In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 10 min
Onderdelen in deze les
Begintaak
Lees 'Waar mannen echt beter in zijn'
5 minuten
Slide 1 - Tekstslide
Met de conclusie van de auteur ben ik het
Eens
Oneens
Slide 2 - Poll
Herhaling
Slide 3 - Tekstslide
Wat is geen kenmerk van een arbeidsovereenkomst (zijn drie kenmerken)
A
CAO
B
loon
C
gezagsverhouding
D
arbeidsverplichting
Slide 4 - Quizvraag
Als je werkt via een overeenkomst van opdracht... (meerdere mogelijk)
A
betaalt de werkgever geen loonbelasting en premies
B
ontvang je geen loondoorbetaling bij ziekte
C
mag je iemand anders het werk uit laten voeren
D
Alle voorgaande
Slide 5 - Quizvraag
Bij een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd
A
is sprake van een flexibele aanstelling
B
is geen sprake van een proeftijd
C
is een vaste einddatum
D
is sprake van een 'vast contract'
Slide 6 - Quizvraag
Loonkosten zijn...
A
hoger dan het brutoloon
B
lager dan het brutoloon
C
hetzelfde, tenzij er pensioen wordt afgedragen
D
altijd hetzelfde
Slide 7 - Quizvraag
Slide 8 - Tekstslide
Je steelt op je werk, wordt betrapt en maakt je werkdag af. Een week later zegt je werkgever dat je op staande voet ontslagen bent. Mag dat?
A
Nee, moet direct
B
nee, staande voet is niet voor diefstal
C
Ja, diefstal is altijd staande voet
Slide 9 - Quizvraag
Je neemt ontslag omdat je werkgever aangeeft dat je het werk niet meer aan kan. Het blijkt te zwaar te zijn. Je bent tien jaar in dienst geweest. Heb je recht op een transitievergoeding?
A
Ja
B
Nee
Slide 10 - Quizvraag
Een CAO wordt afgesloten...
A
Tussen werkgever en werknemer
B
tussen vakbonden en werkgevers
C
tussen vakbonden en werkgeversorganisaties
D
Tussen vakbonden, werkgeversorganisaties en de minister
Slide 11 - Quizvraag
Welk gesprek wordt hier bedoeld? kenmerken: tweerichtingsverkeer, vaak eens per jaar, toekomstafspraken, feedback van leidinggevende naar werknemer en andersom.
Als het in je individuele arbeidsovereenkomst staat
D
altijd
Slide 15 - Quizvraag
Een individuele arbeidsovereenkomst is een overeenkomst tussen één werkgever en één werknemer.
Een collectieve arbeidsovereenkomst (cao) is een overeenkomst tussen ....
A
één werkgever en werknemersorganisaties
B
werkgeversorganisaties en één werknemer
C
werkgeversorganisaties en de vakbond
D
werkgeversorganisaties en de OR
Slide 16 - Quizvraag
Een werkgever wil een werknemer ontslaan op staande voet vanwege een diefstal case. Welke ontslagroute moet de werkgever nemen?
A
Via de kantonrechter
B
Via het UWV
C
Er is bij ontslag op staande voet geen externe partij nodig, werkgever kan per direct opzeggen
Slide 17 - Quizvraag
Marco werkt bij bedrijf X, een onderneming met 2.000 werknemers. Marco is ontevreden over het verplichte aantal dagen dat hij op kantoor moet werken. Sinds covid is thuis werken toch de nieuwe normaal geworden? Hij wil een wijzigingsvoorstel voor het werkplekbeleid indienen. Bij welk orgaan kan hij zich het beste melden?
A
De vakbond
B
De HR afdeling
C
De OR
D
De directie
Slide 18 - Quizvraag
Van welke drie wettelijke eisen van een arbeidsovereenkomst, is geen sprake bij een overeenkomst van opdracht? (zzp overeenkomst)
A
Arbeidsverplichting
B
Loon
C
Arbeidsverhouding
D
Gezagsverhouding
Slide 19 - Quizvraag
Link de juiste omschrijving aan de drie verschillende onderdelen van het personeelsbeleid van een organisatie:
1. verschillende situaties waarbij de arbeidsovereenkomst van een medewerkers wordt beëindigd, van ontslag tot pensioen 2. het zoeken naar en selecteren van nieuwe medewerkers. Dit kan intern of extern, door eigen medewerkers of uitbesteed aan een bureau met expertise 3. het behouden en ontwikkelen van werknemers, van talent management tot interne promoties
A
1 = doorstroom, 2 = instroom, 3 = uitstroom
B
1 = uitstroom, 2 = doorstroom, 3 = instroom
C
1 = uitstroom, 2 = instroom, 3 = doorstroom
D
1 = doorstroom, 2 = uitstroom, 3 = instroom
Slide 20 - Quizvraag
Wat is geen recht van een ondernemingsraad?
A
Adviesrecht
B
Recht op informatie
C
Initiatiefrecht
D
Recht op privacy
Slide 21 - Quizvraag
In grote organisaties is er een aparte afdeling personeelszaken (of ‘Human Resources’, HR). In onderstaande lijst staat een aantal stellingen over personeelsbeleid: 1. Werving van personeel gebeurt met behulp van vacatures, sociale media of externe bureaus. 2. Selectie van personeel gebeurt met behulp van sollicitatiegesprekken of tests / assessments. 3. In een functieprofiel wordt vastgelegd wat een werknemer moet doen. 4. In een beoordelingsgesprek wordt het functioneren van de werknemer en de leidinggevende besproken.