Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H1 - Avoir & Etre
Les verbes
avoir
et
être
C
1 / 31
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
31 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
2 videos
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Les verbes
avoir
et
être
C
Slide 1 - Tekstslide
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. zij heeft
B. zij zijn
C. jij/je hebt
D. wij/we zijn
E. jij / je bent
F. wij hebben
1. nous avons
2. tu es
3. ils sont
4. tu as
5. nous sommes
6. elle a
Slide 2 - Sleepvraag
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. u heeft
B. zij zijn
C. ik ben
D. men is / wij hebben
E. ik heb
F. jullie zijn
1. vous avez
2. j' ai
3. elles sont
4. je suis
5. on est
6. vous êtes
Slide 3 - Sleepvraag
Slide 4 - Video
Slide 5 - Video
Etre (zijn)
Je
suis
Tu
es
Il, elle, on
est
nous
sommes
vous
êtes
ils, elles
sont
Avoir (hebben)
J'
ai
Tu
as
Il, elle, on
a
nous
avons
vous
avez
ils, elles
ont
Slide 6 - Tekstslide
zijn =
A
être
B
avoir
Slide 7 - Quizvraag
hebben =
A
être
B
avoir
Slide 8 - Quizvraag
être of avoir?
Tu es
A
être
B
avoir
Slide 9 - Quizvraag
être of avoir?
Il a
A
être
B
avoir
Slide 10 - Quizvraag
être of avoir?
Ils ont
A
être
B
avoir
Slide 11 - Quizvraag
être of avoir?
Je suis
A
être
B
avoir
Slide 12 - Quizvraag
être of avoir?
Ils sont
A
être
B
avoir
Slide 13 - Quizvraag
être of avoir?
Tu es
A
être
B
avoir
Slide 14 - Quizvraag
elles (avoir)
A
ont
B
sont
Slide 15 - Quizvraag
nous (avoir)
A
sommes
B
êtes
C
avez
D
avons
Slide 16 - Quizvraag
elle (avoir)
A
vont
B
sont
C
ont
D
a
Slide 17 - Quizvraag
tu (avoir)
A
es
B
as
C
a
D
est
Slide 18 - Quizvraag
ils (avoir)
A
ont
B
avoir
C
sont
D
a
Slide 19 - Quizvraag
Tu (être)
A
as
B
est
C
es
D
sont
Slide 20 - Quizvraag
Nous (être)
A
faisons
B
avons
C
êtes
D
sommes
Slide 21 - Quizvraag
Elle ..... douze ans
A
est
B
a
C
es
D
ont
Slide 22 - Quizvraag
Je .... une fille.
A
est
B
être
C
suis
D
as
Slide 23 - Quizvraag
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. zij heeft
B. zij zijn
C. jij/je hebt
D. wij/we zijn
E. jij / je bent
F. wij hebben
1. nous avons
2. tu es
3. ils sont
4. tu as
5. nous sommes
6. elle a
Slide 24 - Sleepvraag
A. optreden
B. ontdekt worden
C. zin hebben om te
A. u heeft
B. zij zijn
C. ik ben
D. men is / wij hebben
E. ik heb
F. jullie zijn
1. vous avez
2. j' ai
3. elles sont
4. je suis
5. on est
6. vous êtes
Slide 25 - Sleepvraag
Ah, (jij bent) l'ami de Nathan!
Slide 26 - Open vraag
(Zij hebben) deux chats.
Slide 27 - Open vraag
Yvonne? (Zij is) intelligente
Slide 28 - Open vraag
(Wij hebben) un croissant.
Slide 29 - Open vraag
(Jullie zijn) dans le restaurant ?
Slide 30 - Open vraag
Au revoir
Slide 31 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
H1 - Avoir & Etre
7 uur geleden
- Les met
31 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
H1 - Avoir & Etre
April 2022
- Les met
21 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
H1 - Avoir & Etre
Mei 2024
- Les met
33 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
H5 - Avoir & Etre - herhaling
Mei 2021
- Les met
33 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Herhaling Avoir & Etre
Mei 2024
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
H1 - Avoir & Etre
November 2023
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
H1 - Avoir & Etre
Mei 2023
- Les met
26 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
H1 - Avoir & Etre
Augustus 2024
- Les met
34 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1