Les 3 week 39 Nederlands

Les 3 
Les Nederlands 

1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Les 3 
Les Nederlands 

Slide 1 - Tekstslide

Planning vandaag
Uitleg: 
- Werkwoordspelling verleden tijd
- Week tegen pesten



Uitvoeren: 
- Opdracht week tegen pesten
- werken in studiemeter 
- maken opdrachten leerwerkboek blz 48 en 49


Slide 2 - Tekstslide

Werkwoordspelling 
verleden tijd

Slide 3 - Tekstslide

Persoonsvorm in de verleden tijd

Slide 4 - Woordweb

T' ex fokschaap
't kofschip
kofschiptaxietje 
 xtc-koffieshopje 
't sexy fokschaap

Slide 5 - Tekstslide

Regels 't ex fokschaap (te of de)
1. Je neemt het hele werkwoord (bv. raken)
2. Haal de 'en' eraf en kijk naar de laatste medeklinker (rak)
3. Controleer of de laatste medeklinker (K) in het 't ex fokschaap staat.
4. Staat de medeklinker in het 't ex fokschaap, dan komt er te of ten in de verleden tijd erbij
5. Ik raakte of wij raakten

Slide 6 - Tekstslide

Zwakke werkwoorden
(te of de)
Sterke werkwoorden
(Klank)

Slide 7 - Tekstslide


Sterke werkwoorden eindigen in de verleden tijd altijd op de(n) of te(n)
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag


Bij sterke werkwoorden gebruik je altijd 't ex fokschaap om de juiste vervoeging in de verleden tijd te vinden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quizvraag


Bij zwakke werkwoorden haal je altijd de 'en' van het hele werkwoord eraf om te bepalen of er de(n) of te(n) achter moet komen. 
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag


Bij toepassing van 't ex fokschaap kijk je alleen naar de medeklinkers.
t x f k ch p
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quizvraag


Beloofte is de juiste vervoeging in de verleden tijd omdat de F in het 't ex fokschaap staat.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag