Spelling 2

Spelling 2
Verkleinwoorden
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 8

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Spelling 2
Verkleinwoorden

Slide 1 - Tekstslide

schrijf een verkleinwoord op

Slide 2 - Woordweb

Verkleinwoorden
Je hebt verschillende vormen:
-je: muisje
-tje: vogeltje
-pje: bloempje
-etje: lammetje

Wat is er dan zo moeilijk aan deze regel? De uitzonderingen :-)
koning --> koninkje (omdat het op ng eindigt)
auto --> autootje (omdat het op een klinker eindigt)
ski --> skietje (omdat het op een i eindigt)
tv --> tv'tje (omdat het een afkorting is)
Ander voorbeeld: dvd --> dvd'tje
Ander voorbeeld: sms --> sms'je
baby --> baby'tje (omdat het op een y eindigt)

Slide 3 - Tekstslide

Verkleinwoord van:
wc
A
wctje
B
wc'tje

Slide 4 - Quizvraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
la

Slide 5 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
camping

Slide 6 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
foto

Slide 7 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
tosti

Slide 8 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
taxi

Slide 9 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
baby

Slide 10 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
pony

Slide 11 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
tv

Slide 12 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
jongen

Slide 13 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
bh

Slide 14 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
aardbei

Slide 15 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
tomaat

Slide 16 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
bikini

Slide 17 - Open vraag

Schrijf het verkleinwoord op van:
menu

Slide 18 - Open vraag

Zelfstandig werken
Maak blz. 5 van je werkboek. E mag je overslaan
Klaar? Spellingsmol 2* (als je dat nog niet af had)
Klaar? Werkwoordpaard 3* (als je dat nog niet af had)
Klaar? Weektaak (stelopdracht + automatiseerboekje)
Klaar? Ga naar www.spellingoefenen.nl/klas en vul klas wachtwoord tijger8b in. Kies je naam
Ga naar oefenen --> groep 8 --> alles --> start --> maak 2 keer 14 woorden
Klaar? spelletjes op spelling oefenen

Slide 19 - Tekstslide