezen onbekende woorden

Hoofdstuk 1.1 Onbekende woorden

Onbekende woorden leer je door woordstrategieën te gebruiken
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, bLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 1.1 Onbekende woorden

Onbekende woorden leer je door woordstrategieën te gebruiken

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederlands

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen?
We beginnen met lezen.
Daarna gaan we leren hoe je de betekenis van onbekende woorden kunt ontdekken.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van deze les weet je :
Welke woordraadstrategieën je kunt gebruiken om de betekenis van onbekende woorden te ontdekken.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Theorie 
Als je de betekenis van een onbekend woord wilt ontdekken kun je het volgende doen:

3 woordraadstrategieën
  •  synoniem zoeken
  • omschrijving zoeken
  • voorbeeld zoeken

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woorden die hetzelfde betekenen noem je synoniemen.

Bijvoorbeeld:
smerig en vies
huis en woning




Uitleg synoniem

Slide 6 - Tekstslide

Tijdens deze fase van de les geef je uitleg en doe je het leren voor (modellen).

WOORDENSCHAT

een synoniem zoeken



Grootvader is een synoniem voor opa

de arbeid is een synoniem voor het werk

blij is een synoniem voor vrolijk

Maatje is een synoniem voor de vriend



Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Synoniem zoeken
Kijk of in dezelfde zin een synoniem staat. Zo niet dan lees je de zin ervoor en erna.

synoniem= twee woorden die ongeveer hetzelfde betekenen

mopje=grapje

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Omschrijving zoeken
Omschrijvingen staan vaak tussen haakjes of tussen komma's in dezelfde zin of ervoor of erna.

Een omschrijving is een uitleg van een onbekend woord

Haar opa is haar idool, iemand voor wie ze bewondering heeft.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld zoeken
Vaak na woorden als: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van..

Van de docent moesten we een voorbeeld van muziek geven, bijvoorbeeld rap, K-pop of musical.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een synoniem
A
een woord dat er hetzelfde uitziet
B
een woord dat hetzelfde klinkt
C
een woord dat het zelfde betekent
D
een woord dat eindigt op -iem

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een synoniem kan maar 1 woord zijn
A
waar
B
niet waar
C
weet ik niet
D
soms

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent omschrijving?
A
geschreven tekst
B
ergens naartoe gaan
C
rond geschreven
D
uitleg van een onbekend woord

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

hoeveel woordraadstrategieen heb je geleerd?
A
2
B
3
C
0
D
5

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb jij geleerd in deze les?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig maken tekst 1
  1. Werk rustig en in je eentje
  2. Maak 1 t/m 5

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klaar!
  1. Zorg dat je het werk goed hebt nagekeken 
  2. Probeer opdracht 6 te maken.
timer
10:00

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Maken opdracht 1 t/m 5
Blz.11, 12, 13

Succes!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies