6.2 van alle markten thuis


Hoofdstuk 6.1   Produceren maar
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les


Hoofdstuk 6.1   Produceren maar

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen :
korte herhaling van vorige les 
* ondernemingsvormen
* productiesectoren 
Belangrijkste doelen van deze les: 
  • Kernbegrippen van 6.1 weten en begrijpen
  • Productiefactoren
  • Toegevoegde waarde
  • Bedrijfskolom
  • Arbeidsintensief/Kapitaalintensief
  • Afschrijving 








* informele en formele sector
* productiefactoren
* arbeids en kapitaal intensief
* afschrijving 
* bedrijfskolom en toegevoegde waarde 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Deze vrachtwagen hoort bij de productiefactor ...
A
Natuur
B
Arbeid
C
Kapitaal
D
Ondernemerschap

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Deze koeien horen bij de productiefactor ...
A
Natuur
B
Arbeid
C
Kapitaal
D
Ondernemerschap

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De beloning van de productiefactor Kapitaal is ...
A
pacht
B
loon
C
rente
D
winst

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke productiefactor hoort de beloning winst ...
A
Kapitaal
B
Arbeid
C
Ondernemerschap
D
Natuur

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is kapitaalintensief?
A
Mensen doen vooral het werk
B
Machines doen vooral het werk

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een bedrijf met veel machines is ...
A
arbeidsintensief
B
kapitaalintensief

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoe produceert een timmerman?
A
arbeidsintensief
B
kapitaalintensief

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een bedrijfskolom?
De bedrijfskolom bestaat uit alle 
bedrijven die na elkaar meewerken 
aan een product.

Slide 10 - Tekstslide

elke stap verder bewerkt, meer waard in elke stap door arbeid tijd en energie die er in wordt gestoekn 
Toegevoegde waarde
Elke schakel in de bedrijfskolom voegt waarde toe aan een product. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

... Stel je wilt een houten tuinstoel maken en verkopen
... Wat zijn de stappen?
  1. Houthakker
  2. Zagerij
  3. Meubelmaker
  4. Groothandel
  5. Woonwinkel


  • -> Consument

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Houthakker
2. Zagerij
3. Meubelmaker
4. Groothandel
5. Woonwinkel
-> Consument
  • € 5
  • € 15
  • € 40
  • € 50

  • Toegevoegde waarde
  • -> hoeveel een product telkens meer waard wordt doordat een bedrijf het product bewerkt
  • € 110
Opgave 6
blz. 99

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De allereerste schakel in de bedrijfskolom noem je ..........
A
Oerproducent
B
Groothandel
C
Fabrikant
D
Winkel

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Eindproducten zijn duurder dan
grondstoffen door de toegevoegde waarde.
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bedrijfskolom
Chocoladefabriek
Supermarkt
Importeur
Cacaoplantage
Groothandel

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we doen :
korte herhaling van vorige les 
* ondernemingsvormen
* productiesectoren 
            Uitleg afschrijving
* informele en formele sector
* productiefactoren
* arbeids en kapitaal intensief
* afschrijving 
* bedrijfskolom en toegevoegde waarde 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bereken de afschrijving per jaar.
Bastiaan heeft voor € 15.000 een auto gekocht en hij wil die in 5 jaar afschrijven. Hij verwacht de auto na die 5 jaar nog voor € 5.000 te kunnen verkopen.
A
€ 1.000
B
€ 1.500
C
€ 2.000
D
€ 3.000

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bereken de afschrijving per jaar.
Bakker Bart heeft voor € 25.000 een oven gekocht en hij wil die in 7 jaar afschrijven. Hij verwacht de oven na die 7 jaar nog voor € 4.000 te kunnen verkopen.
A
€3.000
B
€2.000
C
€4.000
D
€1.500

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies