OUD Thema 4, Week 2 - Moleculen en de Brander

Thema 4
Arm en Rijk
Week 2



IJburg College
Leerjaar 1
EO / T1
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo b, k, tLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Thema 4
Arm en Rijk
Week 2



IJburg College
Leerjaar 1
EO / T1

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog van vorige week?

Slide 2 - Woordweb

Leerdoelen
Je kunt uitleggen wat het molecuulmodel is en je kent deze regels uit je hoofd.

Je kunt uitleggen hoe je veilig werkt met een brander.  veilig aanzet.

Je kunt vier vlammen noemen die je met de brander kunt maken en uitleggen welke functie deze hebben.

Je kunt uitleggen waarom stoffen uitzetten (groter worden) wanneer de temperatuur toeneemt.

Je kunt twee voorbeelden uit het dagelijks leven noemen waarbij uitzetten van stoffen een rol speelt.

Slide 3 - Tekstslide

Het molecuulmodel
Moleculen houden zich aan 6 bepaalde regels. 

Dit noemen we het Molecuulmodel

Slide 4 - Tekstslide

Tussen verschillende moleculen in een bepaalde stof zit...
A
Lucht
B
Stikstof
C
Niks
D
Zuurstof

Slide 5 - Quizvraag

De brander
De brander bij scheikunde gebruiken we om stoffen te verhitten. Hij werkt op gas.

a. gasknop
b. schoorsteen
c. luchtschijf
d. voet
e. gasaansluiting

Slide 6 - Tekstslide

Vincent heeft een hele 80-minutenles met de brander gewerkt, maar het is tijd om deze op te ruimen. Welk onderdeel van de brander pakt hij vast om de brander weg te leggen?
A
De schoorsteen
B
De voet
C
De gasaansluiting
D
De gasknop

Slide 7 - Quizvraag

De vlammen van een brander
Er zijn verschillende vlammen te maken met de gasbrander.

Verschillend van de  hoeveelheid stof gebruik je een andere gasvlam. 

Slide 8 - Tekstslide

Joki heeft allerlei practica gedaan en veel stoffen verwarmd, maar het is tijd voor een kopje thee. Wat doet ze met de brander?
A
Ze zet hem op "Blauwe ruisende vlam"
B
Ze zet hem op "Blauwe vlam"
C
Ze zet hem op "Pauzevlam"
D
Ze zet hem uit.

Slide 9 - Quizvraag

De eiffeltoren is...
A
105 meter hoog
B
230 meter hoog
C
324 meter hoog
D
Dat verschilt per seizoen

Slide 10 - Quizvraag

Het uitzetten van stoffen
Stoffen worden zetten uit wanneer het warmer is. 


Hierdoor is er een verschil in de stalen eiffeltoren, tussen de zomer (warm) en de winter (koud) kan de eiffeltoren 15 cm in hoogte verschillen.


Slide 11 - Tekstslide

Hoe noemen we onderdeel B op het plaatje hiernaast?
(met lidwoord!)

Slide 12 - Open vraag

Volgens het molecuulmodel staan alle moleculen in een stof stil.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Hoeveel regels heeft het molecuulmodel?

(gebruik het cijfer!)

Slide 14 - Open vraag

De 'grote blauwe vlam' gebruiken we voor het verwarmen van een stof waar we veel van hebben en pas op een hoge temperatuur kookt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Welke kleur heeft de pauzevlam?
A
Blauw
B
Roze
C
Geel
D
Kleurloos

Slide 16 - Quizvraag

Michel heeft een deur die wel eens klemt. In welk seizoen zal dit het snelst gebeuren?
A
Herfst
B
Winter
C
Lente
D
Zomer

Slide 17 - Quizvraag

Huiswerk en de rest van de les
Als je je huiswerk van vorige week hebt nagekeken kun je beginnen aan het huiswerk voor volgende week.

VMBO-T: Volgende week heb je paragraaf 3.2 af.

H/V: Volgende week heb je paragraaf 3.2 af + H/V-opdrachten 1,2 en 3. 

Link naar paragraaf 3.2
Link naar de H/V-vragen

Slide 18 - Tekstslide