§3.2 Radioactiviteit en straling deel 2

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

H3 Straling

§3.2 Radioactiviteit en straling

Leerdoel

Je weet wat voor soort straling er vrijkomt bij radioactieve stoffen.

Even opfrissen!
Teken een waterstofatoom en maak hiervan een foto

Vandaag!

- Herhaling vorig les  (5 min)

- Nakijken en verbeteren huiswerk (10 min)

- Uitleg §3.2 activiteit en halveringstijd (15 min)

- Practicum vervaldiagram en halveringstijd (30 min)

- Aan de slag met opgave (15 min)

Isotopen: 

zelfde aantal protonen 
verschillend  aantal neutronen



sommige isotopen zijn instabiel 

Een instabiele kern vervalt en zendt hierbij straling uit

11

6

C

14

6

C

12

6

C

= radioactief verval

Het instabiele C-14

C

14

6

8ste neutron

14

6

14

7

C

N + 

proton (blijft in de kern)

elektron 

(wordt uit de kern geschoten)

β

Verval en activiteit

Bij verval komen een deeltjes vrij

Activiteit van een stof

Hoeveel deeltjes er vrij komen per seconde

Eenheid van activiteit is becquerel (Bq)

Huiswerk §3.1 en 3.2

Leerroute 1:  3.1 Beheersen – 19, 21

                           3.1 Verdieping – 22, 23, 24, 25

                           3.2 Begrijpen – 27, 28, 29, 30, 33

Leerroute 2: 3.1 Verdieping – 22, 23, 24, 25, 26

                           3.2 Begrijpen – 27 (f,g,h niet), 28, 29, 30, 33

H3 Straling

§3.2 Radioactiviteit en straling

Leerdoel

Je kan de activiteit en de halveringstijd van een radioactieve stof bepalen.

Je hebt 400 atomen. Je activiteit is 8 Bq. Na hoeveel seconde heb je 50 atomen?

halveringstijd en activiteit

• Het vervallen van een atoomkern is een toevalsproces

• De tijd waarin de helft van de kernen vervalt wordt de halveringstijd genoemd

• Minder instabiele kernen betekent minder activiteit -> dus ook de activiteit neemt af tot de helft
  

• Activiteit = Het aantal deeltjes dat per seconde uit de bron komt. Wordt gemeten in bequerel (Bq)

Halveringstijd

Halveringstijd

halveringstijd

elke instabiele isotoop heeft een andere halveringstijd

koolstof-14 methode wordt ook gebruikt om leeftijd van dinosauriërs te bepalen

1. waar
2. niet waar

formule voor verval | verdiepen

N=N​0​​⋅0,5​n​​

N=

N​0​​=

n=

het aantal instabiele kernen

de beginhoeveelheid (of 100%)

aantal halveringen

voorbeeld van een radioactief verval:

Je hebt 400 atomen. De halveringstijd is 50 s . Je activiteit is 8 Bq. Na hoeveel seconde heb je 50 atomen?

Practicum vervaldiagram en halveringstijd 

Studiewijzer ELO: Labjournaal opdracht

Straks inleveren via opdrachten op ELO

- Iedereen 5 dobbelstenen

Practicum vervaldiagram en halveringstijd 

Starten met ............... dobbelstenen

Deze staan voor de instabiele kernen.

Elke worp staat voor staat voor 1 minuut

Elke  6 die gegooid wordt is een kern die is vervallen en doet niet meer mee.

Instabiele kernen

Vervallen kernen 

(doen niet meer mee)

Hoe?  

Vervallen kernen naar elke minuut in de chat

Geef alleen het getal

- 1 Teller (telt elke minuut de vervallen kernen)

- Iedereen (houdt de stand van de vervallen kernen bij in een tabel

Practicum vervaldiagram en halveringstijd 

Aantal minuten (worpen)	0	1	2	3	4	5	6
Aantal overgebleven instabiele atoomkernen	150

Practicum vervaldiagram en halveringstijd 

min	Kernen	min	Kernen	min	Kernen	min	Kernen	min	Kernen
0	125	6	38	12	6	18	2	24	1
1	102	7	29	13	5	19	2	25	1
2	79	8	21	14	4	20	2	26	1
3	68	9	16	15	3	21	2	27	1
4	54	10	12	16	3	22	2	28	1
5	41	11	11	17	2	23	1	29	0